- Home
- ikkegoemikke
- Meningen
Meningen
Hier kun je zien welke berichten ikkegoemikke als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.
Machine, The (2013)
“Don't kill anyone else. Do You understand?”
Deze film kreeg “The Welsh BAFTA award” voor Beste film, kostuum ontwerp en muziek, en de “British Independent Film Award” voor “Film Making Within a Limited Budget”. Dat wetende en na het bekijken van de trailer, waren mijn verwachtingen redelijk hoog wat betreft “The Machine”. En deze verwachtingen werden grotendeels ingelost.
“The Machine” is een donkere SF waar de nadruk eerder ligt op de ontwikkeling van een artificieel bewustzijn dan het gebruik van flitsende futuristische actie met oogverblindende lasergevechten. Ondanks dat het een low-budget film is, kwamen de sobere SE’s overtuigend over. Niet overdreven maar toch invloedrijk. Het gaf me hetzelfde gevoel als toen ik “Blade Runner”, “Terminator” of “Star Wars” voor de eerste keer aanschouwde. Het is geen film die een invloed zal hebben op toekomstige SF films, maar kwam in het geheel wel aanvaardbaar over. De trailer daarentegen laat meer verhopen dan het uiteindelijk in werkelijkheid is. De trailer ziet er flitsend en indrukwekkend uit. Een adrenaline opstoot nadat je het gekeken hebt laat zich merkbaar voelen. Inhoudelijk blijft de film deze trailer evenaren, maar die adrenalinestoot bleef uit. Het was al een tijdje geleden dat ik de trailer had gezien. Op een bepaald moment dacht ik zelfs dat ik de originele film aan het kijken was en het een trailer was van een remake.
Vincent, een expert op het gebied van Artificiële Intelligentie, werkt voor het Britse ministerie van defensie in een streng bewaakt bunker-complex en voorziet militairen met een hersenbeschadiging van een implantaat zodanig dat deze terug kunnen functioneren. Het werken voor het Ministerie van Defensie druist eigenlijk in tegen zijn principes, maar is een manier om te beschikken over de juiste middelen om zijn eigen dochter, die een aangeboren hersenbeschadiging heeft, eventueel te kunnen helpen. Als een soort Frankenstein zie je hem in de openingsscène het resultaat bewonderen bij een “gerepareerde” ex-militair wat uiteindelijk in een fiasco eindigt. Uiteindelijk wordt de rijzende ster op gebied van programmatie van AI, Ava, aangeworven om zijn team te versterken om op die manier een super-computer te ontwerpen met een zichzelf ontwikkelend bewustzijn. De combinatie van een door Ava ontwikkeld autodidactisch softwareprogramma en de bekwaamheid om ledematen met bovenmenselijke krachten te ontwerpen zou wel eens kunnen leiden naar een soort Robocop-achtige creaturen. Voordat je het weet bezwijkt Ava aan dodelijke verwondingen en ziet Vincent een kans om een androïde te maken naar haar evenbeeld en met gebruik van haar hersenscans. Uiteindelijk is het MvD alleen maar geïnteresseerd in het vervaardigen van een controleerbare en manipuleerbare super-soldaat.
“The Machine” stelt het principe van artificiële intelligentie in vraag. De menselijke ingrepen bij militairen met een hersenbeschadiging die daarna als zielloze verschoppelingen worden afgezonderd in een hermetisch afgesloten gedeelte van het militair complex. Is het mogelijk om een zelfstandig denkend artificiële machine te ontwerpen ? Hoe kan je dit onder controle houden zonder dat deze het mensdom overstijgt en uiteindelijk een bedreiging is voor het voortbestaan van het menselijke ras ?
Het is evident dat de inhoud direct de associatie met “Robocop” en “Terminator” oproept. De soundtrack zorgt voor een sfeer zoals in een SF klassieker als "Bladerunner". Naargeestig en sober. Een minimalistische aankleding van de omgeving en de koude metaalachtige achtergronden. Dit alles zorgt voor een koude en steriele atmosfeer. Met daar doorheen uiterst realistische high-tech toestanden. De effecten die gebruikt werden, waren eigenlijk extreem slim toegepast ondanks dat het een low-budget SF is. Het creatie proces van "The Machine". Het bij momenten oplichtend zenuwstelsel. De priemende lichtgevende ogen van de ex-soldaten die functioneren dankzij het implantaat. Alles is subtiel verwerkt in deze film en geeft de illusie dat je naar een SF met een aanzienlijk budget zit te kijken. Een bewonderenswaardige prestatie. Dat het een UK product is merk je direct aan het on-Amerikaans einde. Geen heroïsche overwinning op het uiteinde met een juichende patriottische menigte. Eerder een donker en neerslachtig doem scenario dat als een vervloeking boven de zich verder informatiserende mensheid hangt.
Caity Lotz is de revelatie van deze film in haar dubbelrol als wetenschapster en de gecreëerde robot. Schitterende expressies en adembenemende interpretaties. De geleidelijke transformatie van een redelijk infantiel handelende androïde naar een koelbloedig en intelligent reagerend artificieel persoon, wordt door haar op een schitterende manier vertolkt. De gretigheid die "The machine" vertoont om het menselijke te begrijpen en het aandringen om ook aanzien te worden als lid van het menselijke ras is vloeiend en accuraat in beeld gebracht. "Apart from their flesh, what makes them any different than me?" vraagt ze op een onschuldige en ontwapende manier op een bepaald moment aan Vincent. Haar uiterlijke verandering van een vlot, met sluik wapperend haar, goedlachs meisje, naar een uitdrukkingsloos met een met gel achterover gekamd kapsel is redelijk geslaagd. Een persoonlijkheidsverandering d.m.v. een miniem detail.
Toby Stephens portretteert de ietwat getormenteerde wetenschapper Vincent. De relatie die tussen hem en de androïde ontstaat is die van een schepper t.o.v. het geschapene. Een opvoedkundige taak die geleidelijk aan overgaat naar een meer diepere vertrouwensrelatie, waarbij je jezelf op een bepaald moment de vraag kan stellen of er niet een romantische relatie uit zou voortvloeien. Stephens rol neigt soms wel naar het pathetische maar persoonlijk vond ik de momenten waarop hij software ontwerpen onderwerpt aan een “Turing test” vermakelijk en toont hij het analytisch vermogen dat hij heeft als ontwerper van AI computers.
Denis Lawson speelt de onverzettelijke superieur Thomson die maar één doel voor ogen heeft nl. het creëren van een onoverwinnelijke vechtmachine. “The most technologically advanced society always wins” zoals hij nuchter en zakelijk opmerkt. Buiten het stuurs en verbeten voor zich uitkijken, valt over dit personage bitter weinig nog te vertellen.
Het enige minder geslaagd gedeelte van deze film zijn de soms amateuristisch aanvoelende actie/vechtscènes. Vooral wanneer Ava in actie komt ziet het er nogal geïmproviseerd en aarzelend uit. De bewegingen zijn niet echt soepel en die afwachtende houding voordat de volgende tegenstander aangepakt wordt, is er soms teveel aan. Eén perfect moment als ze een redelijke kleerkast tegen de muur vloert met een opwaartse spreidstand. Respect !
“The Machine” is een echt genietbare film voor de hardcore SF fanaat die niet echt staat te wachten op wat (soms) overdreven cyber-actie, maar wel het gekende onderwerp gebruikt, over het wel of niet verkrijgen van een bewustzijn bij een elektronische creatie. De uiteindelijke uitkomst of dit bewustzijn een bedreiging is voor het menselijke welzijn is ook het sluitstuk van deze film. Sober, to the point en verbluffend realistisch ondanks het kleine budget. En ze mogen onmiddellijk zo'n android zoals Ava voor mijn deur parkeren ... Cyber-njammie ...
3,5*
Mad Max: Fury Road (2015)
Alternatieve titel: Mad Max: Fury Road: Black and Chrome
“Witness me Blood Bag!!
Witness!!!
I live, I die,
I live again!!”
Als er één woord in mij opkomt na het bekijken van “Mad Max Fury Road”, dan is het wel het woord waanzin. Dit is een perfecte visualisatie van wat waanzin kan betekenen. Ik ben er stellig van overtuigd dat men de bedenkers en scenaristen van deze hallucinante trip volgepropt hebben met hallucinogenen. Een riante cocktail van exotische paddo’s, barbituraten en andere druggerelateerde producten. Ik zou anders niet weten hoe men deze krankzinnige, geflipte post apocalyptische film had kunnen bedenken. Een film die aanvoelt alsof het uit één langdurige actiescene bestaat en die je geen enkel rustmoment geeft om eventjes op adem te komen. Dat het voortborduurt op het concept van de film “Mad Max” uit 1979, een legendarische cultfilm met de jonge Mel Gibson in de hoofdrol, is onmiskenbaar. Hetzelfde troosteloos en uitgedroogd Australisch landschap met een tekort aan water en benzine waar fanatieke bendes regeren.
Ik moet bekennen dat ik deze film al een hele poos geleden heb gekeken en nooit de noodzaak zag om mijn geschreven recensie te publiceren. Ik was van mening dat mijn mening niets bijdroeg aan de algemene opinie die her en der gelezen kon worden in de vakliteratuur. Iedereen gebruikt dezelfde superlatieven en ophemelende termen voor deze extravagante actiefilm. Iedereen is er blijkbaar over eens dat dit een krankzinnig geweldige, explosieve, ingenieuze en nooit vervelende re-boot is. “It's loud. It's unrelenting. It's crazily exciting, and, at times, it's just bloody weird”. “Wat zin heeft het dan om dit nogmaals te herhalen ?”, dacht ik telkens maar weer. Maar recente gebeurtenissen noopte mij om het eens te herschrijven en een bijkomen aspect te belichten dat van toepassing is op de hedendaagse actualiteit.
We keren dus weeral naar de verzengend hete woestijn in een post-nucleaire wereld waar overleven een dagelijkse strijd is en mensen massaal geschifte figuren volgen, die heersen over levensnoodzakelijke grondstoffen zoals olie en water. Zo iemand als Immortan Joe (Hugh Keays-Byrne) die zichzelf een god waant en op tirannieke wijze zijn volgers onder de knoet houdt. Hij regeert over de Citadel (een oude waterzuiveringsfabriek) en heeft een eigen privé leger bestaande uit de fanatieke War Boys. Deze Mad Max episode laat zien hoe deze bende wetteloze krankzinnigen de achtervolging inzetten op Imperator Furiosa (Charlize “The Italian Job” Theron). Ze heeft Immortan Joe’s harem (waaronder ook Zoë Kravitz, dochter van) ontvoert om ze naar een heilzaam oord te voeren. Ze wordt naderhand bijgestaan door Max Rockatansky (Tom Hardy) die het eerste half uur als levende baxter diende voor War Boy Nux (Nicholas Hoult).
Na de terroristische aanslagen op het Europese vasteland en een debat over de beweegredenen van een zelfmoordterrorist kwam ik tot de griezelige vaststelling dat de War Boys overeenkomstige kenmerken vertonen. Ook zij volgen blindelings een charismatische leider en offeren zichzelf op voor het grotere einddoel. Ook staat hun een heldenstatus te wachten als ze tijdens de strijd sneuvelen en verkassen ze naar een paradijs dat ze Valhalla noemen. Door zich op te offeren worden ze in één klap onsterfelijk. Raar, maar na de IS aanslagen , moest ik onmiddellijk aan deze gehersenspoelde bende denken. Een gelijkaardige motivatie en dezelfde destructieve zelfopoffering.
En dan is er de met elastieken bevestigde gitarist die kordaat en vol overtuiging de troepen aanvuurt tot actie terwijl hij zijn vlammen werpende gitaar duivels bespeelt. Een absurd beeld te midden van een totale chaos. Vergelijkbaar met de tamboer die tijdens de veldslagen van Napoleon vooraan liep. Of “Piper Bill” die bij de landing van Normandië onverstoord op het strand rondliep met zijn doedelzak.
’t Is evident dat elke fictie-film vergelijkingspunten heeft met de realiteit op bepaalde momenten. Maar buiten deze serieuze uitweidingen die me overvielen, kan ik alleen maar aanraden om te genieten van deze macho, blockbuster vol actierijke achtervolgingsscenes met futuristische bolides. Een naar diesel en kruitdampen riekende knaller die evengoed de titel “Furiosa: Fury road” verdient. Charlize Theron speelt moeiteloos Nicholas Hoult van het doek. Mad Max eist niet het leeuwendeel van de aandacht op. Je kan hem eerder Mad “Baxter” noemen.
4*
Mafia (2012)
PC-Game Kingpin met een enorme Starsky And Hutch sfeer.
Rhames speelt op een schitterende manier de geweldadige misdadiger die met behulp van zijn medewerkers, zijn soldiers, zoveel mogelijk terrein wil veroveren in een niet zo nader omschreven Amerikaanse grootstad. De rol is op zijn kleerkast-achtig gebouwd lichaam geschreven.
Buiten wat geweldadig afslachten van rivalen en wat rondhangen en stoer doen in zijn strip-club, valt er verder niks te beleven in deze film. De actie scenes zijn beperkt tot het simpelweg op korte afstand neerknallen van elke in de weglopende persoon.
De flik die hem samen met een wraaklustige vrouwelijke agente (compleet met microfoon-achtig afro kroesel kapsel) wil klissen, is natuurlijk , hoe kan het anders , met de zus van Rhames getrouwd.
Zoals eerder al vermeld is het einde miserabel en het geheel een samenraapsel en aaneengeplakt nietszeggend verhaal. Het geneuzel met Rhames in zijn cel met schimmige figuren , mocht van mij ook weggelaten worden. Daar had ik ook al geen boodschap aan.
Meest belachelijke scene is het moment dat Womack opdracht geeft om Dupree te vermoorden en die vent dan als een kip zonder kop op deze afstormt om dan te eindigen op zijn eigen kettingzaag ... Verschrikkelijk slecht en beroerd bedacht
1,5*
Maggie (2015)
“I made a promise to your mother,that I would protect you.
Yeah, but...what about you guys?
What if I hurt you?
Don't worry.Caroline and I, we know the precautions.”
Schwarzenegger die opdraaft in een horror dat uiteindelijk uitdraait op een drama. Het is niet datgene wat je verwacht van deze actiefilm-icoon. Raar maar waar, de oneliner “I`ll be back” wordt zelfs gerecycleerd, maar wordt deze keer niet door Arnold uitgesproken. Eén feit staat vast, Schwarzenegger zal niet de geschiedenis ingaan als de acteur die geschikt is voor een karakterrol, maar ik moet toegeven dat de inspanning die hij hier levert toch een bewonderenswaardig eindresultaat oplevert. Na rollen als barbaar, uit de toekomst teruggekeerde cyborg, klunzige kleuterjuffrouw en zwangere vent, kwijt hij zich op een gedegen manier van zijn rol als bezorgde vader die zijn geïnfecteerde dochter terug in huis neemt zodanig dat ze niet in quarantaine wordt geplaatst op het moment dat ze transformeert in een bloeddorstige zombie.
Voor de zoveelste keer is een virus de oorzaak dat het aantal fervente vegetariërs onder de Amerikaanse bevolking drastisch slinkt en langzaam maar zeker veranderen in zombies, beter gekend als “necro-ambulist”. Wade (Schwarzenegger) is een landbouwer op leeftijd, die al weken op zoek is naar zijn dochter Maggie (Abigail Breslin). Als hij haar uiteindelijk terugvind, blijkt ze geïnfecteerd te zijn nadat ze werd gebeten door zo een barbecue-fanaat. Wade is vastbesloten om haar in huiselijke kring te verzorgen. Deze gunst is hem verleend doordat het enkele weken duurt eer een slachtoffer effectief de “turn” maakt naar een zombie-status. Het verdict dan is dat ze dan in quarantaine moet worden opgenomen. Uiteindelijk betekent dit echter dat de autoriteiten de geïnfecteerde burgers samen laat hokken (ongeacht welke gradatie van infectie) zodanig dat het probleem zich vanzelf oplost (via zelf-consumptie als het ware).
Ik hou wel van een zombie-film nu en dan. Zowel de rechttoe rechtaan versies waarbij er overdadig gebruik wordt gemaakt van gore en bloederige taferelen met enorme hoeveelheden te verorberen menselijke restanten en sappige hoeveelheden hersenen, als de versies die lichtjes afwijken van dit door Romero geschapen horror genre. “Dead Within” is zo een film waarbij de nadruk niet op de mensen verslindende creaturen ligt. En “Warm bodies” kan je dan de rom-com-zombiefilm bij uitstek noemen. Ook bij “Maggie” moet je je niet verwachten aan apocalyptische bloederige beelden vol zombies. Zulke beelden werden beperkt tot een tweetal confrontaties en enkele flashbacks. Het enige huiveringwekkende is de langzame verandering die Maggie ondergaat en een moment van zelfmutilatie. Voor Wade is de uiteindelijke beslissing die hij moet nemen het meest afschrikwekkende.
Misschien is dat het enige waar ik kritiek op zou kunnen geven. Schwarzenegger lijkt de hele film eigenlijk niets speciaals uit te voeren, behalve piekeren over de te maken keuze op het moment dat hij volgens Maggie naar een goed doorbakken braadworst begint te ruiken. Zijn dochter in quarantaine brengen, een pijnlijke medicijnen cocktail toedienen of de radicale oplossing ? Je kan hem gedurende de hele film hierover zien peinzen. Zijn doorleefd, bebaard aangezicht spreekt boekdelen. Maar hij doet dit met oprechtheid en volle overtuiging. Het meest gedenkwaardige moment was toen Maggie met een aantal vrienden een avondje doorbracht ergens in een veld waarbij zwavelstokjes niet ontbraken en een ietwat ongelukkige conversatie ontstond. Een aandoenlijke reünie waar iedereen pretendeerde dat alles nog normaal was maar tegelijkertijd besefte dat dit waarschijnlijk de laatste keer zou zijn dat ze van elkaars gezelschap kunnen genieten. En vanzelfsprekend de eindscène die me direct deed terugdenken aan “World War Z”.
Het is overduidelijk dat de nadruk in deze film ligt op de vader-dochter relatie. Schwarzenegger en Breslin eisen dan ook het leeuwendeel van de aandacht op en verdringen de bijrollen volledig naar de achtergrond. Het volgende klinkt een beetje banaal : “Arnold speelt een rol op dusdanige manier die je niet van hem gewend bent”. Maar uiteindelijk kon ik niet anders concluderen dat het zo was. Hij had beter al de vorige vertolkingen overgeslagen (vooral Sabotage). Ik was dus overduidelijk aangenaam verrast. Over Breslin kan ik alleen zeggen dat dit een prachtactrice is en een toekomstige ster aan het Hollywood firmament. Ondanks de beperkte dialogen is dit een schitterende acteerprestatie waarbij ze op een subtiele manier laat zien hoe ze bewust omgaat met haar naderende einde. Maar dat ze een opkomende ster was, liet ze al zien in “Wicked Blood” en recent in “Final Girl”. Ik wist niet dat ze ook een rol speelde in “The Call”. En nog een wetenswaardigheid : Schwarzenegger heette in “Escape Plan” Ray Breslin. Over toeval gesproken.
Conclusie : Ik ben er zeker van dat de hardcore-zombieliefhebbers dit maar een abominabel slechte film vinden door het totaal gebrek aan gore en bloederige taferelen. Ik was echter onder de indruk en vond dat deze film het begrip zombie in een heel ander daglicht zette. De liefdevolle relatie tussen vader en dochter staat centraal en komt zelfs melodramatische over op een bepaald moment. En dat voor een horror film.
3*
Magnificent Seven, The (2016)
“If God didn't want them to be sheared, he wouldn't have made them sheep.”
Wie al eens één van mijn schrijfsels heeft gelezen, weet ondertussen mijn mening over remakes en mijlpalen uit de filmgeschiedenis. Ik ben dus niet zo’n aanhanger voor het terug oprakelen van succesfilms uit het verleden en deze dan te voorzien van een nieuw jasje. In de meeste gevallen wordt er feitelijk niets nieuws naar voren gebracht. In het ergste geval schiet het resultaat zijn doel voorbij en is het eindproduct een lamentabele en soms wel volledig mislukte film. “Ghostbusters” was in mijn ogen zo’n wangedrocht en bevestigde mijn stelling dat sommige mijlpalen in de filmgeschiedenis onaantastbaar zijn (ik vrees dat de remake van “Jumanji” ook zo’n geval zal zijn). Er zijn echter ook uitzonderingen zoals de recente film “The Jungle Book”. Alhoewel dit niet een remake is in de strikte zin van het woord, maar eerder een verfilming van een tekenfilm.
Ik beweer ook niet dat deze “The magnificent seven” de originele film uit 1960 overtreft. De originele zwart-wit versie is en blijft een monument. Eigenlijk kan je deze film vergelijken met de remake van “RoboCop”. In grote lijnen zijn er overeenkomsten, maar subtiele wijzigingen maken deze versie eigentijdser. Net zoals bij deze laatste moet je deze western niet te veel vergelijken met de klassieker. Er zijn raakpunten en in grote lijnen overeenkomsten, maar door enkele herinterpretaties en een blits nieuw omhulsel kan men eerder stellen dat het een “restyling” is en niet een “remake”. Ook in deze film wordt een gemeenschap onderdrukt en uitgebuit door een machtswellusteling. Het zijn ditmaal wel geen in Mexico gevestigde landbouwers die door een Mexicaanse bende beroofd worden van hun broodnodig geoogst voedsel, maar wel een doodgewoon stadje waar de inwoners voor een hongerloon goud moeten delven uit een mijn en onder druk worden gezet door een redelijk geschifte tiran(Peter Sarsgaard) zodanig dat ze hun eigendom voor een appel en een ei van de hand doen. Ook hier doen de wanhopige inwoners beroep op een zevental huurlingen die dan schijnbaar zonder aarzeling de inwoners bijstaan om zicht te verweren tegen de onderdrukkers. Dat de zeven revolverhelden beschikken over een uitzonderlijk schiettalent en de bende bandieten oliedom zijn, met als resultaat dat ze en masse worden afgeslacht, is natuurlijk een vanzelfsprekendheid. En dat er eentje de rol van lafaard op zich neemt zoals Robert Vaughn in de versie uit 1960, is dan ook nog een opvallende overeenkomst.
Het grootste onderscheid zit hem in de zeven revolverhelden. Een allegaartje uit verschillende culturen afkomstige ruwe bolsters zodanig dat het een politiek correcte film werd. Een Afro-Amerikaan (Denzel Washington), Mexicaan (Manuel Garcia-Rulfo), Indiaan (Martin Sensmeier) en een Chinees (Byung-Hun Lee) zorgen voor de diversiteit qua afkomst. Daarnaast krijgen ze nog het gezelschap van een woudloper (Vincent D’Onofrio) wiens gewicht waarschijnlijk zijn intellect moeiteloos overstijgt. En een rokkenjagende cowboy (Chris Pratt) die ondanks een drankprobleem toch moeiteloos een doel weet te treffen. Maar over het algemeen is dit niet meer dan een actierijke western waarbij je je zeker niet verveelt. Na de introductie van de hoofdpersonages, die één voor één toetreden tot het selecte groepje, en de voorbereidingen op de confrontatie, is het tijd voor een uitgebreid knalfestijn waarbij aanzienlijk wat dynamiet wordt gebruikt, een immense kogelregen wordt geproduceerd met een Gatling gun als apotheose. Het meedogenloze zevental wordt hierbij geholpen door de van zich afbijtende boerenbevolking met Emma Cullen (Haley Bennett), een inwoonster van het stadje die zichzelf de taak oplegde om op zoek te gaan naar hulp, als leidende kracht.
“The magnificent seven” was een vermakelijke western waarna ik weer dat jeugdige, jongensachtige verlangen voelde opkomen en stiekem wenste ook in die periode opgegroeid te zijn. Die rebelse, bestofte revolverhelden die bedaard en koelbloedig hun tegenstanders in het stof doen bijten. Misschien was het einde een beetje overdreven en werden de verschillende personages qua karakter niet uitgebreid uitgewerkt, maar het spektakelgehalte was des te groter. Als je onwaarheden of plotholes zoekt, zal je ze wel vinden veronderstel ik. Maar je moet toch toegeven dat ze trouw gebleven zijn aan de grootste leugen gebruikt in bijna alle Westerns. En dat is over de schutterskwaliteiten van cowboys. In het echte Wilde Westen kon zelfs de beste revolverheld een stevige eik niet raken op tien meter. Het moment dat je dit begint te beseffen, kan je beter stoppen met Western films te kijken.
3,5*
Maid's Room, The (2013)
“Sorry, mr. Crawford, but everybody is equal under the eyes of god.
Under the eyes of god, maybe, but not mine.”
Echt enthousiast was ik niet over dit pover verhaal. Het lijkt eerder een verfilming van één of ander lichtvoetig misdaadromannetje zoals je ze terugvindt in elke krantenkiosk. Een soort “Der Alte” verhaal gesitueerd in modernere tijden, ondersteund door een soundtrack die me bij momenten een beetje aan “Twin Peaks” deed denken. Maar het verhaal op zijn eigen is maar magertjes en bepaalde vertolkingen zijn ook niet echt indrukwekkend. Het is eerst en vooral enorm voorspelbaar en bevat de meermaals aangehaalde aanklacht tegen de immense breuklijn tussen gefortuneerden en mensen uit de minder gegoede klasse. De schijnbare onaantastbaarheid van bepaalde individuen is de rode draad doorheen het hele verhaal. Buiten de korte speelduur is hierover dus weinig positiefs te zeggen.
Drina (Paula Garcés), een beeldschoon meisje uit Columbia, is uitgeweken naar de V.S. om daar in dienst te gaan bij de familie Crawfords, een steenrijke familie waarbij alle clichés niet geschuwd worden. De heer des huizes Mr. Crawford (Bill Camp) is zo’n typische grootverdiener waarvan je je afvraagt wat hij in hemelsnaam echt uitvoert daar zijn manier van uitdrukken niet echt een enorme indruk naliet bij mij. Het was eerder een onzekere manier van uitleg, zonder vastberadenheid en met eerder een beetje schroom als het op beslissen aankomt. Mrs. Crawford (Annabella Sciorra) is dan weer de uitbundige echtgenote die zichtbaar diegene is die het geld spendeert en zoals de traditie het beoogt heeft ze een zichtbaar drankprobleem. Brandon (Philip Ettinger) vertolkt de rotbedorven zoon die door het huis flaneert en er leeft als een god in Frankrijk. Typisch zo’n jeugdige die het voor de wind gaat louter en alleen dankzij zijn afkomst (zonder zijn vader zou hij nooit Princeton binnen geraakt zijn). Drina tenslotte is de bescheidenheid zelve. De enige leefruimte waar ze in haar vrije tijd mag vertoeven is haar minuscule slaapkamertje langs de garage. De rest van het huis is werkterrein voor haar. En ondanks de vriendelijke toon die Mrs. Crawford aanslaat, voel je toch die hautaine houding.
Als naderhand op een avond zoonlief Brandon stomdronken thuis komt, de garage onderkotst en strompelend zijn bed opzoekt, ontdekt Drina de volgende morgen dat de auto serieus beschadigt in de garage staat en er ook nog eens aanwijzingen zijn dat er bloed is weggeveegd. Althans er werd gepoogd om deze klus te klaren. Brandon wimpelt dit voorval af en geeft als verklaring dat hij een hert heeft aangereden. Totdat Drina een artikel in Brandon’s kamer vindt over een dodelijk verkeersongeval met vluchtmisdrijf. En hierna ontspoort het hele verhaal . Men verwacht dat het uiteindelijke verhaal zich zou richten op het ontrafelen van de misdaad. Het wordt echter een ethische kwestie over omkoping en rechtvaardigheid, met alle gevolgen van dien. Eindigen doet het als een waar-verbergen-we-het-lijk soap zoals je kan verwachten in “How to get away with murder ?”.
En niet alleen het verhaal was niet veel speciaals. Ook de acteerprestaties waren soms tenenkrommend slecht. En dan voornamelijk de vertolkingen van Mr. En Mrs. Crawford waren te triest voor woorden. Alleen al de openingsscène in het bureel van Mr. Crawford waar er een dialoog is tussen deze twee personages waarbij het wel of niet aannemen van Drina het hoofdonderwerp was, deed me bijna besluiten om de televisie uit te schakelen. Het zijn voornamelijk Drina en Brandon die nog aanvaardbaar acteren. Drina door haar jeugdige onschuld en waarschijnlijk merendeels door haar natuurlijke schoonheid en sensuele uitstraling (ondanks de poging om haar een kuiser uiterlijk te bezorgen door een strak achterover gekamd kapsel). Haar Amerikaans waardoorheen een duidelijk Zuid-Amerikaans accent te horen was, had het verkeerde effect op mij. In plaats van meelijwekkend te worden, klonk het alleen maar sensueler. Brandon deed zijn uiterste best om niet te deftig over te komen. Ondanks zijn stabiele situatie als zoon van rijkelui, kwam hij soms toch over als een onzeker tienerjongetje.
Uiteindelijk kan je “The Maiden’s room” gerust vergelijken met een pulpromannetje dat je ergens weg grabbelt uit een kiosk en dat je terwijl je ergens op zit te wachten als tijdverdrijf vluchtig doorleest. Hoe toepasselijk, het dient dus louter en alleen om de tijd de doden (no pun intended).
2*
Maleficent (2014)
“Before the sun sets on her sixteenth birthday, she will fall into a sleep like death!”
De allereerste bioscoopfilm die ik gezien heb (zover als ik het mij kan herinneren) was de originele Walt Disney film ‘Sneeuwwitje en de 7 dwergen’ toen ik ongeveer 6 jaar was. Het was in zo’n minuscuul muf dorpsbioscoopje. Het pre-smartphone tijdperk zodanig dat je nog kon genieten van een film zonder het gevoel te hebben dat je in één of andere discotheek zat met al die lichtschijnsels. Wat me wel is bijgebleven is de impact dat die film op me had. Misschien is daar wel mijn liefde voor het medium film ontstaan. Op latere leeftijd verslond ik kilo’s boeken. Vooral het fantasie genre sprak me aan, zoals Terry Pratchett, Feist, Terry Goodkind en Tolkien (natuurlijk) die beschreven. Als het over een mythologische en magische wereld ging, bevolkt met dwergen, reuzen, magiërs en ridders, dan was ik uren zoet in deze imaginaire omgeving. De filmwereld palmde mij ook in met prachtige films zoals ‘Willow’, ‘Lord of the Rings’ of ‘The Chronicles of Narnia’. Ik moet zelfs met rode kaken toegeven dat ik stond te popelen als een tiener om de eerste Harry Potter film te zien. En tegenwoordig, als vader zijnde, geniet ik samen met mijn 2 peuters van ‘Frozen’ en oude Walt Disney klassiekers. Om het kort te maken: “ik hou wel eens van zo’n verfilmd sprookje!”
Lees mijn volledige mening hier ...
3.5*
Mama (2013)
Daddy,look! There's a woman outside the window.And she's not touching the floor.
In "Mama" zitten alle elementen om er een uitstekende,creepy griezelfilm van te maken. Het begint enorm sterk met een wat wazige situatie met een wanhopige vader die zijn vrouw vermoord en de kinderen ontvoerd naar een onbekende bestemming. Ik veronderstel dat het een familiedrama in wording is door een economische crisis. Het plan om de 2 zusjes Victoria en Lilly om te brengen loopt echter in het honderd na een ongeval, waarbij ze dan terechtkomen in een afgelegen hut in het woud. Hier kan de vader uiteindelijk zijn wanhoopsdaad niet uitvoeren door de interventie van een wazig (gezien door de ogen van Victoria die slechtziende is) wezen : "Mama" blijkt naderhand.
Wat hierna volgt is voor mij één van de meest indruk nalatende scene van deze film nl. het moment waarop de 2 meisjes na 5 jaren worden teruggevonden. Het beeld van de 2 wiegende,met modder besmeurde,neuriënde zusjes bovenop de koelkast waar ze zich op een razendsnelle,spinachtige manier naartoe bewogen. Opgevolgd door de beelden in de psychiatrische instelling waar de zusjes in observatie zitten en waar getoond wordt hoe ze geëvolueerd zijn naar de schichtige onderontwikkelde wezens door hun langdurige isolement. Het moment waarop Victoria ineens verschijnt aan het kijkraam is een aanzet naar gelijksoortige schrikelementen en ze deed mij toen enorm denken aan Samara uit "The Ring".
Als Lucas,de broer van de verdwenen vader, het voogdijschap over de 2 zusjes op zich neemt, en samen met Annabel ,zijn vriendin, een huis,aangeboden door het instituut waar de begeleidende psychiater werkt,betrekken blijkt dat er zich iets anders ook daar heeft genesteld. Als Lucas in het ziekenhuis belandt door toedoen van "Mama",staat Annabel er helemaal alleen voor om de meisjes op te vangen, en gaan de poppen pas echt aan het dansen.
Het verhaal op zijn eigen is al ontelbare malen verteld in andere haunted-movies. Alhoewel het niet echt in de puurste zin van het woord een haunted-house film is. De bundel cliché's uit andere horror-films passeren één voor één de revue.Daar hoort dan ook de soundtrack bij. Ok,t'is goedkoop maar geef toe, de meeste horror films zijn hier afhankelijk van en zonder lijkt het eerder dat je een aflevering van de Fabeltjeskrant hebt gezien i.p.v. een zenuwslopende horror/griezelprent.M.a.w. het hoort er gewoonweg bij.
Ik vond de acteerprestatie van de meisjes een topprestatie. Vooral Lilly vond ik somtijds angstaanjagend en demonisch. Het plots opdoemen vanuit het duister met die wezenloos starende blik om dan bliksemsnel al giechelend te verdwijnen. Zij was ook de enige van het tweetal die onvoorwaardelijk "Mama" aanvaardde als haar natuurlijk moeder en geen afscheid wou of kon nemen van deze entiteit. Victoria vond ik niet zo een sterk neergezette persoon maar dat lag meer in de lijn van het personage. Zij maakte sneller de stap naar de meer menselijke leefwereld en aanvaardde Lucas en Annabel als surogaatouders. Daarom ook de afwijzing op Lilly's verzoek om mee naar buiten te gaan spelen met "Mama". Lucas verdween snel uit het beeld en speelde dus een ondergeschikte rol. Annabel daarentegen vond ik ook een sterke vertolking. Van een alternatieve rockchick ,met totaal geen moederinstinct (dacht dat ze blij was dat de zwangerschapstest negatief was in het begin van de film), die evolueert naar een moederfiguur die zich echt bekommert over de zusjes.
Maar het sterkste personage vond ik toch wel het wezen "Mama". Ik heb me geen moment gestoord aan een slechte CGI of irriterende SFX. Ik vond het een overtuigende en angstaanjagende vertoning. Groot was mijn verrassing om dan ook de naam Javier Botet te zien tussen de cast op IMDB. De vertolker van "Mama" ... duhuh....Deze persoon kreeg op 5-jarige leeftijd te horen dat hij lijdt aan de symptomen van Marfan.Een afwijking waardoor een persoon uitgroeit tot een ongewone lichaamslengte met lange,magere armen,benen en vingers. Hij heeft deze natuurlijke afwijking gebruikt om figuren neer te zetten zoals "Mama" en Medeiros in de REC films. De CGI is dan naderhand hierop geprojecteerd. Hierdoor kreeg de figuur "Mama" een meer realistische gestalte. Grappig dat er dan de hele tijd geklaagd wordt over de gebrekkige CGI en rare bewegingen die de geest maakte. Als dan blijkt dat het een persoon is,zoals Raouljason ook opmerkte, dan wordt het argument "goedkoop" erbij gehaald. Yep, t'is ook nooit goed Het enigste lachwekkende vond ik die over de vloer rondschuifelende pruik. Dat hadden ze wel op een andere manier mogen uitwerken.
Uiteindelijk vond ik het een beangstigende film met een heel intense juist geplaatste sfeer en één, voor mij, schrikmoment waar ik een tijdje van moest bekomen (En ik schrik dus praktisch nooit). Weeral blijkt dus dat een goede horror niet altijd de nodige gore elementen nodig heeft om het beklemmend te maken. Zelf vond ik het einde ook wel een beetje ver gezocht met een in een archief bewaard baby-lijkje (jawadde) en de in een enorme zwerm nachtvlinders uiteenspattende cocoon.Net als in "The woman in black" blijkt de gevonden remedie , de vloek niet op te heffen.
3,5*
Man Down (2015)
“So, anytime I want to say I love you, what am I going to say to you?
Man down.”
“Man down” is weeral zo’n vreselijk ondergewaardeerde film. Neen, het is geen post-apocalyptische SF film zoals er al zovelen zijn geweest de laatste jaren (zowel uitstekende als barslechte). En nee, het hoofdthema is ook niet hoe een marinier een tour in Afghanistan overleeft en terugkeert als een regelrechte oorlogsheld (zoals in “Billy Lynn’s Long Halftime Walk”). De gehele film is een samensmelting van drie verschillende tijdslijnen. Tijdslijnen die rond een welbepaald incident slingeren. Een incident die een dusdanige impact had op Gabriel Drummer (Shia LaBeouf) dat zijn visie over de werkelijkheid compleet veranderde. Het is pas bij de openbaring op het uiteinde dat de hele opzet duidelijk wordt. En om eerlijk te zijn was ik toch even van mijn melk. Zelfs zonder de vreselijke statistische gegevens die voor de aftiteling werd getoond. Om eerlijk te zijn was dit het enige waar ik me aan stoorde. In mijn ogen een onnodig kunstmatig trucje om het dramatische aspect te versterken.
Om eerlijk te zijn heb ik deze film altijd preventief voor me uitgeschoven vanwege de toch wel erge kritieken die er over circuleerden. Als je de citaten leest van digitale artikels, dan vergaat je de goesting om deze schijnbaar afschuwelijke film te kijken : “Man down” is “A Cliche-Ridden Mess”, “A meandering mystery”, “A disappointing hodgepodge of ideas and styles” en ook “A convoluted tangle of idiotic timelines”. En dat er bij de première in de U.K. slechts één toegangsticket werd verkocht (hier gelezen), komt deze film ook niet ten goede. Anderzijds laat dit ook zien hoe beïnvloedbaar de Engelsen zijn. Of zegt dit iets over de smaak van deze altijd tegendraads handelende eilandbewoners?
“Man down” is een atypische oorlogsfilm waarin de aangerichte psychologische ravage bij een militair, ten gevolge van een traumatische ervaring, centraal staat. Menig kijkers zullen waarschijnlijk knettergek worden van het heen en weer geflipper tussen de verschillende tijdslijnen. De eerste verhaallijn handelt over het familiale leven dat Gabriel leidde en de opleiding als marinier die hij op aanraden van zijn beste vriend Devin (Jai Courtney) aanvatte. Vervolgens is er de Afghaanse verhaallijn waar er telkens overgeschakeld wordt van het strijdtoneel en het “incident”, naar de therapeutische sessies met Kapitein Peyton (Gary Oldman). Tenslotte is er ook een blik in de toekomst waar de V.S. te lijden heeft gehad van een verwoestende oorlog en waar Gabriel samen met Devin de in puin liggende stad doorkruist op zoek naar Gabriel’s zoon Jonathan (Charlie Shotwell). Soms was het moeilijk te volgen. Achteraf bekeken moet ik dan wel toegeven dat het toch schitterend in elkaar is gestoken en dat de drie verhalen op een ingenieuze wijze verweven werden om gezamenlijk naar de verlossende ontknoping toe te groeien.
Voor de ongeduldige filmkijker zal dit een verschrikking zijn hoogstwaarschijnlijk. Het lijkt wel alsof er geruime tijd niets bijzonders gebeurd. Maar ’t is het waard om een klein tikkeltje geduld op te brengen. Ook al had ik een klein vermoeden over de uiteindelijke uitkomst, was het toch nog een verrassing. En niet alleen het achterliggend verhaal sprak me aan. Ook de degelijke acteerprestaties van respectievelijk Shia LaBeouf, Jai Courtney, Charlie Shotwell en Kate Mara kon ik wel appreciëren. Uiteraard zijn “The Deer Hunter”, "Coming Home" en “Jacob’s Ladder” superieure films als het over het onderwerp PTSS. Misschien zien de beelden er verward uit. Misschien was het een poging om de psyche van zo’n persoon te representeren. De oproep om zulke slachtoffers degelijke hulp te bieden, is gegrond. Hopelijk denkt men ook aan al die anderen die aan hetzelfde lijden door een ander soort traumatische ervaring.
3.5*
Man from Planet X, The (1951)
In één woord : saai. 't Is misschien wel eentje uit de hele oude doos. Maar het buitenaards wezen zag eruit alsof het uit een marionetten theater was weggevlucht. Het ruimtetuig zag er als een blikken dartspijl uit. The Invisible Man uit 1933 zag er stukken beter uit, ook al is die pakweg 20 jaar eerder gemaakt.
1.5*
Man of Steel (2013)
Born on Krypton and raised on Earth, you had the best of both and were meant to be the bridge between two worlds.
Superman is nu echt niet bepaald mijn favoriet tussen al die andere Superhelden. Ik vond hem altijd het mietje van de hele bende en niet alleen omdat hij zijn onderbroek steeds verkeerd aanhad. Als je hem vergelijkt met Spiderman,Batman,The Hulk,The Magnificent Seven,Dare Devil of The X-men, is hij eigenlijk toch maar een belabberd figuur. De meeste van de opgenoemde superhelden zijn gemuteerd op één of andere manier : radioactieve straling,chemisch afval,spinnenbeet,…. Superman is uit het heelal neergestort op de Aarde, heeft zijn krachten gekregen doordat de zwaartekracht op zijn thuisplaneet veel groter is, maar wordt weer zwakker als hij in de buurt komt van een doodsimpel groen oplichtende materie genaamd kryptoniet. Als tiener vond ik dit niet echt tot de verbeelding sprekend.
Ik was 12 jaar toen ik de eerste film van Superman zag waarin Christopher Reeve schitterde. Ik was toen redelijk onder de indruk van deze film. De speciale effecten stelden, vergeleken met deze MOS , uiteindelijk niks voor maar waren voor die tijd toch wel state of the art. Een positief iets is dat ze niet het hele verhaal identiek hebben overgenomen. MOS wordt op een heel andere manier verteld. Het enigste wat ik wel miste was de figuur Lex Luther en de manier waarop generaal Zod en zijn trawanten werden verbannen van de planeet Krypton. Ik vond die platte wegvliegende platen toen in de tijd wel snugger gevonden.
MOS heeft me echter een dubbel gevoel gegeven. Ik vond het eerste deel met de ontwikkelingen op Krypton en de kennismaking van de aardbewoners met Superman een sterk begin. Totdat Zod arriveert. Dan begint het voor mij vreselijk overdreven eruit te zien. De vormgeving en beelden van de in gevaar zijnde planeet Krypton en de overname door Zod, zijn gewoonweg prachtig en een indicatie van wat er nog ging komen. Prachtige SE's en CGI waarop ik nog comfortabeler in mijn zetel ging achteroverleunen, om de rest op me af te laten komen. Beelden die gerust mogen vergeleken worden met deze van de betere hedendaags SF's.
Allereerst zien we dan Superman als rondtrekkende jongeman die probeert zijn krachten binnen te perken te houden en niet te openbaren aan de mensheid. En de flashbacks tonen zijn moeilijke jeugd waarin hij duidelijk worstelde met het al dan niet gebruiken van deze bovenmenselijke krachten. Cavill vond ik buitengewoon schitterend in zijn rol. En niet alleen omdat het kostuum een restyling heeft gekregen. Kevin Costner en Diane Lane als zijn menselijke vader en moeder vond ik beide overtuigend overkomen. Amy Adams heeft een leuk snoetje maar als Lois Lane kon ze me niet echt bekoren. De relatie met Superman werd hier ook niet zo uitgesproken uitgediept en mij leek het niet meer dan een gewone vriendschap tussen de beide personages. De ontdekking van het ruimteschip en de verdere ontwikkeling als Superman waren uitermate goed uitgewerkt. De manier waarop hij zijn krachten verder ontwikkeld en de beelden die hieruit voorkomen met vooral de door de geluidsmuur vliegende Kar-El, zijn een genot.
En dan landen Zod en zijn gezelschap op de planeet Aarde en claimen de uitlevering van Superman. Wat we dan krijgen is een aaneenschakeling van rollende spierbundels en een verbijsterende machtsontplooiing met een verwoestende kracht dat heel Metropolis in een enorme puinhoop achterlaat. Dat het er heftig aan toe zou gaan was te verwachten, maar dit was een beetje een overdreven vertoning. Een half uur lang instortende gebouwen en wolkenkrabbers, platgeslagen voertuigen, neerstortende satellieten en rondvliegend puin. Ik dacht dat er maar geen einde zou komen aan deze apocalyptische beelden. Na een tijdje was het niet meer uit bewondering dat ik aan het kijken was, maar eerder uit verveling, als ik voor de zoveelste keer Superman of Zod door een reeks gebouwen geslingerd zag worden en allerhande tonnenzwaar materiaal platgeslagen werd op hun tronie. Ondanks dat ze eigenlijk onverwoestbaar en pijnloos zijn, moesten ze telkens weer halfbewusteloos rechtkrabbelen om dan weer verder te gaan met de uitzichtloze krachtmeting. Het belachelijkste was, dat nadat ze elkaar betimmerd hadden met alles wat maar voor het grijpen was en zowel Zod als Superman letterlijk massa’s beton en ijzer op elkaar hadden gesmakt, werd er een einde gemaakt aan dit onmenselijk gevecht door een simpele snok aan Zod’s nek zoals je ook wel eens ziet in een doodnormale actiefilm. Spijtig en een beetje goedkoop. Ik had liever een oplossing gezien zoals ze hadden bewerkstelligd met het ruimteschip van Zod en de hele handel teruggeflitst werd naar de Phantom Zone. Maar ja, uiteindelijk moet het toch ergens eindigen !
En het onmiskenbare einde is ook één van mijn ergernissen als het gaat over Superman. Hij gaat werken bij de Dailey Planet en is , hoe is het mogelijk, onherkenbaar door het dragen van een doodsimpel uitziend ziekenkas-brilletje. Vreselijk gewoon
Man of Steel. Geen super film. Wel uitstekend gebruik makend van de huidige computertechnologie waardoor alles er gelikt uitziet, maar een overdreven allesvernietigend half uur om te eindigen. Ik werd er niet echt door omvergeblazen ! Om hier nu het woordje diepgang bij te sleuren vind ik dan ook weer overdreven. Ik verwacht niet dat een superhelden film diepgang heeft. Dat verwacht ik eerder in een film zoals "Tyrannosaur" of "A Dangerous method".
3,5*
Män Som Hatar Kvinnor (2009)
Alternatieve titel: Millennium: Mannen Die Vrouwen Haten
Nadat ik de bestseller van Stieg Larsson in één ruk achterelkaar heb uitgelezen, heb ik direct dit eerste deel binnengehaald en zeker niet ontgoocheld. Straf acteerwerk van Noomi Rapace. Ik vond wel dat Niels Arden Oplev in grote lijnen het boek heeft gevolgd. Sommige scenes zijn juist zoals ik het me voorstelde vanuit het boek. Het deel waar ze wraak neemt op Bjurman , die bij toeval haar voogd is geworden, en heel Lisbeth haar financien regelt mits en in ruil voor bepaalde diensten toegeeflijker is, is zo expliciet en 2 the point.
De sfeer en locaties uit het winterse Zweden dragen ook bij tot een degelijk onderhoudende film.
Ik heb de AMerikaanse versie bewust nog niet gekeken, omdat ik vrees dat dit weer Amerikaanse proporties gaat aannemen : grootser, meer spektakel en overdreven.
Deze zweedse versie een dikke 4.5*
Man Who Killed Hitler and Then the Bigfoot, The (2018)
That day, I just killed a man.
What he stood for was unstoppable.
Alleen al de absurde titel zou je nieuwsgierigheid moeten stimuleren. Een film met zo’n joekel van een titel die compleet absurd klinkt, kan toch alleen maar zorgen voor een onevenaarbare ervaring. Mijn eerste reactie was : “Alleen Monty Python kan zo’n filmtitel verzinnen.”. Ik vond “The man who killed Hitler and then the Bigfoot” een verademing, na het zien van zogezegde meesterlijke films die je ademloos zouden achterlaten en uiteindelijk diep ontgoochelen. Meer en meer kom ik tot het besef dat mainstream films me minder bekoren dan die wat niet echt in het commercieel circuit te zien zijn. Wat is me nu bijgebleven na het bekijken van “The man who killed Hitler and then the Bigfoot”? Ten eerste dat de makers van deze eigenzinnige film enerzijds zorgden voor het ontstaan van een mythe. En anderzijds voor het elimineren van een mythe. Ten tweede dat Sam Elliott buiten het feit dat hij de bezitter is van een indrukwekkende walrussnor ook over een portie acteertalent beschikt. Niets nieuws eigenlijk. Die Oscar nominatie komt dan ook een eeuwigheid te laat. En tenslotte de vraag wat er nu uiteindelijk in het kistje zat. En wat er nu eigenlijk in Calvin Barr’s schoen zat en hem de gehele film ambeteerde.
Voor de aandachtige lezers is het al overduidelijk. Dit is geen doorsnee film dat gecreëerd werd voor het grote publiek. En ook al zijn de twee hoofdonderwerpen wereldschokkend (indien werkelijkheid) en absurd tegelijkertijd, sudderen er ook nevenonderwerpen onder het oppervlakte die net zo belangrijk zijn. Onderwerpen die handelen over spijt en het mijmeren over een levensloop en of het niet anders had kunnen verlopen. En ook over het verwerken van trauma’s en verwaarloosde familierelaties. En tenslotte het verliezen van een oude liefde. Het zit er allemaal in verwerkt op een subtiele wijze. Ook al lijkt de filmtitel erop te wijzen dat je één of andere obscuur, modernistisch filmexperiment met goedkoop geweld en een absurdistische verhaallijn te zien gaat krijgen (het deed me ook denken aan zo’n typische Craig Moss filmtitel), pakt het allemaal toch heel anders en verrassend uit.
Alles draait rond Calvin Barr (Sam Elliott). Een veteraan die in WWII iets welbepaalds heeft uitgevoerd dat normaal gezien heel ingrijpend voor de wereldgeschiedenis zou moeten zijn. Alleen bleek zijn tot in de puntjes voorbereide en succesvol uitgevoerde opdracht niet het vermeende effect te hebben. Het schijnt blijkbaar iets te maken te hebben met doofpotten en geheimhouding. Zijn reputatie zorgt er echter voor dat hij op oudere leeftijd nogmaals gevraagd wordt door de geheime dienst van de V.S. om alweer een ultra-geheime opdracht uit te voeren waar men hoogstwaarschijnlijk naderhand niets meer over zal vernemen. Zo’n opdracht die onomstotelijk zal uitgroeien tot een mythe. Een feit waar men naar zal gissen of het nu wel daadwerkelijk is gebeurd.
Misschien vreet dit ook een beetje aan Calvin. Het ontbreken van enige waardering voor zijn daden en een officiële eerbetoon voor wat hij heeft betekent voor de mensheid. Ofwel het besef dat zijn handeling uiteindelijk niets wezenlijks heeft opgebracht. Daarom zijn desinteresse bij de gestelde vraag en zijn toelichting over het gedachtengoed dat blijft voortbestaan. Ook na het elimineren van diegene die het gedachtengoed verspreid. En waarschijnlijk hetgeen hem het meest dwarszit, is het feit dat de missie om de persoon die een dreiging is voor de wereldvrede te elimineren, er integraal voor zorgde dat de persoon waar hij enorm van hield hem ontglipte.
Ontegensprekelijk is de vertolking door Sam Elliott gewoonweg subliem. Dat zal dan wel grotendeels te maken hebben met zijn uiterlijk en gelaatsuitdrukkingen. Iets waar Krzykowski rijkelijk gebruik van gemaakt heeft. Dus verwacht maar een groot deel close-ups waar je die staalharde blik van hem over zijn plooibrilletje te zien krijgt. Een ruw uiterlijk met borstelige wenkbrauwen en een gigantische grijze walrussnor. Het is zo’n man die een rijkelijk gevuld leven achter de rug heeft waar hij over peinst en aan terug denkt. Maar ook een man op leeftijd die dagelijks een resem pillen moet nemen, in slaap valt voor zijn antiek uitziende televisie en aan zijn ook al op leeftijd zijnde hond vraagt hoe ze de dag door zullen komen. Een karakterkop met een kenmerkende stem. Prachtig acteerwerk door een icoon in filmland.
Maar ook de vertolking van Aidan Turner als de jongere versie van Calvin mag er zijn. De veelvuldige flashbacks die in de film voorkomen tonen het doen en laten van de jongere Calvin. Flashbacks die plots opduiken wanneer de oudere Calvin zijn gedachten afdwalen. Dan zien we de ietwat timide hoedenverkoper die gevoelens krijgt voor Maxime (Caitlin FitzGerald). Een nogal stuntelig geval die er maar niet in slaagt om een huwelijksaanzoek tot een goed einde te brengen. Eigenlijk is het gedeelte waar Aidan Tuner in verschijnt het meer kluchtige deel. Het onhandig en gênant verlopend dinertje. Zijn ontvangst aan het hoofdkwartier van de Nazi’s.
Neen, “The man who killed Hitler and then the Bigfoot” is niet alleen een film over een held en zijn heroïsche daden. En ook al is de titel letterlijk datgene wat zich afspeelt in deze film, toch dekt het niet de lading. De titel zou completer zijn met “… and gained nothing with it.” want bij beide missies verloor Calvin eigenlijk iets. Maar dan zou de titel waarschijnlijk niet meer passen op de affiche. Ik vond het gewoonweg een fascinerende film. Een film over absurde feiten van mythische proporties. Of misschien toch niet? Sadam Hoessein had ook zijn legertje dubbelgangers. En niemand heeft ooit kunnen bewijzen dat de Sasquatch NIET bestaat. Daarom dat het mythes zijn. Ik bleef zitten met alleen maar één vraag. Wat zat er in godsnaam in dat houten kistje en Calvin’s schoen? Een gouden raad. Ga deze film kijken en bezorg mij a.u.b. het antwoord!
4*
Manglehorn (2014)
“I'm going to a pancake jamboree. You know, at the Legion,
I'm going there tomorrow. See the old guys.
I like hangin' out with folks worse off than me.”
Dat Pacino een magistrale acteur is met een palmares om u tegen te zeggen, wordt door niemand in twijfel getrokken. Zijn unieke karakterkop heeft al op vele filmposters van welgekende films geprijkt. Van Michael Corleone, via Tony Montana naar Willy Bank. Telkens speelde hij een imposant figuur met charismatische karaktertrekken. Gelukkig dat David Gordon Green hem kon strikken voor de hoofdrol in “Manglehorn”. Niet dat het een episch maffiaverhaal of misdaadfilm met een corrupt politieapparaat is. Het is eerder een melancholische karakterstudie waarbij Pacino alle registers kan opentrekken en nogmaals demonstreert wat een klasse acteur hij in feite is. Maar dat is dan ook de enige conclusie die we kunnen trekken na het bekijken van dit langdradig en actiearm verhaal : Pacino is en blijft ongeziene klasse.
Hij vertolkt de rol van Manglehorn , een vereenzaamde melancholicus die het beroep van sleutelmaker uitoefent, een beperkte vriendenkring heeft, gehecht is aan zijn kat en een platonische verhouding heeft met een bankbediende. Maar over het algemeen zit hij in het midden van een levensstrijd waarbij hij zich wentelt in zelfmedelijden omdat hij de liefde van zijn leven heeft laten schieten. Een verbitterd man met een onheilspellend klinkende naam vol liefdesverdriet voor Clara : “I’m a wounded man… I got real pain in my heart.”
De film is een verzameling van gebeurtenissen. Het verhaal van een oude man die zich doorheen het leven sleept. Het verhaal verloopt traag en wordt gedrapeerd met subtiele symboliek en is overladen met de steeds weerkerende menselijke gevoelens van spijt en weltschmerz. Manglehorn is een chagrijnige vent die de kunst van omgang met andere personen verleert heeft. Zijn demonstratie tijdens het etentje met Dawn (Holly Hunter) spreekt boekdelen. Een momentum dat indruk maakt. Een smeltkroes van emoties samengevat in enkele momenten. Uiteindelijk vond ik dit een sleutelmoment en het meest magistrale acteerwerk uit de gehele film.
Buiten de soms artistiek aandoende beelden (die me soms wat deden denken aan “Only God forgives”) en het sombere karakter van de film, is “Manglehorn” uiteindelijk niet meer dan een aaneenschakeling van gebeurtenissen over iemand die zich afvraagt of hij wel het uiterste uit zijn leven heeft gehaald. Schitterende vertolkingen van Pacino en Hunter. Maar als het eindresultaat gewoon een bewijs is dat Pacino een exquise acteur is, dan is dit wel een enorme teleurstelling. Want van die stelling was ik al overtuigd sowieso !
2.5*
Manhattan Nocturne (2016)
Alternatieve titel: Manhattan Night
“I'm always running to the place where the bad thing just happened,
arriving just after the danger has passed,
watching from a safe distance,
searching for an angle,
that little wrinkle,
the kick to the heart that makes you want to put down the dollar and pick up the paper.”
Na twee iets mindere films van Adrien Brody gezien te hebben, met name “Backtrack” en vooral “American Heist”, ontwaarde ik die trieste blik weer van hem op de cover van “Manhattan Night”. Klinkt misschien raar, maar telkens ik Brody’s gelaatsuitdrukking zie op een cover, overvalt me al direct een gevoel van somberheid en droefheid. Bestudeer maar eens deze cover, die van “Backtrack” en die van pakweg “Wrecked”. Telkens zie je een melancholisch persoon met zo van die droeve puppy ogen en een verbeten trek om de mond, die je quasi hulpeloos en smekend aankijkt. De man heeft een natuurlijke tristesse over zich.
Ondanks kenmerkende fysieke karaktertrekken, deed hij me denken aan Jake Gyllenhaal als sensatiejager in “Nightcrawler”. Hetzelfde beroep, dezelfde gretigheid en dezelfde droefgeestige blik. Het enige grote verschil is dat Porter Wren al een primeur te pakken had in het verleden en door zijn journalistiek speurderswerk erin slaagde om een jong meisje terug te vinden. Vandaar dat hij nog zijn dagelijkse column in de New York Daily News mag verzorgen. Ook al is de nieuwe eigenaar van deze krant niet bijster enthousiast hierover. In eerste instantie zou je zeggen dat Porter een saai, niet van zijn stuk te brengen persoon is. Dat is dan buiten Caroline Crowley (Yvonne Strahovski) gerekend. Het moment dat hij haar ziet op een feestje is hij al verloren en raakt hij verstrikt in het verleidelijk web van deze blonde mannenverslindster. Caroline’s interesse in Porter is ook van praktische aard. Ze wil Porter’s “Sherlock Holmes” eigenschappen gebruiken om de verdachte dood van haar man Simon Crowley (Campbell Scott) te onderzoeken.
Wat je voorgeschoteld krijgt is iets gelijkaardigs als “Basic Instinct” waarbij Brody zich gedraagt als een soortement Poirot die zich vastbijt in een zaak. Daarbovenop krijgt hij dan nog te maken met een zaak over afpersing waardoor de hele zaak nog ingewikkelder wordt. Een verhaal vol intriges en erotisch geladen scenes. Brody die telkens een column schrijft over andermans miserie, lijkt nu zelf een hoofdpersonage te worden voor zo’n column. Alhoewel alle aandacht zou moeten opgeëist worden door de stormachtige affaire tussen Porter en Caroline enerzijds. En anderzijds de ingewikkelde ontwikkelingen die Porter langzaamaan in een verstikkende greep houden, ging mijn aandacht naar de toch wel extravagante persoonlijkheid van Crowley. Een lichtgestoorde filmproducent met enkele toch wel absurde karaktertrekken. Een echte mafketel met een bizar gevoel voor humor. Zo iemand die voor de grap pretendeert dat hij zelfmoord heeft gepleegd na inname van een ruim aantal pillen en dan doodgemoedereerd en stikkend van het lachen rechtstaat om dan proestend te besluiten dat het maar om te lachen was. En voor zo een als een clochard uitziende excentriekeling valt zo’n uiterst aantrekkelijk, adembenemende erotische blondine? Begrijpe wie begrijpen kan. Maar dat de vertolking door Campbell Scott uitermate schitterend was, staat buiten kijf.
Al bij al geen slechte film, maar ook geen hoogvlieger. Maak er een zwart-witfilm van en je kan het plaatsen tussen andere Hollywood klassiekers die getoond worden op een pay-per-view televisiekanaal. Het zal niet echt opvallen. Stijlvol kan je deze film wel noemen. “Manhattan Night” pretendeert een neo-noir film te zijn met een mysterie erin verwerkt. Echt mysterieus is het echter niet.
2.5*
Mara (2018)
Whatever you do, do NOT sleep!
Heb je last van slaapstoornissen? Lig je telkens weer te woelen in bed of wordt je welverdiende slaap verstoord door angstaanjagende nachtmerries? Dan raad ik je aan om “Mara” niet te kijken, want het zou misschien wel eens kunnen verergeren. Nu, zelf heb ik daar totaal geen last van en geniet ik telkens van een zorgeloze nachtrust. En om eerlijk te zijn zal deze film er ook niet voor zorgen dat ik klaarwakker in mijn bed lig terwijl ik angstig staar naar het plafond. Op zich was het geen slechte film, maar ik vond het niet al te origineel. En zeker niet afschrikwekkend. “Mara” is een soort “A nightmare on Elm Street” waarbij een gelijkaardig creatuur als in “Mama” bepaalde uitverkorenen verrast met een nachtelijk bezoekje. De reden waarom sommige van dit privilege genieten, is een beetje flauw. Ik ben er zeker van dat de helft van de wereldbevolking hiervoor dan in aanmerking komt.
Kate (Olga “Oblivion” Kurylenko) is een psychologe waar men beroep op doet in een moordzaak. Een moordzaak waarbij een echtgenote haar man in zijn slaap heeft vermoord. Kate moet al haar psychologische kennis bovenhalen om een oordeel te vellen over de geestelijke toestand van de verdachte. In eerste instantie lijkt het alsof Kate een verstandig iemand is die haar analytisch, nuchter redeneringsvermogen gebruikt om tot een eindconclusie te komen. Maar naarmate ze verstrengeld raakt in het mysterie van de demon die arme drommels in hun slaap bezoekt (in verschillende stadia), lijkt dat verstandelijke te verdwijnen als sneeuw voor de zon. Ik zou dus na enkele angstaanjagende confrontaties met het illustere wezen toch wel echt geloven in hetgeen men beweert. En als je dan ook nog eens een zichtbaar bewijs hebt op video, dan rep je je toch naar de rechercheur die het onderzoek leidt om hetgeen je ontdekte kenbaar te maken. Nee hoor, niet onze Kate. Die zwijgt als vermoord.
Dat de succubus Mara griezelig veel op het fenomeen uit “Mama” leek, is ook niet toevallig. Want de persoon die beide griezels vertolkte is één en dezelfde. Namelijk de Spaanse acteur Javier Botet. Weeral zo’n eng, knokig schepsel dat zich al wankelend voortbeweegt en een griezelige, skeletachtige lichaamsbouw heeft. Komt daar nog eens bij dat ze ook nog eens naargeestige geluiden voorbrengt. Het lijkt precies op het akelige kraken van beenderen. Maar spijtig genoeg is het in de meeste gevallen slechts een schim waarvan je met moeite iets kan zien. En buiten enkele (zeer voorspelbare) schrikmomenten is er eigenlijk niks om over bang te worden. Zelf ben ik er zeker van dat slaapgebrek bij de betrokken personen de oorzaak is voor hun hallucinaties. Maar dat is dan weer de nuchtere, realistische kant die bij me opkomt.
Nee, echt boeiend kan je “Mara” niet noemen. Er zijn zelfs momenten dat ik zelf het gevoel had dat ik last had van slaapverlammingsverschijnselen. Maar dan vanwege de film op zich. Het grappige in zulk soort films is dat er telkens een tweede wetenschapper aan bod komt die sceptisch is over het gebeuren. En zelfs als het overduidelijk is dat er onverklaarbare dingen gebeuren, benadert hij het fenomeen op een wetenschappelijke manier en tracht hij er een rationele verklaring voor te geven. Buiten het fenomenale (op fysiek vlak) acteerwerk van Javier Botet en het aanvaardbare acteren van Olga Kurylenko, was het vooral Craig Conway die indruk maakte en overtuigde als de aan slaapgebrek lijdende oorlogsveteraan Dougie. Spijtig genoeg zorgt het gebrek aan spanning en het slaapwandelende tempo ervoor dat het nogal eentonig overkomt. Ben je een newbie op gebied van horror, dan zou “Mara” wel eens indruk kunnen maken. Voor de doorgewinterde horrorfanaat is het eigenlijk redelijk slaapverwekkend.
2*
Marauders (2016)
“I don't care if you smoked last week.
What I care about is honesty.
If you lie, you withhold facts to get ahead, I'll cut off your balls and bury you.”
Als je me nu gaat vragen waarover “Marauders” ging, zal ik je het antwoord schuldig moeten blijven. Want om eerlijk te zijn was dit zo’n ingewikkeld verhaal dat ik er tijdens het kijken niet eens aan uit kon. Laat staan dat ik het nu nog zou kunnen navertellen. Het kluwen van verhaallijnen is net zo onontwarbaar als een visser wiens vislijn verstrikt is geraakt in een achter hem bevindende struik. Nochtans was het begin veelbelovend. Een actierijk en puik in beeld gebrachte bankoverval waarbij de gemaskerde overvallers consequent te werk gingen met behulp van hightech snufjes. Maar spijtig genoeg is dit het enige dat voor opwinding zorgt. De rest is gewoonweg te saai en te rommelig.
En wie kan je verwachten in een middelmatige misdaad-actiefilm? Inderdaad is Bruce Willis weer van de partij. Deze keer is het niet zijn lamentabel acteren dat hem de das omdoen want hij krijgt zelfs de kans niet om daar in te falen. Zijn rol is uiterst beperkt waardoor we hem maar enkele keren in beeld krijgen. En de verveling is probleemloos van zijn gelaatsuitdrukking af te lezen. Hij is dan wel de spilfiguur waar alles om draait maar verder dan wat bedenkelijk gefrons komt hij niet. Dat ligt in de lijn van eerdere rollen die hij toegewezen kreeg. Dat is dan ook de enige constante in zijn carrière op dit moment. Zijn afbeelding op de filmaffiche is grootser dan zijn personage in de film is.
De enige waar ik toch eventjes van genoten heb is Christopher Meloni als FBI agent Montgomery. Een imponerend persoon die tracht te achterhalen waarom de bankovervallen op filialen van Hubert International (waar Bruce Willis de president van is) uitgevoerd worden. Maar zoals ik al eerder zei, leidt dit tot een redelijk ingewikkeld kluwen van plots en subplot. Voor je het weet gaat het over een mislukte militaire operatie in Afghanistan waarbij een militair al of niet vermoord werd, een groepje corrupte agenten, corruptie op politiek vlak en een aan kanker lijdende politievrouw. Genoeg om een nieuw seizoen te verzinnen voor één of andere politieserie.
“Marauders” is weeral zo een film die je beter snel kan vergeten. Het enige dat me is bijgebleven, is dat het de gehele film bleef regenen.
2*
Maria (2019)
She's still alive.
Who's she?
Lily. Lily's still alive!
John Wick had een goede reden om zijn voormalige baas het vuur aan de schenen te leggen. Ze hadden zijn schattig hondje geliquideerd en zijn wagen gestolen. In de film “Polar” kwam het pensioensparen van Duncan Vizla in gedrang. In deze Filipijnse wraakfilm laat Maria (Christine Reyes) een spoor van dood en vernieling achter omdat haar voormalige werknemer haar gezin heeft uitgemoord. Je zou voor minder. Wat heeft ze gemeen met Wick en Vizla? Ze is ook een huurmoordenaar op rust die het gewelddadig leven dat ze leidde de rug heeft toegekeerd. Verwacht je dus aan actierijke en uiterst gewelddadige scenes die uitgevoerd worden volgens een excellente choreografie.
Maria (oftewel Lilly in haar vorig leven) is niet zomaar op pensioen gegaan. Ze is op slinkse manier in de anonimiteit verdwenen toen ze bij haar laatste klus gewetenswroeging kreeg en weigerde om een onschuldige vrouw en haar dochter af te slachten. In plaats daarvan schoot ze haar toenmalige lover Kaleb (Germaine de Leon) door zijn knieschijf en verdween ze met de noorderzon. ’t Is pas wanneer diezelfde Kaleb haar opmerkt, tijdens de voorbereiding om één of andere gouverneur om zeep te helpen, dat de jacht op haar geopend wordt. Het noodlottige van deze klopjacht is de dood van haar huidige echtgenoot en haar lieftallig dochtertje.
Tja, echt vernieuwend is het allemaal niet. Er zijn de laatste jaren al ontelbare wraakfilms de revue gepasseerd (zoals bijvoorbeeld “I spit on your grave”, “Revenge”, “The Equalizer” en natuurlijk “John Wick”). Verwacht dan ook geen ingewikkeld en doordacht verhaal in deze Filippijnse actiefilm. De film is eigenlijk redelijk recht door zee. En uiteindelijk is het vooral om de keiharde confrontaties te doen in zulke actiefilms. Hier tracht men echter ook de leegtes op te vullen met niet ter zake doende goorheden. Om de haverklap worden er bedriegers en lastige getuigen gemarteld en afgeslacht. Het positiefste in deze film zijn dan ok de vechtscènes tussen Maria en andere beeldschone deernen. Deze zien er wel gelikt uit. De rest daarentegen was soms te erg voor woorden.
Laten we beginnen met datgene wat me mateloos ergerde. Dat het een Filippijnse film is, vond ik allereerst niet zo erg. Ook al verstond ik er geen barst van. En wie mij een beetje kent, weet dat ik een grondige hekel heb aan constant de ondertiteling te lezen. Soit, daar had ik me al overheen gezet. Maar waarom moesten deze Filippijnse conversaties continue worden afgewisseld met een Engelse zin? Het was precies alsof ze het dubben in eigen handen hadden genomen. En niet alleen het toepassen van deze tweetalige nonsens was irritant. Ook de klank van uitspraak was tenenkrommend. Het was precies alsof al die Filippijnen ineens klonken als Andy Kaufman uit “Taxi”. Laten we het vervolgens eventjes hebben over de mannelijke acteurs. Sommigen bezondigden zich aan theatraal overacting (vooral KC Montero was hier meester in). En ik weet niet of dit traditie is bij Filippijnse bendes, maar ik vond het feit dat de mannelijke protagonisten over vrouwelijke furies beschikten die de vuile klusjes opknapten, toch redelijk bizar. Al moet ik toegeven dat ze probleemloos hun mannetje konden staan.
Verder staat “Maria” weer bol van de gekende clichés die steeds maar weer worden gebruikt in actiefilms. De immer gehanteerde hardrockmuziek. Een resem stupide gangsters die domweg vooruit stormen als vee naar het slachthuis. Een nachtclubscène mocht natuurlijk ook niet ontbreken. Fluitende messen. Krakende beenderen. En de geluidseffecten bij aankomende vuistslagen deden me nostalgisch terugdenken aan de betere Terence Hill & Bud Spencer films. Het leek wel een Filippijnse “John Wick” persiflage. Alleen het charisma en de vanzelfsprekende coolness van Keanu Reeves ontbrak. En tenslotte vond ik dat sommige scènes overdreven gerekt werden (zoals bijvoorbeeld de flashbacks).
Al bij al is “Maria” niet meer dan een B-filmpje voorzien van een simplistische verhaallijn en matig acteerwerk. Ben je een liefhebber van een stevig vuisten- en voetenwerk dan zal je hier zeker aan je trekken komen. En voor diegenen die exotische vrouwen wel appreciëren, deze exotische schonen zien er bevallig uit en zijn zeker geen katjes om zonder handschoenen aan te pakken. Waarom ze echter de hele tijd in een soort aerobic pakje moesten rondlopen, is voor mij toch wel een raadsel. En Maria’s poseren als een model in de regen na het ultieme gevecht, vond ik overigens wel hilarisch. Gelukkig dat Denzel Washington niet iets gelijkaardigs deed in “The Equalizer”. Dat zou er nogal belachelijk uitzien, vrees ik !
2*
Marrowbone (2017)
Alternatieve titel: El Secreto de Marrowbone
“Once you cross that line, there'll be no memories.
Our story begins here.”
Hou je wel eens van een degelijk spookverhaal? En is het onderwerp over een traumatiserende ervaring die effect heeft op de menselijke psyché van een individu iets dat je nieuwsgierigheid prikkelt? Dan is “Marrowbone” zeker een gepaste film voor je. Laat je echter niet afschrikken door het label horror, want dat is het zeker niet. Er was welgeteld één moment waarbij ik eventjes opschrok. De rest van de film is een geslaagd portret over emotionele pijn, het verwerkingsproces na het verlies van dierbaren en een zwaar verleden vol misbruik en schaamte. En dit immens leed wordt dan verzacht door een prille verliefdheid. En uiteindelijk vraag je je af welke geestverschijning de jonge Jack het leven zuur maakt.
Ik ga bewust niet meer uitweiden over deze film, daar ik zonder twijfel de suspense en uiteindelijke ontknoping op één of andere manier zal verklappen. Neen, ik stel voor deze film een kans te geven en zelf een oordeel te vellen of het al dan niet een geslaagde film is. Waar deze film echt in uitblinkt, is de wijze waarop belangrijke feiten mondjesmaat onthult worden. Het blijft allemaal mysterieus tot aan het einde. En meermaals zit je als kijker te gissen wat er nu uiteindelijk echt aan de hand is. Ben je wel wat horror gewend en heb je al gelijkaardige films gezien, dan zal je al snel kunnen raden hoe de vork aan de steel zit. Misschien dat voor sommigen het tempo wel enerverend laag ligt. Ik daarentegen vind zo’n rustige opbouw schitterend.
Wat ook opviel was de prachtige omkadering van de film op zich. Het vervallen huis waar de familie zich in teruggetrokken heeft, na het bekend raken van de vreselijke feiten over hun vader, wordt schitterend in beeld gebracht. Een oud, bouwvallig huis vol duistere, stoffige plekken en onheilspellende, enge geluiden. Een echt spookhuis als het ware. Niet zo schitterend en majestueus als het imposante landhuis in “Crimson Peak”, maar het voelt hetzelfde aan. Ook de buitenopnames zien er prachtig en idyllisch uit.
De vertolkingen zijn bewonderenswaardig. Allereerst mag het acteerwerk van Matthew Stagg indrukwekkend genoemd worden (ook al beperkt het zich tot het uitbeelden van kinderlijke verwondering en angst). George “How I live now” MacKay toont op een overtuigende manier hoe hij als oudste de verantwoordelijkheid op zich neemt en tegelijkertijd zien we het lijden van een gekwelde en getormenteerde ziel. Tot het moment dat hij zich in het gezelschap bevind van het bescheiden buurmeisje Allie (Anya Taylor-Joy) die van meet af aan gecharmeerd is door dit jeugdige gezinshoofd. Anya Taylor-Joy is een en al mystiek en geheimzinnigheid. Die grote starende ogen zouden mij ook in verwarring brengen. En blijkbaar houdt deze actrice van films (zoals “Split”, “Morgan” en in mindere mate “The VVitch”) waarin de spanning te snijden is.
Simplistisch kan je deze film niet echt noemen. Telkens als je denkt te weten waar het om draait, is er weer een wending en lijkt alles weer anders. Dit in combinatie met de trage opbouw, zou wel eens te veel kunnen zijn voor velen. En wie de trailer heeft gezien, zal ook met andere verwachtingen gezeten hebben. Ik vond het echter een fascinerende film met enkele spannende momenten (bij de afgedekte spiegels hoopte ik op een soort “Oculus” moment) en gedompeld in een unheimische sfeer. Het is zeker geen baanbrekende film maar toch de moeite waard om eens te kijken.
3.5*
Martian, The (2015)
Dear America, remember that astronaut we killed and had a really nice funeral for?
Turns out he's alive, and we left him on Mars.
Our bad,
sincerely NASA.
Vooreerst hoop ik dat NASA zijn conclusies trekt na het bekijken van deze film. Namelijk dat ze een deel van hun budget herschikken. Ten eerste kunnen ze die peperdure sluizen wel schrappen en vervangen door cellofaan dat met behulp van duct tape is bevestigd. En dit vrijgekomen budget kunnen ze dan gebruiken om een reserve communicatiesysteem te voorzien in het basisstation zodanig dat een eventueel achtergelaten bemanningslid alsnog contact kan opnemen met het controlecentrum in Houston. Leuk om dan voor de eerste keer te horen : “Houston, I have a problem.”. Dat was het eerste dat door mijn hoofd flitste na het bekijken van deze overigens denderende SF gemaakt door de onvolprezen, “my all time favorite”, briljante regisseur Ridley Scott. Zijn (voor mij) flagrante misstap “Exodus”, is hem bij deze vergeven.
Mars is hot. Niet letterlijk natuurlijk. Maar de recente onthullingen van NASA over stromend water en de zonnestormen die Mars veranderden in een koude, droge planeet zorgen ervoor dat Mars in het middelpunt van de belangstelling kwam te staan. Echt sciencefictionachtig is deze film dan ook niet meer, want tegen 2023 wil men al nederzettingen stichten op Mars. In tegenstelling tot wat men in “The Martian” toont, zullen deze kolonisten wel vertrekken met een “one way ticket”. De vrijwilligers kunnen maar best uitgebreid afscheid nemen want hun eindbestemming is het lokale crematorium op Mars. Initieel zou dit niet gebeuren met de wetenschappers in “The Martian”. Totdat er een vreselijk storm op komt dagen waardoor ze genoodzaakt zijn hun biezen te pakken en met een rotvaart zichzelf van deze rode planeet te katapulteren. Ze hadden echter geen rekening gehouden met rondvliegend puin waardoor Mark Watney (Matt Damon) gespietst wordt zoals een overheerlijke souvlaki. En dan zit je daar moederziel alleen op die verdomde planeet, lichtjaren verwijdert van je thuisplaneet. De Remi van Mars. Of de nieuwe Robinson Crusoe. Maar dan zonder een oceaan.
Matt Damon heeft blijkbaar een voorkeur om de gestrande ruimtereiziger te spelen, want dit deed hij ook al in “Interstellar”. Het grote verschil met “Interstellar” zit hem in de wetenschappelijke accuraatheid. Alles wat Mark verzint om toch te overleven en de omstandigheden in “The Martian”, blijken theoretisch mogelijk (alleen de verwoestende storm aan het begin is een verzinsel). Dit in tegenstelling tot “Interstellar” waar alles gebaseerd is op theorieën die nog niet aan de werkelijkheid zijn getoetst. We hebben weet van “zwarte gaten” en dat het een soort interstellaire doorgeefluiken zijn. Maar waar je terechtkomt als je zo’n gat indondert en wat effect dit heeft op de tijd is in mijn ogen toch nog altijd een raadsel. Spijtig genoeg heeft “The Martian” ook nog wat vergelijkingspunten met “Gravity”, dat andere ruimte-epos dat uitdraait op een overlevingstocht avant la lettre, namelijk dat de tegenslagen elkaar vliegensvlug opvolgen. Het enige verschil is dat het bij “Gravity” wel schromelijk overdreven overkomt.
Wat me vooral beviel, was de perfecte balans tussen het wetenschappelijk gebrabbel, de spanningsopbouw en de perfect gedoseerde humoristische momenten. Het wetenschappelijk gedeelte was zelfs voor een leek als mezelf perfect te volgen. Mede dankzij de soms degelijke ondersteuning en uitleg via de videolog die Mark bijhield vanaf dag één. Nodeloos te zeggen dat de film gevuld is met zenuwslopende, spannende momenten. Maar vooral de komische momenten maakten dit een genietbare film. Een perfecte opdracht voor Matt Damon die met een charmante, jongensachtige glimlach elk probleem oplost met een nonchalante kwinkslag en een dosis positivisme en zelfrelativering. Zelfs het controlecentrum van NASA, dat tot de nok gevuld is met humorloze, serieuze wetenschappelijke nerds, zorgt van tijd tot tijd voor een ontspannende glimlach. Ik had nooit gedacht dat de combinatie van nichterige discomuziek, oude afleveringen van “Happy Days” en in aluminium-verpakte menselijke ontlastingen, me kon amuseren.
Dat er niet op een dollarbiljetje gekeken werd, is niet alleen te zien aan de gefabriceerde beelden, maar ook aan de sterrencast. Naast Damon schitterden ook Jeff “Dumb and Dumber” Daniels, Sean “Boromir” Bean, Chiwetel ’12 Years a slave” Ejiofor, Jessica “Interstellar” Chastain en Sebastian “Winter Soldier” Stan. Stuk voor stuk schitterende vertolkingen. En verder wordt het heelal, het Mars-landschap en de ruimtevaartuigen schitterend in beeld gebracht. Spijtig genoeg was bij de apotheose het MacGyver-gehalte weeral enorm hoog. Laten we hopen dat de Sovjetunie niet in hun eer gekrenkt zijn omdat de Chinezen nu eens de meubelen mochten redden. Gelukkig werden we voor eens gespaard van massaal wapperende Amerikaanse vlaggetjes. Maar ondanks de “We love NASA” en “We will prevail” sfeer, is het toch een knalfilm die het herbekijken waard is. Een top overlevingsdrama.
4*
Martyrs (2008)
Uiteindelijk dan toch deze gekeken, na al die berichten gelezen te hebben over hoe ziekelijk en gruwelijk goor het wel is. Het zal wel aan mij liggen, maar het uiteindelijk gevoel bij mij was zoiets van "ok, was het dat". Inderdaad zijn de gebruikte beelden heftig op sommige momenten. Maar om eerlijk te zijn vond ik niet de afslachtingen, verminkingen en mishandelingen heftig, maar wel die momenten waarop Anna stil voor zich uitkijkt in haar cel. Die wanhopige blik en het besef dat ontsnappen praktisch onmogelijk zal zijn. Dat sneed door mij heen als een scherp mes door boter. Het slot was in mijn ogen minder geslaagd. Beetje makkelijk open einde waar weer veel giswerk uit voortspruit.
Op één of andere manier doet het me wat terugdenken aan "Get Out". Zeker met dat groepje bejaarden (redelijk vermogend volgens mij) die zich verzamelden voor het verlossende nieuws te horen. Zou dit ook een zoektocht kunnen zijn van ouderlingen om hun vergankelijk leven verder te zetten? Misschien daarom de ultieme daad van Mademoiselle?
Ik had er in ieder geval meer van verwacht. Maar zeker een film die een impressie nalaat. En vooral niet voor ieder geschikt om te kijken. Gevoelige zielen kunnen zich beter onthouden van deze film.
Masque of the Red Death, The (1964)
Niet echt Horror maar wel sfeervol. Ik keek vroeger graag naar zo'n middeleeuwse films. Hier is het verhaal misschien wat middelmatig (een typisch Edgar Allen Poe verhaal) maar ik vond de manier waarop het gevisualiseerd werd toch wel buitengewoon op bepaalde momenten.
2.5*
Maximum Conviction (2012)
No Pain, No Gain!
Des te pijnlijker is de teloorgang van een icoon in het "actie-film" genre. Seagal is een opgeblazen schaduw van zichzelf. Ik ben er zeker van dat hij de meeste vechtscenes niet meer in één adem kan afronden. Ben nooit een grote fan geweest van deze acteur waar de bewegingen in gevechten steeds identiek zijn nl. het verdwaasd nonchalant afweren van tegenstanders hun slagen alsof het vreselijk irriterende vliegen zijn die rond hem heen zwermen. Dat hij zich laat bijstaan door Austin zorgt er niet voor dat het niveau omhoog gaat. Austin is een enorm gewicht aan domme spiermassa.
Maximum Conviction is dan ook een film uit het actie-genre waar je je verstand op nul moet zetten en de blik op oneindig. T'is dan ook een inhoudloze en stupide film sowieso. Een aaneenschakeling van ongeïnspireerde vecht-scenes en vuurgevechten , gevolgd door sequenties van groepjes mensen die eindeloos lijken rond te hossen door donkere gangen en ruimtes. De vuurgevechten zijn allen van het volgende type : groepje 1/personage 1 kijken/kijkt om het hoekje en vuren/vuurt een salvo, groepje 2/personage 2 kijken/kijkt om het hoekje en vuren/vuurt een salvo,groepje 1/personage 1 kijken/kijkt om het hoekje en vuren/vuurt een salvo, ... en dit herhaal je zo'n 5 keer tot er uiteindelijk iemand het loodje erbij neerlegt. Ik vroeg me trouwens af uit wat voor hout en plastiek sommige voorwerpen gemaakt zijn, dat ze zo'n kogelregen kunnen tegenhouden, terwijl eventjes ervoor de stukken uit een betonmuur vlogen ....
Actiefilm-figuren staan niet echt bekend voor hoog kwalitatief acteer talent en worden meestal beoordeeld op hun niveau van stoerheid en uitvoering van acties. In MC liggen echter de acteerprestaties zo bedroevend laag dat plaatsvervangende schaamte zicht over je meester maakt. De verhaallijn is eigenlijk te stompzinnig en te eenvoudig om rekening mee te houden. Hier ligt ook niet de klemtoon bij deze film. Maar best hadden ze gewoon de vechtscenes aan elkaar gemonteerd en op die manier mij tijd gegund om een andere betere actie-film te kijken. Want geloof me, er zijn tig betere films in dit genre.
Seagal, t'is tijd om je pensioen aan te vragen.
1*
Maze Runner, The (2014)
Thomas: "We get out now or we die trying."
Minho: "You don't get it. We're already dead."
“The Maze Runner” is net zoals zijn voorgangers “Twilight”,”The Giver”,"Divergent" en “The Hunger Games” een verfilming van een jeugdboek. Dezelfde ingrediënten als de laatste twee zijn aanwezig : een postapocalyptische wereld waar jongeren een hoofdrol in spelen. Een wereld waar de maatschappij op een nieuwe democratische manier (of niet-democratische) is ingedeeld. In “The Giver” werden menselijke gevoelens onderdrukt om een vredig bestaan te kunnen verzekeren en worden de mensen opgedeeld in zogenaamde “facties”. In “The Hunger Games” zijn er districten met als overkoepelend orgaan het Capitool die elk jaar de Hongerspelen organiseert. Ook in “Snowpiercer” zien we zo’n voorbeeld van een dystopische wereld met een bepaalde maatschappelijke indeling in de voortrazende trein. Het tweede ingrediënt dat niet mag ontbreken is het in opstand komen tegen de gevestigde waardes en ingeburgerde wetten. Vanzelfsprekend is dit weeral een jeugdig iemand met een charismatische persoonlijkheid die over bepaalde talenten beschikt en zich opwerkt tot de verlosser.
Het een puberale vertoning noemen dat wil genieten van het enorme succes van “The Hunger Games” vind ik persoonlijk schromelijk overdreven. Wat is er in godsnaam puberaal aan het feit dat een groep jongeren al jarenlang gevangen zitten in een uitzichtloze situatie en na verloop van tijd een commune opgericht hebben met eigen wetten en rituelen. Is het niet een beetje zoals “Oliver Twist” in Charles Dickens zijn verhaal, die probeert te overleven in een armoedig weeshuis ? En de groep jongeren die uiteindelijk het raadsel proberen op te lossen lijken toch wel enorm op het vriendenclubje uit “The Goonies”. Wie hield er nu niet van die film ? Het sympathieke dikkertje Chuck deed me direct aan Chunk denken ! Toegegeven, het is niet bijster origineel allemaal en men probeert eenvoudigweg te profiteren van het succes dat dit type van films heeft bij de jeugdige bioscoopbezoekers. Maar gevoelsmatig was “The Maze Runner” voor mij van een heel ander niveau.
Me and Earl and the Dying Girl (2015)
“I don't need your stupid pity. It's fine, you can just go.
No, no. You got it all wrong. I'm not here 'cause I pity you.
I'm actually here because my mom is making me.
That's actually worse.”
Over sommige films kan ik echt lyrisch uitweiden doordat het zo snugger en gewiekst in elkaar is gestoken. Of doordat ik me kon inleven in de personages. Of door het hoog humoristisch gehalte dat op een vakkundige manier doorheen het verhaal werd verwerkt. Noem me overgevoelig of sentimenteel. Maar “Me and Earl and The Dying Girl” is een film waar ik extreem lyrisch van word. Ten eerste doordat men zo’n emotioneel onderwerp op een slimme manier aangepakt heeft. Zonder noemenswaardige inspanning hadden ze hier een tranentrekker van jewelste van gemaakt waardoor Kleenex zijn kwartaalcijfers wonderbaarlijk zou zien stijgen en de bioscopen best extra noodgeneratoren zouden installeren, zodanig dat ze de tsunami aan traanvocht konden verwerken. Het eindresultaat is echter het tegenovergestelde. Nog nooit lag een lach en een traan zo dicht bij elkaar.
Deze film is origineel, triest en grappig tegelijkertijd. Een “coming of age” film avant la lettre. Ook al is de rode draad niet bijster origineel, het tienermeisje Rachel (Olivia “The Signal” Cooke) die gediagnosticeerd wordt met leukemie, wordt het verloop van deze dodelijke ziekte op een serene manier in beeld gebracht. En dat door de verplichte inmenging van Greg (Thomas Mann) die de taak opgelegd krijgt van zijn moeder (Connie Britton) om wat tijd te spenderen met Rachel. Wat volgt is een onmogelijke vriendschap dat uitgroeit tot een innige relatie vol begrip, steun en hoop. Greg is iemand waar ik me direct mee kon relateren daar ik eigenlijk dezelfde persoonlijkheid was op die leeftijd. Een ietwat onzeker iemand die zichzelf onzichtbaar tracht te maken en er in slaagt om op te gaan in de massa. De boodschap is dus niet opvallen en humor, sarcasme en grappige one-liners gebruiken als verdedigingsmechanisme. Eigenlijk is hij de tegenpool van zo iemand als Scott Mayhew. Deze geflipte goth tracht met behulp van zijn excentriek uiterlijk een territorium af te bakenen. Greg’s manier van afbakening is door iedereen te mijden of er oppervlakkige contacten mee te hebben.
De enige met wie hij doorgaans contact heeft is Earl (RJ Cyler). Earl is niet echt een vriend in de strikte zin van het woord (volgens Greg), maar eerder een co-worker, zoals Greg het zelf verwoord. Een gelijkgezinde waarmee hij de passie voor de klassiekers onder de speelfilms deelt. Tezamen spenderen ze hun vrije tijd met het maken van parodieën op deze klassieke films. Deze archie-slechte films worden sporadisch getoond en zorgden voor spontane lachsalvo’s bij mij. Niet vanwege hun hoogstwaarschijnlijk ridicule inhoud, maar door de spitsvondig verzonnen titels zoals “Raging bullshit”, “A sockwork Orange” of ”Vere’d He Go?”. Earl kan je gerust een vriend voor het leven noemen.
En de heilige Drievuldigheid wordt vervolledigd door Rachel. Een lieftallig jong meisje dat geconfronteerd wordt met de dodelijke ziekte en toch een klare kijk behoudt op de hele situatie. Duidelijk iemand die geen medelijden wenst en nodig heeft. Ondanks de dodelijke ziekte, slaagt ze er in om het personage levendig te houden. Ze transformeert van het gesloten, afwijzende meisje die berust in haar lot, naar een frivool, openbloeiend vechtster dankzij de onbezorgde, ietwat onhandige maar eerlijke humoristische wijze waarop Greg met haar omgaat. Deze transformatie wordt afgesloten met één van de meest ontroerende en indrukmakende slotscènes ooit.
Stuk voor stuk zijn dit innemende, onweerstaanbare vertolkingen die op een uiterst professionele en onbevangen manier worden gerealiseerd door deze drie onbekende, jeugdige acteurs. Deze prachtige cast tilt “Me and Earl and the dying girl” naar eenzame hoogte. Het eindresultaat is een aangrijpende en ontroerende film over vriendschap en tegelijkertijd een hommage aan klassieke films . Het is een verademing om dit te ontdekken tussen alle commerciële brol en zoveelste uitgemolken sequel. Eindelijk nog eens een frisse, intelligente en originele film. Zowel dankzij het prachtige acteerwerk als het eigenzinnige gebruik van niet voor de hand liggende filmtechnieken. Een geslaagd eindresultaat waarbij vanzelfsprekende clichés uit het genre wonderwel omzeilt werden waardoor dat het niet resulteerde in een melodrama. Magistraal !
5*
Mechanic: Resurrection (2016)
“I spend my whole life settin' people up to die
Let's set you up to live.”
Geloof me vrij, ik ben een fervente fan van Jason Statham en zal niet al te snel weigeren om een film te kijken waarin zijne gespierdheid meedoet. Daarnaast besef ik ook wel dat een echte Jason Statham film niet bepaald veel vereist van je brein. Het zijn meestal verstand op nul films waarbij er telkens weer één of andere wulpse schoonheid in voorkomt. Daarnaast worden Statham’s talenten als actiefiguur en beoefenaar van gevechtssporten breed uitgesmeerd in de films waar hij aan meewerkt. En dat is dan ook hetgeen veelvuldig te bewonderen valt in “Mechanic : Ressurection”. De film is nog niet goed bezig of Jason moet zijn gevechtstechnieken al bovenhalen. Spijtig genoeg is de rest van de film van bedroevend laag niveau. Het is eerder een verstand onder nul film met een totaal nietszeggend en flinterdun verhaal, belachelijke ontwikkelingen en geforceerd samenspel van de hoofdacteurs.
Tja, het is ook nooit goed. Als Statham dan eens een karakterrol speelt zoals in “Hummingbird” en minder de nadruk op actie wordt gelegd, dan hebben sommigen ook iets te morren. En in deze film wordt er enorm veel geknokt. Maar is dat uiteindelijk niet de hoofdreden waarom er naar een Staham-film gekeken wordt? Die keiharde vechtscènes waarbij hij gebruik maakt van elk rondslingerend attribuut? Dat daarbij geen hoogstaande dialogen worden gevoerd en zijn gezichtsuitdrukkingen nogal statisch zijn, hoort er nu eenmaal bij. Het probleem zit hem in het overkoepelende verhaal dat geweven zit rond de drie subplots. De drie moorden die Arthur Bishop (Jason Statham) op een sinecure manier moet uitvoeren zodanig dat het op een ongeluk lijkt, zijn magistraal uitgewerkt. Het lijken wel drie “MacGyver” afleveringen waarbij de tweede aanslag de meest hallucinante en indrukwekkendste is.
Het zwakke broertje hier is het romantische gedeelte waar Statham zijn gevoelige kant moet demonstreren. Dat hij overtuigend zijn tricepsen en bicepsen kan gebruiken staat in schril contrast met het gebruik van zijn hartspier. Het komt nogal gekunsteld over. Als je echter naar de verschijning Jessica Alba kijkt, begrijp je volkomen dat de adrenaline bij Statham op een heel andere manier begint te functioneren. Alba is een beeldschone verschijning en gelukkig voor het mannelijke publiek worden er veel exotische stranden als scenery gebruikt, waardoor het verplicht rondlopen en rondzwemmen in bikini een vanzelfsprekendheid is. Spijtig genoeg is haar rol verder alleen beperkt tot het spelen van lokmiddel waarbij ze haar vrouwelijke kwetsbaarheid voortdurend etaleert. Totdat de furie in haar opgewekt wordt en ze plots over doeltreffende gevechtstechnieken beschikt.
Uiteindelijk is “Mechanic : Ressurection” een pure actiefilm dat dienst doet als demonstratiemateriaal voor Statham’s vermogen als actiefiguur. Het decor waar alles zich in afspeelt wordt schitterend in beeld gebracht. De drie moordaanslagen zijn technisch gezien misschien niet echt haalbaar, maar worden toch op een vernuftige manier in beeld gebracht. Statham speelt weer de coole bink die de jonkvrouw in nood ter hulp snelt. Jessica Alba ziet er appetijtelijk uit. En Tommy Lee Jones schittert als gefortuneerde wapenhandelaar die het uiterlijk van een overjarige hippie heeft. Dat zijn alle positieve bemerkingen in een notendop. Als je er dus geen probleem mee hebt dat men in een film louter en alleen de nadruk legt op de hersenloze actiemomenten en het geheel daarrond niet veel meer voorstelt dan een lege doos, dan zit je gebeiteld bij deze film.
2*
Meeting Evil (2012)
The question is, John, do you hate me more than you love your family.
Raar, maar ondanks de negatieve toon over deze film, moet ik eerlijk bekennen dat ik dit nu eens een niet onaardige en vernuftig in elkaar gevlochten psychopathische film vind. Ik geef toe, het is niet een simplistisch verhaal, kan soms wel verwarrend overkomen en heeft een plots opkomend einde waarbij je je eventjes achteruitzet en een verwonderende "Huh?" slaakt. Langs de andere kant : verwacht je iets met een begrijpbaar vloeiend verhaal, met niet te veel complicaties en geen choquerende impressies, een gelukzalig slaapbevorderend en geen nachtrust verstorend einde, dan vind je zeker je gading bij een of andere softe Disney film.
"Meeting Evil" was voor mij een psychotische achtbaanrit waarbij een doorsnee dag van een makelaar zeer snel veranderd in een vreselijke nachtmerrie met een tripje rechtstreeks naar de hel. Op een bepaald moment had ik echt de indruk dat Samuel L. Jackson de verpersoonlijking was van de duivel zelve, die de sukkelaar John een handje kwam helpen om iedereen het eens betaald te zetten die ervoor gezorgd heeft dat hij een uitzichtloos en bijna geruïneerd bestaan heeft. En daarna had ik dan het idee dat John op een geflipte manier overgegaan was in een gespleten persoonlijkheid en al de misdrijven zelf volbracht in een zelfdestructieve, panische roes. Zoals één van de detectives al opperde is het mogelijk dat iemand die op de rand van een persoonlijk faillissement staat en op het punt staat alles te verliezen, veel kans heeft om compleet door te slaan en niet meer beseft wat hij uitricht.
SLJ speelt de rol als de, naar mijn oordeel, ingehuurde moordenaar, die weliswaar te veel voldoening haalt uit het opruimen van in zijn ogen storende onbeleefde en hypocriete figuren, op een meesterlijke wijze. De manier van staren vond ik op bepaalde momenten verbluffend. De ene moment een demonische allesvernietigende krankzinnige blik. Het andere moment een begrijpende zalvende blik. Ondertussen rondstrooiend met levenswijsheden en oppeppende taal zodanig dat John eindelijk het heft in eigen handen neemt.
Luke Wilson vond ik dan weer iets minder goed. Soms zelfs op een storende manier. Ik denk dat indien je zo een ervaring hebt, en de hele dag heen en weer geslingerd wordt van de ene onwaarschijnlijke situatie naar de andere, dat je wel emotioneler, angstiger en agressiever zal reageren. Hier liep hij de hele film rond alsof hij een mega-begrafenis bijwoonde. Zo triest en te neergeslagen. Langs de andere kant zou ik misschien ook zo gelaten reageren als ik in dezelfde situatie als hem zou zitten : enorme schuldenberg, job kwijt, waarschijnlijk beseffend dat vrouwlief twister ligt te spelen met de gespierde jonge klusjesman die het zwembad aanlegt.
Leslie Bibb als John's vrouw, verraste me eenmaal toen ze de vrouwelijke detective verbaal met de grond gelijk maakte. Het bange, doorsnee huisvrouwtje transformeerde ineens in een furie. Het was ook iemand met een dubbele bodem en heeft precies een schroef los. Dat kon je afleiden uit de reactie van haar zoontje bij de vraag of ze klaar waren met tekenen. Hij kroop angstig weg en moest gesust worden door zijn zusje. Waarom dat die twee kleuters zo vetgemest werden, bleef voor mij een raadsel.
Zoals gezegd roept het einde wel wat vragen op, maar ik ben er toch van overtuigd dat Richie's verklaring dicht bij de uiteindelijk waarheid ligt. Je ziet trouwens ook dat Richie in het begin de intentie heeft om John neer te knallen. Hij had de koffer al geopend en zijn pistool schietensklaar, maar werd tegengehouden door het feit dat het kleine meisje met hond stond te kijken. Het feit dat hij op het einde in bed het liedje van Richie begint te fluiten, betekent volgens mij dat zijn vrouw maar beter kan uitkijken !
Enigste minpuntjes waren allereerst de soms onbegrijpelijk redeneringen van de politie. En het geworstel, het gezwaai met het mes en de dreun met de golfstok, zag er wel enorm amateuristisch en ongeloofwaardig uit. Maar deze minpunten wegen niet op tegen het geheel van deze hoogst entertainende thriller. Een perfecte film voor de aanloop naar weer een filmweekend
3,5*
Meg, The (2018)
Jonas said something attacked them.
Something big enough to destroy a new submarine.
Al een geluk dat ik deze film op het grote scherm heb gekeken. Op het grote witte doek was de Megalodon (vandaar de titel “The Meg”) nog imposanter. Maar dat is dan ook het enige dat men kan zeggen over deze film. Elke film die als hoofdpersonage een mensenhaai opvoert die plotsklaps transformeert in een psychopathische, bloeddorstige mensenjager, wordt genadeloos vergeleken met de film der filmen als het hierover gaat. “Jaws” natuurlijk. Een mijlpaal in dit genre en vanzelfsprekend onovertrefbaar. Geef “The Shallows” en “47 Meter down” een kans en je zal merken dat je er nogal apathisch naar kijkt zonder enig gevoel van spanning. Wil je nog opvallen in het haaiengenre dan slinger je er wat tornado’s in, zodanig dat de mensenhaaien zich op een heel andere manier verplaatsen. In het geval van “The Meg”, haalden ze er een prehistorische haai bij die erin slaagde om door een soort natuurlijke afscheiding in de oceaan te zwemmen. Wil je “Jaws” overtreffen, dan maak je het allemaal nog grootser en indrukwekkender.
Maar behalve de gigantische afmetingen van “The Meg” was deze film nergens echt gigantisch.
Ik keek er wel naar uit om “The Meg” te zien, ook al wist ik dat het een ferm overdreven en hersenloos spektakel zou worden. Het feit dat Jason Statham erin meedeed was voor mij al voldoende om deze te gaan kijken. Met Statham verveel je je nooit. En het is altijd grappig hoe hij zijn tegenstanders telkens droogweg bijeenveegt. Ik was dan ook benieuwd hoe hij deze reuzehaai zou aanpakken. Dat was dan ook het eerste waarover ik ontgoocheld was. Het leek wel alsof ze er een serieuze Statham van gemaakt hadden. Geen gortdroge one-liners. Weg humor. En waarschijnlijk hadden ze er ook mee gedreigd om zijn mond uit te spoelen met zeep telkens hij zou vloeken en het “F”-woord zou uitspreken. Statham de diepzeeduiker die wegkwijnt ergens in een Aziatische bar omdat hij met een enorm schuldgevoel zit vanwege een achtergelaten crew op de zeebodem. En naderhand ontstaat er ook nog iets romantisch tussen hem en de Chinese Suyin (Bingbing Li). En ontfermt hij zich ook nog over het lieftallige dochtertje Meiying (Sophia Cai). Kan het nog zoetsappiger worden?
Ja, het kan nog zoetsappiger als de reuzehaai zich ook nog eens beschaafd begint te gedragen. Geef toe. Zo’n mega-haai zal toch een constant hongergevoel hebben. Als je dan een overbevolkt strand hebt met immens veel jongeren die liggen te spartelen in het zilte water, dan verwacht je toch een regelrecht bloedbad met een ongezien aantal verscheurde tienerlichamen. ’t Is niet zo dat ik daar reikhalzend naar uitkijk, maar dat verwacht je eigenlijk toch wel een beetje. Dit valt dus redelijk tegen en ik begon te twijfelen aan het goed functioneren van het natuurlijke radarsysteem dat een haai normaal gezien bezit. En als ik slechts eenmaal opschrik nadat een onschuldig walvisjong tegen een raam tikt, dan kan ik gerust stellen dat qua spanning het ook al niet veel voorstelde.
En is dat nu net niet hetgeen je wil zien wanneer je zo’n film gaat kijken? De opgebouwde spanning en het verlossende einde waarbij de in gevaar zijnde hoofdpersonages het ongedierte overwinnen. Je slaakt een zucht van opluchting als je het uiteengereten karkas van de haai naar de bodem van de oceaan ziet zakken. En je hebt medelijden met de belaagde slachtoffers. Bij deze film is het juist omgekeerd. Ik juichte bijna op het moment dat het irritantste personage uit de film kennis maakte met de reusachtige, vlijmscherpe tanden van de haai (buiten beeld natuurlijk). En eigenlijk hoopte ik dat “The Meg” op één of andere manier terug zou kunnen keren naar zijn natuurlijke habitat waarna de mensheid eindelijk zou beseffen nooit de regels van moeder natuur te verstoren. En dat eindgevecht leek wel op de strijd tussen Achab en Moby-Dick.
Al bij al was dit niet echt een bezoekje aan de bioscoop waard. Ik ben al blij dat ze bij de snoepstand zich vergiste en me teveel wisselgeld teruggaven waardoor de smikkelwaar die ik en mijn echtgenote mee de zaal insleurde zo goed als gratis waren. Hierdoor smaakte de popcorn bij deze popcorn-film dubbel zo goed. En dat is een positieve noot waar de film zelf niets mee te maken heeft. “The meg” was een mega tegenvaller.
2*
Mercury Plains (2016)
Iedere nazaat van een wereldberoemd iemand, kampt met dezelfde problemen. Ze moeten zichzelf steeds bewijzen, zodanig dat ze niet betiteld worden als “de zoon van” of “de dochter van”. Het predicaat dat het allemaal in hun schoot is geworpen en dat door vaderlief of moederlief het pad naar succes probleemloos bewandeld kan worden, is moeilijk te vermijden. Zo ook Scott Eastwood, inderdaad “zoon van”. Als je zijn filmografie overloopt, heeft Scott niet bepaald stil gezeten. Alhoewel het gros van de films voor mij redelijk onbekend in de oren klinkt (buiten “Diablo” die ik echter na 10 minuten reeds afzette wegens te ouderwets uitziend en het feit dat ik niet echt een western fan ben), wist hij ook een rol te versieren voor de film “Suicide squad”. Een film waar ik halsreikend naar uitkijk. Tijd dus om eens te zien of Scott het evenbeeld van zijn überkoele vader van zich af kan schudden.
“Mercury Plains” had ook probleemloos de alternatieve titel “Goonies meet Sicario” mogen krijgen. Want in wezen is deze film niets meer dan een verhaal over een scoutsbende die onder leiding van een (zogezegd) charismatische, welbespraakte leider ten strijde trekt tegen drugsbendes in Mexico. Na getuige te zijn van enkele amateuristisch uitziende schermutselingen met lokale drugsboeren en een razzia door de lokale politie gaat het verhaal over naar een soort overlevingstocht in de woestijn zoals ook al te zien was in “Beyond the reach”. “Mercury Plains” speelt zich af aan de Amerikaans-Mexicaanse grens in de buurt van beruchte Mexicaanse steden zoals Ciudad Juarez. Scott Eastwood speelt de werkloze, Amerikaanse tiener Mitch. Als hij kan overtuigd worden door een vriend om de grens naar Mexico over te steken en daar dan door toedoen van deze vriend in de problemen geraakt, word hij aangesproken door Jesse (Justin Park) die hem verteld over The Captain (Nick Chinlund).
Hoe neutraal ik me ook opstelde en Scott een kans gaf om zichzelf te bewijzen, kon ik er niet aan weerstaan om hem toch te vergelijken met zijn vader. En de gelijkenissen zijn toch wel griezelig treffend. Het leek alsof we de jonge Clint terugzagen. Diezelfde gelaatsstructuur en profiel. Dezelfde kalmte en beheerste gezichtsuitdrukking. Ook een man zonder al te veel woorden die telkens bedachtzaam voor zich uitkijkt en precies elke mogelijke optie in overweging neemt. Zelfs de intonatie van zijn stem en de gecontroleerde manier van antwoorden is gelijkaardig. Ik twijfel dan ook niet dat de toekomst voor Scott er rooskleurig uitziet. Mits dat de films waar hij in meespeelt van een hoger niveau zullen zijn wel te verstaan. Want in het algemeen mag je wel stellen dat dit een abominabel slechte film was, vol onwaarschijnlijkheden en belachelijke situaties.
Scotts acteren was veruit het beste dat je in deze film kon gadeslaan. Niet moeilijk als de rest van de cast er maar een zootje van maakt. Enerzijds is dit vanwege de leeftijd. Maar spijtig genoeg was Chinlund ook niet al te overtuigend. En Angela Sarafyan zag er dan wel begeerlijk uit, maar haar rol was echter betekenisloos en zielig. Verder vroeg ik me de hele film af of Mitch zijn stiefvader zich nu eigenlijk geen zorgen maakte over zijn verdwenen SUV. Meest lachwekkende fragment was de confrontatie met een zogenaamde drugsdealer, die zwaar bewaakt zou zijn. Hij leek eerder op een toevallige passant dan een levensgevaarlijke drugsdealer. De guerrilla operaties die groep jongeren uitvoerden op (veronderstel ik toch) doorgewinterde drugskartels, zagen er uit als fragmenten uit gedateerde B-films. De ontknoping in de zinderende woestijn zag er aanzienlijk beter uit, maar tegen die tijd vocht ik al tegen de drang om de film af te zetten. Hopelijk vind deze Eastwood zijn eigen weg en krijgt hij een rol aangeboden in een degelijke film. Zoals de oude Clint ooit zei : “Improvise, Adapt and Overcome!”
1.5*
Mercy (2014)
“Mercy” is gebaseerd op een kortverhaal van Stephen King (originele titel was echter “Gramma”). In het verleden zijn er al een reeks King verhalen verfilmd met wisselend succes. “Christine”, “Carrie”, “Misery” en “Pet Sematary” zijn stuk voor stuk pareltjes en tijdloze klassiekers. En vanzelfsprekend is “The Shawshank Redemption” een meesterwerk. Zowel in boekvorm als de gelijknamige film. “Cujo” en “Firestarter” zijn dan weer voorbeelden die niet echt in de smaak vielen bij mij. En vol ongeduld wacht ik dan ook op “Cell” (zelfs met John Cusack in de hoofdrol). Toen bleek dat “Mercy” gebaseerd was op een verhaal van King, moest ik deze natuurlijk ook eens keuren. En weeral blijkt dat een kortverhaal nooit een goede basis is voor een speelfilm. De reden waarom het een kortverhaal werd, is dan ook dat de materie juist voldoende is om een kort verhaal te vertellen. Het resultaat is dan ook een ellendig trage film waarbij vreselijk weinig te beleven valt. En om eerlijk te zijn had ik uiteindelijk niet begrepen waar het nu allemaal over ging.
Afgaand op de openingsscène, verwachtte ik toch een geslaagde film. Het brutale, “in-your-face” begin waarbij een houthakkersbijl vernietigend toeslaat, liet weinig aan de verbeelding over. Dat je niet rechtstreeks geconfronteerd wordt met de verwoestende beelden, maar alles als een schaduw word getoond, was al een aanwijzing dat er zeker geen goor beeldmateriaal zou worden gebruikt. Niet dat dit noodzakelijk is, want de beste horror is die waarbij je eigen verbeeldingskracht naar bovenkomt. Dit is trouwens ook de sterkte van het literaire oeuvre van Stephen King. De fantasie en de onderhuidse angst. Spijtig genoeg had ik wel enorm veel fantasie nodig voor deze film en was er nauwelijks iets te merken van onderhuidse angst of spanning. Dat het een machiavellistische vertelling is waarbij iemand zijn ziel verkoopt aan een demonische entiteit om bepaalde doelen te bereiken, was wel duidelijk. Alleen het demonische was niet zo uitgesproken uitgewerkt.
Voor één keer vond ik de acteerprestaties buitengewoon. En dat voor een griezelverhaal. Shirley Knight speelt een uitermate grandioze rol als de griezelige grootmoeder Mercy en evenaart moeiteloos de enge Annie Wilkes uit “Misery”. Chandler Riggs speelt op een overtuigende manier de eenzaat die een speciale band had met zijn oma. Zelfs Dylan McDermott als de knappe buur (of kennis) deed het niet slecht (in tegenstelling tot wat hij liet zien in “Freezer”). De enigste afknapper was de verschijning van de demonische entiteit Hastur met zijn kerstlamp-achtige ogen. Dit zag er zo erbarmelijk slecht uit. Zelfs een spookhuis op de kermis heeft angstaanjagender figuren.
Ondanks de suspenserijke opbouw aan het begin, is het eindresultaat toch abominabel te noemen. “Mercy” zal je zeker niet de gordijnen in jagen of je nachtmerries bezorgen. Daarnaast is het overgrote deel veel te donker waardoor het moeilijk te volgen is. En het verhaal bevatten is sowieso al een probleem. Ik vraag me nog steeds af wat die Hastur is ! Als kortverhaal was dit waarschijnlijk wel een geslaagd concept (’t is tenslotte ook van King), maar als verfilming schoot het op alle vlakken tekort.
1*