• 13.687 nieuwsartikelen
  • 171.394 films
  • 11.359 series
  • 32.316 seizoenen
  • 633.692 acteurs
  • 197.064 gebruikers
  • 9.218.862 stemmen
Avatar
 

Meningen

Hier kun je zien welke berichten ikkegoemikke als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.

Hacksaw Ridge (2016)

“Help me get one more.”

Zelfs de ergste horror kan er niet voor zorgen dat ik vol walging of afschuw naar het scherm kijk. Maar het moment dat één van die Amerikaanse soldaten zijn hand plaatste op een schijnbaar levenloos lichaam en er een hysterische schreeuw weerklinkt, waarna de hel losbreekt, deed dat wel. Dat beeld van die ongelukkige soldaat wiens lichaam doorzeeft wordt door een verwoestende kogelregen, sneed mijn adem abrupt af. En dit is de aanzet tot een brutaal en bloederig relaas. Het zoveelste ongekende verhaal dat gedoemd was te verdwijnen in de annalen van deze vreselijke grote wereldoorlog. Dat het hele verhaal weeral doordrenkt is met zoetsappigheden en dat het een hoog “verschoppeling schopt het tot ultieme oorlogsheld”-gehalte heeft, is eigenlijke de enige kritiek die ik kan bedenken. Voor de rest is dit een emotioneel verpletterende film.

De film begint dan ook direct met slow motion beelden van het slagveld. Een chaotisch oorlogstafereel . Infanteristen worden aan flarden geschoten. Japanners lopen en masse hun ondergang tegemoet en worden massaal afgeslacht. Opengereten lichamen. Verminkte hoopjes ellende. En de laatste levenstekenen worden genadeloos weggebrand met een vlammenwerper. Na een tijdje vraag je je af of het niet allemaal overdreven is. Wie er niet bij was, kan zich moeilijk een voorstelling maken van de hel waar deze soldaten zich in bevonden. En ook al zit je in alle veiligheid vanuit je luie zetel naar dit gruwelspektakel te kijken, toch zorgen de realistische geluidseffecten en gruwelijke beelden ervoor dat je het bijna in je broek doet uit panische angst. En dat was nog maar een voorproefje.

Hacksaw Ridge” springt na deze inleiding terug in de tijd naar het rustieke plattelandsleven in Virginia. Daar groeide Desmond Doss (Andrew Garfield) op. Zijn pacifisme werd aangewakkerd de dag dat hij zijn broertje bijna het hoofd insloeg met een baksteen. Dat hij toch zijn vaderland wou dienen en zich vrijwillig aanmeldt bij het leger, slaat in als een bom (tja) bij zijn verloofde en familie. En dan vooral bij zijn vader, een ex-militair die 1ste wereldoorlog overleefde. Als blijkt dat hij inderdaad halsstarrig blijft weigeren om een wapen aan te raken, wordt zijn opleiding een aaneenschakeling van pesterijen door medesoldaten en een legertop die hem liever kwijt dan rijk is. Maar de krijgsraad beslist, dankzij een ultieme inmenging van zijn vader, dat hij zijn land mag dienen zonder de wapens op te nemen. Dus alleen gewapend met een bijbeltje in zakformaat trekt Desmond naar het front. Met name naar de hel op het eiland Okinawa.

Hacksaw ridge” is dus opgedeeld in twee sterk contrasterende delen. Enerzijds het gemoedelijke, vreedzame gedeelte waar de dartele Desmond zijn toekomstige vrouw het hof maakt en naderhand zijn opleiding volgt. En anderzijds het bloederige gedeelte op het eiland Okinawa. Eigenlijk een beetje een opbouw zoals in “Full metal jacket”. Het clichébeeld van de doorsnee verpleger die zich bekommert om de gewonden op een slagveld, wordt in een mum van tijd bijgeschaafd. Het beeld van de ineengedoken, angstige soldaat met een rood kruis op zijn helm wordt hier vervangen door een heldhaftig, zelfopofferend militair die voor zijn gevallen kameraden door het vuur gaat. En dit beeld wordt nog eens versterkt doordat Desmond een gewetensbezwaarde is die als een Speedy Gonzales over het slagveld rond rent en alzo in de steek gelaten, ten dode opgeschreven strijdmakkers wist te redden. Misschien jammer dat die boodschap er net iets te dik opgelegd werd.

Het is niet alleen het in beeld gebracht oorlogsgeweld dat indruk op je maakt, maar ook de toch wel magnifieke vertolkingen. Andrew Garfield speelt op een overtuigende manier de diepgelovige en soms naïef lijkende Desmond. Door constant zo achterlijk te glimlachen, leek het wel alsof hij ontoerekeningsvatbaar was. Daarnaast zien we dan nog een paar schitterende bijrollen zoals die van Vince "Term Life" Vaughn als drill-sergeant Howell en Hugo Weaving als Desmond’s vader. Maar het indrukwekkendste is het feit dat dit een waargebeurd verhaal is en dat Desmond Doss de eerste gewetensbezwaarde is die bekroond werd met de “Medal of honor” voor “opvallende dapperheid en onverschrokkenheid”. Maar deze film is vooral het zoveelste bewijs hoe dom de mensheid wel is. Een portret over de waanzin van de grote oorlog. Het zinloos verspillen van jonge levens tijdens de verovering van een nietszeggende rots (Een beetje zoals bij “Hamburger Hill”, maar dan omgekeerd). Ik ben ervan overtuigt dat er velen op dat moment het nut van deze hele operatie niet meer zagen. Niet gedraald. Bevel is bevel. Voorwaarts, recht je eigen ondergang tegemoet gaan. Waanzin!

4*

Halloween (2018)

He's no longer dormant.

He only knows how to keep moving and to keep killing.

And he will kill again unless he's captured.

Exact 40 jaar geleden verscheen de film “Halloween” geregisseerd door John Carpenter. Een mijlpaal op horror gebied in het slasher genre. Het was in deze film dat Laurie Strode (een piepjonge Jamie Lee Curtis) op het nippertje ontsnapte aan de psychopaat Michael Myers. En alzo ontstond de legende rond Myers. En nu 40 jaar later verschijnt eigenlijk het vervolg hierop. Tot mijn verbazing is dit al de 11de film in het “Halloween” universum. Geen flauw idee wat er zich in de andere episodes heeft afgespeeld, want ik heb me nooit de moeite gedaan om deze te bekijken. En ook al vreesde ik dat dit gewoonweg een verderzetting zou zijn van identiek hetzelfde concept (wat het ook is) en dat ik een “heb-ik-dat-niet-al-eens-eerder-gezien” gevoel zou hebben, moet ik toch toegeven dat ik me kostelijk geamuseerd heb.

Misschien heeft dat wel met de nostalgische waarde van deze film te maken. Alles voelt aan als de originele film. Dezelfde creepy soundtrack wordt gebruikt. Zelfs het lettertype dat gebruikt wordt bij de aftiteling, ziet er lekker ouderwets uit. Jamie Lee Curtis is ook weer van de partij. Het speelt zich weeral af in de Halloween-periode. En de gezichtsloze Michael Myers krijgt weer vers vlees voorgeschoteld waar hij met veel plezier zijn slagersmes in neerplant. Het voelt aan als een ouderwetse, old-skool horror zoals ze in de jaren 70 werden gemaakt.

Het enige dat ik me afvroeg was of het wel echt noodzakelijk was om een sequel op de gelijknamige film te maken. Tenslotte weet je op voorhand al dat ze op hetzelfde gaan voortborduren en kan je sowieso al voorspellen welke richting het uitgaat. Hetgeen voor een frisse wind zorgt is de ondertussen oudere Laurie die zich teruggetrokken heeft in een huisje in het woud, beschermd door ingenieus uitgedokterde systemen en strategisch geplaatste schijnwerpers. Een soortement fort voorzien van allerlei gadgets om ongewenste indringers buiten te houden. Er is zelfs een rasechte panic-room met voorraad genoeg om een 3de wereldoorlog te doorstaan en een arsenaal wapens waarmee je een hele horde zombies kan uitroeien. De reden waarom Laurie zich op deze manier heeft geïnstalleerd is natuurlijk Myers. Haar paranoia over deze figuur is met de jaren niet verdwenen en ze verwacht dat hij elk moment weer aan haar deur zal staan.

Films in dit genre zijn meestal ook rijkelijk gevuld met onlogische redeneringen en dom gedrag. Zo zit de uiterst gevaarlijke Michael Myers al 40 jaar opgesloten in een streng beveiligde inrichting. En in al die jaren heeft deze psychopaat geen enkel woord uitgesproken. Dat er een stelletje amateur journalisten eventjes met hem mogen praten, zou in werkelijkheid zeker nooit toegelaten worden zonder bijkomende maatregelen. Best mogelijk dat men ze dan grondig zou fouilleren zodanig dat ze geen verboden voorwerpen zouden binnensmokkelen. Maar vooral het feit dat deze beruchte moordenaar bij een overplaatsing behandelt wordt als een doorsnee patiënt, was toch wel hilarisch te noemen. Een doodgewone oranje schoolbus met enkele andere gedetineerden wordt hiervoor gebruikt. Ik had hem in een betonblok gegoten met een heel bataljon bewakers erbij. Kwestie van geen risico te nemen. Zoals altijd weet je als kijker wat er te gebeuren staat. Zij blijkbaar niet.

Soit. Gelukkig maar want anders zou de film “Halloween” niet datgene zijn wat we verwachten. En dat is een zenuwslopende slasher waarbij Myers iedereen weer de stuipen op het lijf jaagt door roerloos en emotieloos ergens in een donker, duister hoekje te staan en te observeren. En iedereen die zijn weg kruist maakt kennis met het vlijmscherpe mes dat hij weer met zich meedraagt. En zoals altijd zijn huisvrouwen, babysitters en rondslenterende tieners het slachtoffer. Spijtig genoeg had dit alles niet het gewenste effect op mij. Het is dan ook niet bijster eng te noemen. Alleen het onvermijdelijke eindgevecht zorgt eventjes voor de nodige spanning.

Nodeloos te zeggen dat eigenlijk alleen Jamie Lee Curtis hier uitblinkt als de overspannen oma die al 40 jaar zich aan het voorbereiden is op deze confrontatie. De rest van de cast is bijkomstig en dient hoofdzakelijk om het totaal aantal slachtoffers de hoogte in te drijven. Sommige nevenpersonages leveren zelfs een irritante bijdrage waardoor je er eigenlijk blij om bent dat ze over de kling worden gejaagd (zoals de bekvechtende politieagenten die het niet eens raken over het welsmaken van elkeens sandwich). Jason blum wil schijnbaar nog 10 sequels van “Halloween” maken. Dan wel niet met Jamie Lee Curtis. Want ook al beschikt ze nog over de perfecte vrouwelijke vormen, toch begint ze op een schilderij van Rembrandt te lijken. Lichtjes gekrakeleerd en een cultureel erfgoed.

3.5*

Hampstead (2017)

“Do you drink too much all the time?

No, only when I drink.”

Lig je wat zorgeloos te relaxen in je zetel op een zaterdagavond en heb je eigenlijk geen energie om iets nuttigs te verrichten, dan zal dat zeker niet verbeteren na het bekijken van deze romantische komedie die zich afspeelt in de buurt van het park Hampstead Heath. De gehele film verloopt in een gezapig tempo en vertelt over de zonderlinge relatie tussen Emily (Diane Keaton) en Donald (Brendan Gleeson). Emily is een weduwe van middelbare leeftijd die een respectabel flatgebouw betrekt tegenover het park van Hampstead. Donald is een eigenzinnige landloper die in dat park een eigen schamel stulpje heeft gebouwd, zijn eigen aardappelen en wortelen teelt en in de plaatselijke vijver zijn middagmaal bijeen vist. De twee verhouden zich als yin en yang. Emily zit met geldzorgen na het overlijden van haar man die haar opgescheept heeft met een immense schuldenberg, werkt als vrijwilligster in een klerenwinkel van Oxfam en is redelijk sociaal geëngageerd. Donald daarentegen maakt zich totaal geen zorgen over geld en heeft liefst van al dat iedereen hem met rust laat. In zijn ogen bestaat de rest van de gemeenschap uit op geld beluste egocentrische betweters die zijn eigenzinnige levensstijl niet begrijpen en appreciëren.

Voordeel van films zoals “Hampstead” is dat je er heet noch koud van wordt. Je krijgt er wel zo’n warm en gelukzalig gevoel van en je hersencellen blijven gespaard van een uitputtende inspanning. Mijn beslommeringen over “de verwondering” bij het bekijken van een film (lees mijn review bij “Paddington 2” nog maar eens) is bij deze film helemaal niet van toepassing, want echt verrassend is deze film niet. De titelkeuze is nogal evident. En als Emily totaal onbewust door een verrekijker kijkt vanuit het zolderraam en zo de blote bast van een badende Donald ontwaart, weet je al direct wat de geitenwollensokken activiste van plan is. Wat volgt is een aaneenrijging van aandoenlijke conversaties en voorspelbare misverstanden. Gelukkig vervalt het niet in romantische excessen en zijn we gewoon getuige van een zich ontluikende innige vriendschap tussen twee individuen die zo hun eigen persoonlijke problemen hebben. De één slaagt er niet in om de eindjes aan elkaar te knopen op financieel vlak en haar roddelende high-society buurvrouw tracht haar te koppelen aan een accountant. De andere wordt met zachte drang gemaand zijn pand te verlaten of er hangt hem een gerechtelijke procedure te wachten. Tja, ook al overduidelijk hoe dit zich gaat oplossen.

Ik zie Diane Keaton enorm graag spelen. In elke film is ze de verpersoonlijking van zo’n oergezellig, enorm aanhankelijk en knuffelbaar bejaard moedertje. Zo’n oudere dame die er immens vriendelijk, hulpvaardig en lekker ouderwets uitziet. En op dat vlak is ze natuurlijk ook de correcte keuze om het personage Emily in deze niet verrassende film te spelen. Want om eerlijk te zijn lijkt het wel alsof Diane Keaton telkens zichzelf speelt. Ik ben er zeker van dat Diane Keaton in het echte leven een gelijkaardig karakter heeft als haar personages. Brendan Gleeson daarentegen was een genot om naar te kijken. Een baardige tuinkabouter die soms de brompot uithangt maar naderhand toch blijk geeft te beschikken over een peperkoeken hart. Ook al lijkt het een koddig koppel die niet echt bijeen horen, kan ik toch begrijpen dat iemand als Emily kan bezwijken voor de soms verborgen charmes van Donald.

Blijkbaar is het verhaal gebaseerd op echt gebeurde feiten maar zijn er enkele zaken een beetje geromantiseerd en verzonnen. Het geheel liet me terugdenken aan “5 Flights up” waar Diane Keaton naast Morgan Freeman ook vastgoedproblemen had. “Hampstead” is zoals sommige huishoudelijke taken. Je moet ze niet perse uitvoeren, maar als je jezelf toch zover kunt brengen om het doen, kan het geen kwaad. Het is dus geen vereiste om deze doorsnee, gemoedelijke romantische komedie te kijken. Maar zou je het toch doen, dan zal het niet lijken alsof je je kostbare tijd verprutst hebt.

2.5*

Hangman (2017)

“Have you noticed anything out of the ordinary?

There's a letter carved into her chest.

A game of Hangman. “

Als je het spelprogramma “Rad van fortuin” verwerkt in een “Se7en”-achtige politiefilm, krijg je als resultaat de film “Hangman”. Een film waarin twee detectives, Ruiney (Karl “Dredd” urban) en Archer (Al Pacino), een meedogenloze seriemoordenaar op de hielen zitten. De slachtoffers zijn gerelateerd met elkaar op een doordachte manier. En gelukkig is er ook de journaliste Christi (Brittany “Bushwick” Snow) die de beide doorgewinterde detectives op tijd en stond voorziet van ingenieuze aanwijzingen. Niet voor niets dat ze genomineerd is voor de Pulitzer prijs. Het geschifte spelletje dat de moordenaar hanteert is het befaamde “Hangman” spel. En ondanks dat Archer, als gepensioneerde detective, zijn tijd verdrijft met het oplossen van kruiswoordraadsels in het Latijn, lijkt het te zoeken woord niet de evidentie zelve.

Hangman” is op zich niet zo’n slechte film. Om eerlijk te zijn wist men het op bepaalde momenten toch aardig spannend te maken. Maar net zoals het spelletje “Hangman” is het verloop ervan nogal te lineair en te vanzelfsprekend. De manier waarop sommige aanwijzingen worden gevonden is somtijds echt ridicuul. Als alle rechercheurs zo inventief waren als dit duo, dan was het oplossen van de meeste moordzaken een fluitje van een cent. Het meest irritante in deze film was de inmenging van de onderzoeksjournaliste Christi, die als een would-be autoriteit op gebied van moordzaken telkens weer de juiste vragen stelde en aanwijzingen gevat interpreteerde. De foto waar het lijk van detective Ruiney’s vrouw op te zien is, bevat een dusdanige aanwijzing dat het bijna onbegrijpelijk is dat deze ervaren detective dit nooit heeft opgemerkt. Maar niet voor deze briljante journaliste. Eén blik op de bewuste foto en ze wist al wat de anderen over het hoofd hadden gezien.

Ook al is Al Pacino nog niet afgeschreven als acteur en kan hij mijn inziens nog steeds de kwaliteit van een feature film naar een hoger niveau brengen, dankzij zijn briljant acteerwerk, valt zijn bijdrage hier toch enigszins tegen. ”Manglehorn” is een perfect voorbeeld waarin Pacino zijn klasse en professionalisme als acteur demonstreert. Ook al is deze film inhoudelijk gezien niet om over naar huis te schrijven, toch zorgt deze klasse acteur ervoor dat het toch nog een boeiend schouwspel werd. Toen concludeerde ik ook al dat de bewuste film niet noodzakelijk was om aan te tonen dat hij een exquise acteur is. Deze stelling geldt ook voor “Hangman”. Het rekruteren van klinkende namen garandeert de vereiste media-aandacht die het eigenlijk niet echt verdient.

Zonder Al Pacino, Karl Urban en Brittany Snow zou deze film niet meer zijn dan een doorsnee zaterdagavondfilm over een seriemoordenaar die verzot is op woordspelletjes. De film zal waarschijnlijk zonder problemen de overige weekendfilm-pulp overklassen en is zeker een garantie voor een aangenaam avondje voor de buis. Enerzijds is het een aanrader voor liefhebbers van het seriemoordenaar-genre. Anderzijds is het resultaat nogal flets en inspiratieloos. Zeker niet iets om opgewonden over te raken. En daar kan Al Pacino zelfs niet aan verhelpen.

2.5*

Hanna (2011)

Marissa, did she turn out as you hoped?
Marissa: "Better."


Geen flauw idee wat me te wachten stond met deze film. Ik ben ook niet het type dat meningen begint te lezen als richtlijn. Meestal is het dan toch het tegenovergestelde van wat ik ervan vond

Hanna,schitterend vertolkt door Saoirse Ronan,werd jarenlang getraind door haar vader aan de noordpool (veronderstel ik. Er was in ieder geval genoeg sneeuw) voor het uitvoeren van één taak nl. het lequideren van Marissa Wiegler. Deze koele tante was diegene die haar moeder vermoorde doordat ze ervoor moest zorgen dat er geen getuigen meer waren van een geheim experiment met DNA om zo een superieur menselijk wezen te kweken. Een soort super-soldaat. Hana was de laatste getuige hiervan.

Voila , dat is het hele verhaal in een notedop. Ik verwachte me ook aan een soort Jason Bourne-achtige spionage thriller met veel actie en suspense. Dat draaide echter anders uit.
Vooreerst waren er een paar zaken waar ik toch wat bedenkingen over had. Als dat het enige doel was, waarom dan niet gewoon terugkeren naar de besneeuwde vlakte ? Wat doel had Erik voor ogen in Duitsland ? Waarom in godsnaam het doelwit al op de hoogte brengen van je acties d.m.v. dat zendertje ? Om dan het apparaat in gang te zetten zodat ze gevangen kon genomen worden ? Als super-soldaat had ik het anders aangepakt. Hoe komt het dat ze zo panisch reageert op electriciteit, terwijl ze encyclopedische kennis heeft over vanalles en nog wat ? Een rondtrekkende familie komt haar tegen in het midden van de sahara en stelt zich geen vragen ? De 2 tieners vertellen niks aan hun ouders ? Wat gebeurde met de familie uiteindelijk ? En zoals al opgemerkt eerder : uiterst precies commando's uitschakelen maar de confrontatie met 2 hersenloze skinheads en een precies aan astma lijdende flikker,blijkt ineens een enorm obstakel ?
Duidelijk. Een verhaal met gaten zo groot als een melkwegstelsel.

Maar toch was dit voor mij een pareltje van een film.Waarom? Omdat het allemaal op een andere manier getoond, gefilmd en verteld werd dan de meeste actie spionage-thrillers.
De openingscenes in het gure landschap van de Noordpool waren subliem. Daar trok de film mijn aandacht en liet het niet meer los. De beelden van de woestijn en Marokko waren magnifiek en desolaat zoals ze moesten zijn. De wirwar van gangen en tunnels in de ondergrondse basis gaven een desorienterend gevoel.De stad Berlijn werd getoond op manier waardoor je de chaos en obscuriteit van een grootstad kan voelen.
De hele film heeft een art-deco, experimenteel en surrealistische tint. Bij momenten denk je wat een rariteitenkabinet het wel is, een split seconde later vond ik het briljant.

Het personage Hanna is gerafineerd. Een fragiel meisje dat DNA-gewijs omgeprogrammeerd is in een koele doeltreffende moordmachine. Als ze koelbloedig en accuraat in actie komt, staat dit in schril contrast met die heldere blauwe ogen die soms in close-up worden getoond en je dan even ziet hoe kwetsbaar ze is.
Erik is een ex-CIA agent en "That's it". Geen emoties of gevoelens tonen. Eén richtpunt in zijn leven en één hoofddoel om uit te voeren.
Marissa is een maffe doorgedraaide plastieken figuur die haar tanden poets tot bloedens toe. Een subtiel detail dat aantoont dat ze de perfectie nastreeft in alles wat ze doet. Een harde tante om uit de weg te ruimen wat ook blijkt in de ondergrondse basis. Ze was een stapje voor.
Knepler is een weirdo die precies vanonder een paddestoel is gekropen in de Efteling.
Isaacs en zijn 2 stupide rondhossende skinheads zien er totaal verkeerd en belachelijk uit, maar passen toch in het compleet plaatje. Isaacs in zijn trainingspak en lachwekkend tennisoutfit ziet er totaal belachelijk uit.
De familie is een parodie op new-age ouders met een snobistische tienerdochter. Hilarisch op een bepaald manier.

Het is dus het totale beeld van Kubrick-achtige surealistische beelden gemixt op een donkere en obscure mix van The Chemical Brothers als soundtrack, dat het zo'n interessante film werd. Een surrealistisch sprookje vol symboliek waarbij de choreografie en camerabewegingen het naar een hoger level brengt. De actiescenes waren niet technische hoogstandjes, maar waren ook niet van belang in de totale opzet van de film. Het waren voor mij wel aangename onderbrekingen in deze voor de rest zeer arty film.

4* met 2 vingers in de neus !

Hansel & Gretel: Witch Hunters (2013)

Alternatieve titel: Hansel and Gretel: Witch Hunters

Als je je verwacht aan een film met diepgang,meeslepende dialogen, ijzersterke verhaallijn en een meesterlijk ineengestoken einde, kom je nogal bedrogen uit. Maar wil je een verstand-op-nul-actievolle-waar-het-bloed en lichaamsdelen-in-het-rond-spettert film zien , dan moet je deze onmiddelijk kijken

Actie en bloed was er in overvloed. De grap over Insuline door teveel eten van het peperkoeken huisje was schitterend , Renner deed zijn ding en Arterton was om op te vreten in dat strak leren broekje waardoor haar derrière er beeldig uitzag en dat lillend vlees in dat middeleeuws kleedje dat hevig heen en weer deinde bij actie en als ze diep inademde. Ik moest opletten om me daar niet alleen op te focussen

Edward de Trol was meesterlijk in beeld gebracht. Uitzonderlijk gore vechtscene met schitterend hoofd-pletten actie die ik niet meer gezien heb sinds The Toxic Avenger De wapens die het duo gebruiken zijn dan weer zo over-the-top dat het hilarisch begint te worden.

Een flinterdun verhaaltje dat op het einde ineens wel razendsnel vooruit ging met op zeer korte tijd de ontdekking van het ouderlijke huis, de waarheid over de moeder en het peperkoekenhuisje. Maar voor de rest heel vermakelijk. Hup naar de volgende film dan maar ....

PS. Grappige voorstellen voor nieuwe verfilmingen van sprookjes op IMDB : Pinocchio: Lie Another Day , Goldilocks: Bear Hunter , Little Red Riding: In Da Hood en Bambi: Hunting Season (Met Sylvester Stallone uit Rambo)

Happy Death Day (2017)

“I'm totally having deja vu right now.

Oh, I have it all the time.

It's supposed to mean like someone's thinking about you while they're masturbating.

I have it at least five times a day.”

Echt origineel kan je “Happy death day” niet noemen. Je zal terstond terugdenken aan films zoals “Groundhog day” en het recentere “Before I fall” tijdens het bekijken van deze tijdlus / slasher film. Hetzelfde principe met één cruciaal verschilpunt. En dat is het feit dat het slachtoffer de persoon die gevangen zit in een schijnbaar oneindige lus des tijds, telkens vermoord wordt door een onbekende die een idioot masker op heeft. Verwacht je je aan een van een humoristische noot voorziene “Friday the 13th”, dan zal je toch aardig ontgoocheld zijn aan het einde van de film. Echt spannend zoals de oerdegelijke slasherfilms uit de jaren 80 is het omzeggens nooit. En grappig kan je het ook niet noemen. Buiten de klunzige poging op het einde waar er eventjes de link wordt gemaakt met Bill Murray en de moeder der “time loop” films. Maar toen lag mijn eindoordeel al vast en begreep ik de buzz over deze film niet.

Dat “Happy death day” het zo goed deed in de V.S. zal waarschijnlijk te maken hebben met de timing van de release (op Vrijdag de 13de) en de algehele aankleding. Een universiteitscampus met “Miss Popularity” (veronderstel ik toch afgaande op haar arrogante houding) Tree (Jessica Rothe) als centrale figuur, die elke morgen tot haar afgrijzen wakker word in de kamer van Carter (Israel Broussard) nadat ze de vorige avond brutaal werd omgebracht. Telkens weer hetzelfde dagelijkse verloop. Verbijsterd ontwaken. Verdwaasd terugkeren naar het studentenhome. Afwezig een les volgen. De aantrekkelijke leraar, waar ze wel eens een stiekeme stoeipartij mee heeft, een verrassingsbezoekje brengen. Een studentenfuif bijwonen. En als afsluiter een geslaagde moord. Een simpele verhaallijn die moeiteloos te volgen is en langzaamaan overgaat in een soort whodunit-verhaal.

Dit is dus een geschikte film voor puberende tienermeisjes die nog balanceren tussen kinderachtige meisjesfilms en het serieuzere werk. “Happy death day” zorgt voor een kortstondige ontspanning zonder al te veel griezelelementen waardoor leden uit deze leeftijdsgroep niet overvallen worden door panische angst. En anderzijds is er een beetje dat zoetsappige en luchtige waar tienermeisjes zich mee kunnen identificeren. Tree is zo’n meisjesfiguur waar anderen misschien naar opkijken en liefst dikke vriendin mee zijn. Een redelijk snobistisch type waar men na een tijdje ook wel een rebels karakter in terugvind. Het rond paraderen in haar eva-kostuum is daar een schitterend voorbeeld van. En tenslotte kan men bij deze film gerust een maxi-verpakking popcorn of een volledige lading nacho’s naar binnen werken, want echt misselijkmakende en bloederige scenes zijn niet aanwezig. Pluspunten genoeg om een voltallig tienerpubliek naar de cinemazaal te lokken.

Het grappigste (en natuurlijk voorspelbaarste) in deze film, is natuurlijk het moment waarop het slachtoffer als een rasechte Nostradamus aankomende incidenten kan voorspellen. Tot algehele verbazing van de getuige die er met open mond naar gaapt. Ze zijn er wonderwel in geslaagd om er ook een origineel draai aan te geven. Zo heeft Tree bij elke wedergeboorte meer en meer last van opgelopen letsels. Maar buiten dat is dit maar een middelmatige film. Een soort Columbus raadsel dat opgelost wordt na verscheidene tijdlussen. Het was niet evident om de uiteindelijke dader aan te duiden. Om eerlijk te zijn vond ik het nogal ver gezocht. Echt een film om samen met enkele vrienden te bekijken op een Halloween-avond. Niet meer en niet minder

2.5*

Harbinger Down (2015)

“This is a portable molecular analyzer. Place the sample in this cartridge and it could tell you everything... from what species it is... and whether or not if it has a cold or cancer.

Hey, Bowman, I wonder if that thing can analyze a fart.

Okay, leave now, cavemen. Go wrestle sharks or whatever you do.”

Herinner je je nog dat spinachtig, slijmerig creatuur met het misvormde hoofd eraan vast uit de film “The Thing”? Of het moment dat in “Alien” John Hurt zijn onderbuik openscheurt en er een bloederig buitenaards wezen uit tevoorschijn komt ? Beide films zijn uit de jaren 80. Een tijdperk waarin computeranimaties nog redelijk beperkt werden gebruikt. De speciale effecten werden meestal gerealiseerd met behulp van stop-motion technieken, make-up en miniaturen. “Harbinger down” is een soort ode aan deze technieken (PFX) die nog altijd door de filmstudio ADI wordt gebruikt (onder andere voor de remake van “The thing” in 2011). Het is dan ook een mengeling van “The Thing” en “Alien”. Een buitenaards organisme dat zich genesteld heeft in een Russische kosmonaut en jarenlang in het poolijs ingevroren zat.

Zelf had ik een grenzeloze bewondering voor de bedenkers van SE’s en make-up in die tijd. Het was de periode dat de VHS/Betamax markt nog welig tierde. Ik kan me nog herinneren dat ik als filmliefhebber (die niet in het bezit was van een videospeler) afzakte naar de lokale videotheek en huiswaarts keerde met een plastiek koffertje, waarin zich een VHS-speler bevond, en een vijftal videobanden. Films waarin exploderende hoofden te bewonderen waren zoals in “Scanners” of afstervende lichaamsdelen zoals in “The Fly”. Dat een productiemaatschappij op de proppen komt met een zelfgeproduceerde film waarvan ze beweren dat er alleen gebruik gemaakt werd van deze antieke technieken, zorgde voor een kortstondige opwinding bij mij. Spijtig genoeg is van deze techniek bijster weinig te zien. Ofwel verschijnt het creatuur in het duister waardoor het nogal moeilijk is om er iets van te ontwaren. Ofwel ging het zo razendsnel dat je niet eens de kans kreeg om het te bewonderen.

Ondanks de hoge nostalgische waarde van deze film is het eindresultaat nogal teleurstellend. Behalve de opvallende gelijkenissen met klassiekers uit de jaren 80 is er ook nog het soms toch wel erbarmelijke acteren. De clichématige omstandigheden zijn niet bijster origineel. Zo is het alweer een poolgebied waar het zich allemaal afspeelt, aan boord van een krabboot. Alweer een locatie waar ontsnappen onmogelijk is. Vanzelfsprekend is er iemand aan boord wiens prioriteiten op zijn minst nogal discutabel zijn. Het moment dat het binnengehaald gevaar zich begint te manifesteren, begint de systematische eliminatie van bemanningsleden.

Ik twijfel niet aan de ambachtelijke kennis van Alec Gillis als bedenker van groteske, slijmerige monsters. Maar de job als regisseur heeft hij duidelijk nog niet onder de knie. Er is allereerst een totaal gebrek aan spanning. Geen moment grijpt het je naar de keel. Je aanschouwt het op een apathische wijze en wacht verveeld de ontknoping af. Zelfs datgene waarrond de hele film draait is een grandioze teleurstelling. Het organisme ziet er kunstmatig, nep en verre van afschrikwekkend uit. Een flink uit de kluiten gewassen inktvis die telkens van vorm verandert en zich aldus op een makkelijke manier op de boot kan verplaatsen. Maar echt rillingen bezorgen doet het niet.

De goede bedoelingen zijn duidelijk aanwezig, maar de afwerking laat te wensen over. Misschien was het initieel de bedoeling om een film te creëren vergelijkbaar met “The thing”. Want de remake van 2011 zou oorspronkelijk louter en alleen bestaan uit technieken die ADI gebruikt. Deze werden echter uit de uiteindelijke film geweerd. Duidelijk dus een opgestoken middelvinger richting de makers van deze remake. Dit doet wel niets af aan het feit dat het een belabberde film is. Op twee positief te noemen feiten na dan. De metamorfose die het buitenaards wezen toepast, vond ik wel een origineel idee. En Lance “Bishop” Henriksen speelt een ijzersterke rol als de stuurse en standvastige kapitein Graff. Maar uiteindelijk was het toch maar povertjes. Hadden ze die Sovjet rommel in het water gelaten en louter en alleen de witte walvissen in beeld gebracht, was het waarschijnlijk even spannend geweest.

1.5*

Harmony (2018)

Even in love, there's fear.

You can't have one

without the other.

Ken je dat gevoel als je ergens met de fiets bent waar je vol verbazing naar een wegenkaart kijkt en geen besef hebt waar je je bevindt? Of die keer dat je vol ongeloof naar het schoolbord keek, terwijl de professor een wiskundige stelling neerschreef? Wel die verbaasde blik met opengevallen mond en een licht paniekerig gevoel had ik ook tijdens het kijken van “Harmony”. Deze Australische film (met Australische acteurs die hun uiterste best deden om die welbekende tongval te verbergen) is nu wel echt het vaagste wat ik op filmgebied heb gezien tot nu toe. Ergens diep van binnen zat er misschien wel iets origineels in vervat. Maar echt naar de oppervlakte leek het niet te willen opstijgen.

Na een uurtje had ik eigenlijk nog altijd niet begrepen wat er nu aan de hand was met Harmony (Jessica Falkholt). En haar relatie ten aanzien van Mason (Jerome Meyer) en Jimmy (Eamon Farren) bleef voor mij een volkomen raadsel. De ontknoping was dan weer zo vanzelfsprekend. En natuurlijk is het weer zo’n typische afsluiting die ruimte biedt voor ettelijke vervolgfilms. En blijkbaar was dat ook de bedoeling. Er was sprake van een 5-delige saga waarvan deze film “Harmony” het eerste hoofdstuk vormt. Spijtig genoeg is hoofdrolspeelster Jessica Falkholt nog voordat de film in première ging, omgekomen in een auto-ongeluk. En vervolgverhalen nog klaarstomen zonder dit personage kan misschien wel problematisch zijn. Of ze moeten de vier volgende vervolgfilms wijden aan de andere 4 pasgeborenen die elk over een eigen specifieke, bijzondere kracht beschikken.

Misschien was dat wel het positiefste van de hele film. De gave van Harmony om negatieve gevoelens en angsten weg te nemen bij willekeurige personen, is een origineel idee. Een niet zo prettige ervaring voor Harmony. De overgenomen last zorgt voor zowel psychische als fysieke pijn. De enige manier voor Harmony om zichzelf hiervan te verlossen, is een stortbad te nemen waarna deze negatieve gevoelens als zwarte inkt weglopen. Hoe komt het dat zij gezegend is met deze gave? Heeft het te maken met het sterven van haar moeder tijdens de geboorte? En wat is haar drijfveer om ’s nachts door donkere straten te dwalen en hopeloos verloren zielen te redden? En wie is de vrouw die zich ontfermt over verwaarloosde dieren? En hoe weet ze dat Harmony haar gave moet gebruiken bij zoveel mogelijk hulpbehoevenden? En kent ze de anderen ook die over een gave beschikken? Het is allemaal een beetje te vaag. Ik veronderstel dat indien de volgende sequels gemaakt worden, het allemaal een beetje duidelijker zal worden.

Film-technisch ziet de film er onberispelijk uit. Het grauwe en duistere beeld past wonderwel bij het personage Harmony. Ook haar uiterlijk, een zwart geklede met zwarte mascara goth-achtig meisje, versterkt dit deprimerende gevoel. Ook Jimmy, de rebelachtige stoere gast die anderen behandelt als vuil, is zo’n duister figuur. Waarom hij interesse toont in Harmony en tegelijkertijd een soort haat uitstraal, is ook weeral vaag. Mason daarentegen is dan weer één en al vrolijkheid. Zijn kleurrijke outfit en onschuldig, naïef gedrag zorgen voor de heldere, vrolijke momenten. Wat de reden is dat Harmony schijnbaar probleemloos in zijn aanwezigheid blijft functioneren, is ook niet helemaal duidelijk. Is Mason een gevoelloos persoon? Gaat hij zonder angst of negatieve gevoelens door het leven? Heeft hij een psychische stoornis waardoor hij zo excentriek overkomt? Tja, geen flauw idee.

Misschien missen we een deel puzzelstukjes om deze eigenzinnige film te begrijpen. Want zoals je kan lezen, blijft alles redelijk vaag en onbegrijpelijk. Al bij al is deze film ondanks al zijn vaagheid niet zo barslecht. Het acteren is van aanvaardbaar niveau en de manier waarop alles in beeld werd gebracht, heeft ook zijn charmes. De film past ook perfect bij het beeld van onze huidige maatschappij waar angst een voorname rol in speelt. En ik ben er zeker van dat veel tienermeisjes wel enthousiast zullen reageren over het romantisch gedeelte van de film. Op narratief vlak vond ik dat het tekort schoot. Te veel vraagtekens en leegtes. Kortom, het verhaal op zichzelf was niet in harmonie met de rest.

2.5*

Harry Potter and the Chamber of Secrets (2002)

Alternatieve titel: Harry Potter en de Geheime Kamer

Dit de deel gaat verder op het elan van de eerste film. Het is nog steeds magisch en leunt erg aan bij het boek. Het is en blijft een jeugdfilm maar desondanks geniet ik er nog steeds van.

4*

Harry Potter and the Deathly Hallows: Part 1 (2010)

Alternatieve titel: The Deathly Hallows

Wat eigenlijk een "Grand Finale" had moeten worden, is uiteindelijk een saai, donker en eentonig. Grauwe beelden, donkere ideeën en depri inhoud. De aanloop naar het laatste deel. Is het een commerciele beslissing om het uit te rekken of geeft het meerwaarde het laatste boek in 2 te splitsen ? Mij een zorg, ik vond het magische sprookje van het begin niet meer terug ... spijtig !

2*

Harry Potter and the Goblet of Fire (2005)

Alternatieve titel: Harry Potter en de Vuurbeker

Dit deel steekt voor mij er bovenuit vanwege de inhoud. Het tovenaarskampioenschap is schitterend gebracht en elke taak ziet er inderdaad spectaculair uit. De CGI is er op vooruit gegaan met name de draken zien er super realistisch uit. Dit was voor mij (samen met Deel 1) het betere werk in de HP-saga

4*

Harry Potter and the Order of the Phoenix (2007)

Alternatieve titel: Harry Potter en de Orde van de Feniks

Tja, en hier begint het HP-fenomeen kleine barstjes te vertonen. Het magische is weg , het is allemaal veel serieuzer. De film volgt ook niet exact het boek meer zoals de eerste 4 delen.

3*

Harry Potter and the Prisoner of Azkaban (2004)

Alternatieve titel: Harry Potter en de Gevangene van Azkaban

Een andere regisseur voor dit derde deel. Het kinderfilm-gevoel maakt plaats voor een iets volwassener gevoel. Het is een beetje donkerder en spannender. Het blijft echter nog altijd een aangename familiefilm.

3.5*

Harry Potter and the Sorcerer's Stone (2001)

Alternatieve titel: Harry Potter and the Philosopher's Stone

Op latere leeftijd heb ik pas de boeken (mijn schoonbroertje las ze) ontdekt, en ik was eigenlijk direct in de ban van HP. De boeken lezen vlot en het zit verdraaid prima in elkaar. Toen ik deze film de eerste keer zag kon ik alleen concluderen dat het er allemaal zo uitzag als ik het me voorstelde uit de boeken. Alles klopt. De omgeving , de personen , Zweinstein , het magische.

Nu , zovele jaren later (*sigh*) , vind ik het een aangename familiefilm die de voorbijgevlogen tijd goed heeft doorstaan.

PS. Spijtig genoeg naarmate de films vorderen, wordt het allemaal wat langdradig en donkerder. Net als de boeken trouwens.

Hateful Eight, The (2015)

Alternatieve titel: The Hateful 8

“Now, Daisy, I want us to work out a signal system of communication. When I elbow you real hard in the face, that means: shut up.”

Ontelbare filmliefhebbers stonden vorig jaar te trappelen van ongeduld voor de nieuwe “Star Wars” film. Raar maar waar, ik eigenlijk niet. Maar wel voor de nieuwe film van Quentin Tarantino. Sorry voor de Tarantino haters, maar, yankee doodle dandee, dit was weeral een schitterende film van de meest rebelse, anarchistische regisseur waarover Hollywood beschikt. Eén ding moet je hem wel nageven : hij is trouw gebleven aan zijn persoonlijke stijl. Dus weeral een typisch Tarantino film waarin je je kan verwachten aan bitsige dialogen, racistische uitlatingen en een bloederige apotheose. Het eindresultaat is een soort “Reservoir Dogs” gemengd met “Django Unchained” , dat zich afspeelt in eenzelfde ruimte zoals “From dusk till dawn”. Ik hoop dat Quentin zijn voornemen om uiteindelijk maar 10 bioscoopfilms te maken, laat varen. Alleen mag hij dan ook wel eens voor de verandering uit een ander vaatje tappen.

Ben je een grote fan van klassieke Italiaanse spaghettiwesterns, dan zal je enthousiasme oplaaien als de film in al zijn weidse pracht begint. Een sneeuwlandschap met in de voorgrond een besneeuwd kruisteken. En terwijl het beeld langzaam uitzoomt, zie je in de achtergrond in de verte een postkoets aankomen. Dit onder begeleiding van de muziek van Ennio Morricone en een aftiteling in een fonttype dat direct geassocieerd kan worden met oude westerns. En het moment dat deze koets moedwillig moet stoppen (na een enorme tijdsduur) omdat Samuel L. Jackson, gezeten op een stapel lijken van outlaws, de weg blokkeert, is dit de aftrap voor een bijna 3 uur durend meeslepend cowboyverhaal vol mysterie en wraakgevoelens. Een soort Cluedo in een blokhut. Behalve dat hier de oplossing van het raadsel niet zal klinken als bijvoorbeeld “De kolonel heeft de moord begaan met de kandelaar in de biljartkamer”, maar eerder “Wie van de 8 personen, die voor een sneeuwstorm schuilen in Minnie’s Haberdashery, zal de storm doorstaan”.

De 8 zijn bijna allemaal oude getrouwen van Tarantino die al eens verschenen in één van zijn eerdere filmprojecten. Allereerst is er Samuel L. Jackson, die recent nog schitterde in “Kingsman : The secret service” (na enkele minder indrukwekkende vertolkingen) en in het verleden meewerkte aan “Pulp Fiction”, als de premiejager Majoor Marquis Warren. Samuel L. Jackson zoals je hem graag ziet : rauw, bitsig van zich afbijtend en verontrustend brutaal. De blanke premiejager John Ruth wordt gespeeld door oudgediende Kurt “Death Proof” Russell. Een collega van Majoor Warren, maar wel wantrouwig en beschermend wanneer het over zijn premie gaat. De premie die hij krijgt voor zijn gevangene Daisy Domergue (Jennifer Jason Leigh). Onderweg pikken ze Sheriff Chris Mannix (Walton “Django Unchained” Goggins) op, die op weg is naar Red Rock, de plaats waar Ruth zijn premie wil incasseren. De sneeuwstorm belet hen echter om verder te reizen en ze moeten de storm uitzitten in de blokhut van Minnie. En dat in het gezelschap van de Mexicaan Bob (Demian Bichir), de beul Oswaldo Mobray (Tim “Reservoir dogs” Roth), de rondtrekkende cowboy Joe Gage (Michael “Reservoir dogs” Madsen) en de gewezen generaal Sandy Smithers (Bruce “Django Unchained” Dern). En zo is alles in gereedheid gebracht voor een doordacht spelletje ‘whodunit’ met Domergue als inzet.

Ondanks de lange speelduur (3 uur is toch wel een beetje teveel van het goede) verveelt de film geen seconde. De conversatie aan het begin tussen Jackson en Russell is een voorsmaakje van wat er achteraf komt. Want de hele film staat bol van zulke hilarische gespreksrondes. De film wordt netjes verdeeld in 6 hoofdstukken waarin het relaas tergend langzaam laag voor laag uit de doeken wordt gedaan. En zoals een echte Tarantino het vereist, is de prent doorspekt met humor, grof verwoorde racistische commentaren en een overdreven slot waarbij het bloed weer massaal vloeit. En dit alles in een secuur uitgewerkt en gedetailleerd decor. Het lijkt eerder op een Shakespeareaans toneelstuk dat zich voor je ogen afspeelt.

Overbodig om te zeggen dat de vertolkingen van de verschillende acteurs me meeste lof verdienen, daar de film ook voor het grootste deel uit briljante dialogen bestaat. Een memorabel steekspel met snedige argumentaties en conversaties die de spanning opdrijven. Hierbij zijn vooral de inbreng van Russell en Jackson van hoog niveau. De enige vreemde eend in de bijt en een voor mij toch wel bizarre keuze door Tarantino is de aanwezigheid van Channing Tatum. Liever had ik Christoph Waltz zien verschijnen.

Misschien ben ik wel een beetje bevooroordeeld omdat ik toch wel een enorme bewonderaar ben van het werk dat Tarantino telkens weer aflevert. En toch vind ik “The hateful Eight” niet zijn meest geslaagde creatie, ondanks dat het een magistraal meesterwerk is. Misschien is dit omdat ik het concept dat Tarantino hanteert ondertussen wel door heb en het verrassingselement totaal ontbreekt. De manier van opbouwen bij de dialogen is immers altijd hetzelfde. Het repetitieve karakter van de dialogen en zinnen die elkaar in een razend tempo opvolgen alsof ze door een Gatling gun worden afgevuurd. Het geduldig en minutieus opbouwen van het complete verhaal, zodanig dat het voor de ongeduldige kijker lijkt alsof het niet vooruitgaat. De grofheid en guurheid zowel contextueel, visueel als tekstueel. De soms extravagante humor die gebruikt wordt. En tenslotte de buitensporige, gewelddadige en bloederige apotheose waarmee het afsluit. Dit zijn meestal de vaste elementen die terugkomen in een Tarantino, maar dan telkens in een andere setting.

Maar als echte Tarantino-fan kan ik achteraf alleen maar concluderen dat dit weeral een meesterwerk was, waar ik de volle drie uren van genoten heb. En ik kijk nu al uit naar de voorlaatste film. Hopelijk tracht Quentin een alternatieve aanpak zodanig dat hij mij weer kan verrassen.

4*

Haunt (2013)

“So you want to hear a ghost story?

Well, every ghost story begins with a house… and a tragedy.

And so we begin with mine.”

Zo griezelig als het begin, zo doorsnee voelt de rest van de film aan. Het zoveelste bezeten-huis onderwerp waarbij een heel assortiment van reeds gebruikte elementen uit gelijkaardige films gebruikt wordt. Voor de echte horror-fanaten is het allemaal gekend en niks verrassends. Verwacht je weer aan krakende deuren, entiteiten die zich manifesteren, enge geluiden achter elke deur en in elke hoek, dreigende schaduwen en plotse schrikmomenten. Het zit allemaal vervat in deze film en lijkt dan ook op een samenraapsel van reeds gebruikte ideeën. Behalve dan die indrukmakende start dus, waarbij er een origineel apparaat wordt voorgesteld : een ouderwets uitziend apparaat voorzien van transistors en radiolampen dat gebruikt kan worden om te communiceren met overledenen. De getergde en wanhopige persoon die hiervan gebruik wil maken, om in contact te komen met zijn kinderen, ervaart al snel dat de gevolgen die voortvloeien uit het gebruik hiervan, minder aangenaam zijn dan hij verwacht had.

Lees hier verder ....

Haunted (2014)

Alternatieve titel: Dark House

"Dark House” aka “Haunted” vind ik nu eens een twijfelgeval. Voor originaliteit krijgen de beide filmtitels zeker en vast geen prijs. Ze hadden het trouwens best "Dark Forest" kunnen noemen daar het zich bijna de hele film in een bos afspeelt. Blijkbaar was Victor Salva, de regisseur van de befaamde “Jeepers Creepers” saga, alle oriëntatie verloren bij de creatie van deze film, want het is nogal een mengelmoes geworden van verschillende horror genres. Tevens worden alle clichés uit het horror genre op een hoopje gegooid. Uiteindelijk is het een variant op “Rosemary’s baby” vermengd met “End of Days” en daar bovenop elementen uit het slasher genre en bovennatuurlijke fenomenen. Een cocktail van horror-genres als het ware. Niet altijd geslaagd, maar over het algemeen was het toch aangenaam om te kijken en op de juiste manier gedoseerd.

Nick de Santo (Luke Kleintank) werd net 23 jaar en bezoekt zijn moeder in een instelling waar ze zich vrijwillig heeft laten opnemen. Nick heeft een speciale gave. Hij kan bij aanraking van een persoon in de toekomst kijken en zien hoe deze persoon om het leven komt. Hij heeft zijn vader nooit gekend, maar hoopt bij dit bezoek achter de waarheid te komen en hoopt eindelijk een antwoord te krijgen op de vraag of zijn vader eventueel hiervoor verantwoordelijk is. Uiteindelijk verloopt het bezoek toch niet zoals hij verwachtte. Zijn moeder verliest het leven in een raadselachtige brand en Nick erft een landhuis. Niet zomaar een huis, maar wel het huis dat hij al sinds zijn jeugd tekent. Samen met zijn goede vriend Ryan (Anthony Rey Perez) en zijn hoogzwangere vriendin Eve (Alex McKenna), gaat hij op zoek naar dit huis, hopend op enige antwoorden.

Je verwacht eigenlijk dat iemand met een beetje gezond verstand de hoogzwangere zou aanraden om rustig thuis te blijven. Maar nee, ze gaat lustig mee op avontuur. De zoektocht leidt hen naar een afgelegen gebied waar ze te horen krijgen dat het huis weggespoeld is tijdens een immense overstroming. Let wel, een volledig huis inclusief de kelder. Wie had dat kunnen denken. Onderweg maaien ze bijna enkele landmeters van de weg die vanzelfsprekend hun hulp aanbieden om het rondzwalkend huis te lokaliseren. Echt spannend en angstaanjagend is deze film geen enkel moment. Zelfs niet als ze Tobin Bell, de geschifte Jigsaw uit de “Saw” films, optrommelen als de creepy huisbewaarder. Die belachelijke pruik die hij opheeft draagt dan ook niet bij tot het creëren van enige suspens. Uiteindelijk zitten we dan met een vervloekt huis, in een donker dreigend bos en een stel rondslenterende chimpansees met vervaarlijk uitziende bijlen. Het groepje wordt aangemaand om op te hoepelen en nooit meer terug te keren. Maar ondanks alle inspanningen verzeilen ze telkens terug bij het vervloekte huis.

Uiteindelijk wordt het toch allemaal een beetje duidelijk en ontvouwt zich de hele opzet en ontaard het in een strijd tussen het goede en het kwade. Ondanks het totaal ontbreken aan schrikmomenten en een spannende intense sfeer, houdt de film je toch in zijn grip en voel je de drukkende en dreigende atmosfeer. Dat het weer een groepje jongeren is in een donker woud en een oud onheilspellend gebouw dat de sleutel bevat om het geheim te ontrafelen, was uiteindelijk niet zo van triviaal belang. De achtervolgingen, de rondzwierende en inbeukende bijlen en de verschillende wendingen die het verhaal nemen maken dit dan toch een genietbare film. Het bijbels thema en de symboliek van het cijfer 23 worden er dan ook nog eens in betrokken.

De acteerprestaties zijn wel niet om over naar huis te schrijven, maar bleken naderhand toch ook niet vreselijk irritant. Luke Kleintank was perfect voor de rol als Nick. Een toekomstige jonge vader die op zoek is naar zijn roots. De momenten dat hij flashbacks kreeg over de uiteindelijke dood van bepaalde personen vond ik redelijk geslaagd. McKenna en Perez deden datgene wat je kan verwachten. En Bell deed waar hij goed in is : het spelen van een oude toch wel angstaanjagende geheimzinnige persoon. De gore gedeeltes waren vermakelijk in beeld gebracht. Niets origineels echter. Het zoveelste door een bijl gespleten hoofd. Het enigste punt waar ik me dan toch over ergerde en met ongeloof mijn hoofd over schudde is het feit dat er toch altijd eentje zo über-geil moet bijlopen, dat hij zelfs de drang niet kan weerstaan om te rampetampen met een vrouwmens uit het gezelschap, terwijl ze omringd zijn door met bijlen rondzwaaiend bloeddorstige oermensen. Een doosje Viagra zou zelfs niet helpen bij mij.

Origineel is deze film dus niet echt. Alles is ooit wel eens ergens in gebruikt. Ze hebben het echter allemaal in één film gepropt. Dus een tekort aan ideeën was niet echt een probleem. Eerder het overaanbod was een probleem. Maar de echte horror-liefhebber zal dit wel appreciëren. Ik zou zelfs durven zeggen dat dit ook een horror is die geschikt voor diegene die niet echt een liefhebber zijn van het genre. Want echt horror is het nu ook weer niet. Zoals ik ergens las : "Talking heating vents are not scary - nor is anything else in Dark House”.

2.5*

Haunted Palace, The (1963)

Alternatieve titel: The Haunted Village

Nog zo'n Poe verfilming. Sfeervol en met het gekende theatraal acteerwerk van Vincent Price. Wat me wel is opgevallen bij al deze films van weleer, is dat er steeds een verplichte scène is waar de hoofdrolspeelster (meestal zo'n rondborstige schoonheid uit die tijd) in haar nachtjapon ronddwarrelt. Niet dat ik me daar aan erger hoor

3*

Havenhurst (2016)

Alternatieve titel: Resurrection of Evil

“Our rules are simple.
You stay sober, you lead a good life, and you don't fall back into your old habits.
Then, you are welcome to stay here until the day you die.
And if I don't lead a good life?
Then your stay at Havenhurst would be terminated.”


Ben je een herstellend verslaafde en je krijgt een verblijf in “Havenhurst” cadeau als nazorg, dan zorg je er maar beter voor dat je niet hervalt in je slechte gewoonte. Het resultaat is een uitzetting uit dit gigantisch barok uitziend gebouw in het centrum van New York. Normaal gezien zal je bij een reguliere uitzetting je koffers pakken en geagiteerd de deur achter je dichttrekken. Als je verblijf in “Havenhurst” beëindigd wordt, is de uitzetting redelijk pijnlijk en definitief. Van één zaak ben je echter zeker. Hervallen zal je nooit meer.

Degene die haar intrek neemt in “Havenhurst” is Jackie (Julie Benz), een herstellende alcoholiste, die dankzij haar alcoholverslaving verantwoordelijk is voor het overlijden van haar lieftallig dochtertje. Nadat ze ontslagen word uit een ontwenningskliniek, zal ze verdere nazorg vinden in dit luxueus uitziend hotel. Blijkbaar verblijven er toch een hele resem ex-verslaafden. En de enige regel die van kracht is in dit gebouw, is dat de bewoners niet hun slechte gewoonte terug opnemen. Dit wordt toegelicht door de eigenares van dit opvanghuis Eleanor (Fionnula Flanagan). Een gedistingeerd uitziende oudere dame die overduidelijk haar medeleven toont en klaarblijkelijk inzit met het welzijn van de inwoners. Achteraf blijkt ze echter moeder te zijn van minder vreedzame zonen en wordt er zelfs een link naar de beruchte Herman Mudget (beter gekend als H.H. Holmes, één van de eerst gedocumenteerde seriemoordenaars uit de jaren 1800) gemaakt.

Op zich was de film niet zo slecht maar echt indrukwekkend was het nu ook weer niet. Het is een mengeling van enkele vluchtige ideeën en reeds gebruikte concepten uit andere films. Het huis is een labyrint van geheime gangen en toegangswegen in de muren zoals in “Housebound”. De eindbestemming van de slachtoffers en de ontknoping is dan weer vergelijkbaar met “The Hoarder”. De kelder doet je denken aan “The Texas chainsaw massacre”. En natuurlijk hoort er een klein beetje detectivewerk bij nadat Jackie beseft dat sommige gasten spoorloos verdwijnen. Spijtig genoeg zijn er ook enkele elementen die helemaal niet toegelicht worden. Zo is er de verdwijning van Jackie’s vriendin Danielle (Danielle Harris). Een kortstondige gebeurtenis en voor Jackie aanleiding om een onderzoek op te starten in “Havenhurst”. Wat haar uiteindelijke relatie is met de hulpvaardige agent, wordt ook niet uit de doeken gedaan.

De grootste teleurstelling voor mij was het horrorgehalte van de film. Echt horror kan je het niet noemen want echt angstaanjagend is het eigenlijk nooit. Bloederige scènes zijn te tellen op één hand. Eigenlijk is er maar één expliciete scene die dan ook nog eens ongeloofwaardig is. En om eerlijk te zijn was de lichamelijke kracht van de killer die zich doorheen het gebouw verplaatst via ingenieus ontworpen mechanismen een beetje overdreven. De slachtoffers die hij viseert worden als pluimgewichten doorheen kamers geslingerd. Op een bepaald moment dacht ik dat het over een paranormaal verschijnsel ging dat beschikte over een bovenmenselijke kracht. En hoe komt het dat andere inwoners nog niet doorhadden dat er iets niet pluis was? De muren zijn blijkbaar papierdun waardoor elk verdacht geluid makkelijk te horen is. Maar schijnbaar enkel door Jackie. “Havenhurst” is niet meer dan een thriller waarin een luguber mysterie is verwerkt. Een soortement horror voor beginners. Spijtig genoeg bestaat er zo geen toevluchtsoord in werkelijkheid. Anders zouden er wel meer mensen geneigd zijn om toe te geven dat ze een probleem hebben zodanig dat ze zeker zijn van een plekje in zo’n majestueus gebouw. Zonder seriemoordenaar dan wel.

2*

Haywire (2011)

De vrouwelijke Jason Bourne ... prettig om naar te kijken die Gina Carano , njammie. Niet voor niets dat ze nu gecast is in Fast & the Furious 6.

Veel flashbacks in deze film, waar ik niet zo fan van ben.

Vechtscenes zijn prima.

En Michael Douglas heeft een beperkte rol er in ... niet dat daardoor de hele film naar een hoger level wordt gebracht.

Leuk om naar te kijken , maar ik zal deze niet nog eens bekijken !

2*

He Never Died (2015)

“My landlord thought I was robbing my own appartment.

Really? Isn’t your landlord, like, 90 years old?”

Schitterende, aparte horror. Dat kan je na het bekijken van “He never died” wel zeggen. Een subtiele mengeling van soms wel erg gore beelden en vernuftige humor. En dit dan ook nog eens op een verrassende manier gebracht door Henry Rollins, de voormalige frontman van de legendarische punkband “Black flag”. Een spierbundel die in het verleden al verraste met zijn poëtische inslag. En nu toont hij dat hij ook wel capabel is om een hoofdrol voor zijn rekening te nemen. Zijn stoïcijnse kalmte en onverschilligheid zorgen verscheidene malen voor hilarische situaties. En het verhaal op zijn eigen is op zo’n originele manier bedacht. Ik keek er met verbazing naar en vroeg me na een tijdje af waar het nu in godsnaam over ging. Had het iets met vampirisme te maken? Was Jack een solitaire zombie die een poging deed om anoniem te blijven? En wat waren die soms demonische trekjes en satanische geluiden die hij slaakt?

Jack (Henry Rollins) lijkt depressief en sleept zich voort doorheen het leven als een uitgebluste man. Het enige waarmee hij zijn dagen vult is slapen, iets eten in hetzelfde kleine restaurant en af en toe bingo te spelen tussen bejaarden. De serveerster Cara (Kate Greenhouse) tracht Jack’s fatalistische houding te doorbreken maar slaagt daar niet echt in. De overduidelijke avances die ze maakt bij Jack worden niet bepaald enthousiast onthaald. In de meeste gevallen is een stille,nietszeggende blik het antwoord waarna hij zonder verpinken haar de rug keert. Ook zijn uit het niets opduikende dochter Andrea (Jordan Todosey) kan niet doorheen die opgetrokken muur van afstandelijkheid prikken. Het is wel overduidelijk dat Jack niet een doodgewone, doorsnee burger is. De titel van de film verklapt natuurlijk al veel en is nu ook weer niet een echte spoiler. Jack is blijkbaar onsterfelijk en heeft ook nog eens een regelmatige dosis bloed nodig. Als zijn bloedleverancier Jeremy (Booboo Stewart) (een stagiaire die in een hospitaal werkt veronderstel ik) door problemen met een lokale misdaadbende niet meer in staat is jack te voorzien van de broodnodige baxters bloed, en zijn dochter ook nog eens ontvoerd wordt, gaan de poppen aan het dansen met de nodige slachtoffers tot gevolg. Behalve Jack natuurlijk …

Rollins is een performer en deze film was voor hem het geknipte podium. Zijn onverstoorbare blik en brute kracht gaven hem een Schwarzenegger-achtige uitstraling. De beperkte conversaties met korte,ontwijkende antwoorden droegen bij tot de algehele absurde toon van deze film. Een fatale hoofdwonde maakt op hem zoveel indruk als een minuscule splinter in een vinger. Onbewogen hanteert hij naderhand een tang om het opgelopen letsel te behandelen. Op die momenten vroeg ik me af of het nu humoristisch of creepy bedoeld was. Hij is een gevoelloze spierbundel die als een bulldozer doorheen de vervallen maatschappij raast, vol woede en agressiviteit. In eerste instantie lijkt Jack een saai figuur, maar als zijn ware identiteit onthuld wordt op het einde, is zijn manier van reageren en levensmoeheid verantwoord.

Ik vrees dat “He never died” alleen een beperkt publiek zal aanspreken. En ik behoor tot dat beperkt publiek. Ik apprecieer wel eens zo’n absurd aanvoelende horror vol brutaal geweld en een aparte verhaallijn. Ook de subtiele humor vond ik genietbaar. En bovenal zorgde men ervoor dat het niet resulteerde in een parodie. “He never died” overstijgt elke horror-komedie tot nu toe. En dat waarschijnlijk tot in de eeuwigheid …

3,5*

He's Out There (2018)

Daddy can see us...

when he gets here.

But he's already here.

Heb je zin in een film in de trant van “Hush” maar dan met personen die niet doofstom zijn ? Kortom een film waarin er veel gekrijs te horen is. En moeten er ook medespelers zijn die domweg worden neergemaaid met een vervaarlijk uitziend bijl zoals in elke “Friday the 13th” episode? Dan is “He’s out there” misschien wel iets voor jou. Ben je echter iemand die een beetje uitleg verwacht over de reden waarom iemand een familie terroriseert, dan zal ik je moeten teleurstellen. Waarom Laura (Yvonne Strahovski) en haar twee dochtertjes Kayla (Anna Pniowsky) en Maddie (Abigail Pniowsky) plots belaagd worden door een onbekende, bleef alsnog een vraagteken op het uiteinde.

He’s out there” is zeker geen slechte film. De oplopende spanning zorgt ervoor dat je op het puntje van je stoel zit. Het is een beetje zoals “De wolf en de zeven geitjes”, alleen is de wolf een luguber vermomd persoon en de 7 geitjes worden vertolkt door twee irritant krijsende meisjes. Nu is zo’n vermomming niets nieuws in het slasher-genre. Jason Voorhees droeg een hockeymasker. Michael Myers een eng rubberen masker. Leatherface droeg een masker gemaakt met het gelaat van zijn slachtoffers. De dader in “He’s out there” lijkt wel een achterneef te zijn van “The collector” uit "The Collection". Een bijna identieke vermomming en kleding.

Ik vind het wel eens plezant om zo’n doorsnee slasher vol krijsende slachtoffers te kijken. Het minste wat ik verwacht is dan wel een verrassende ontknoping of origineel bedachte slachtpartijen zoals in “You're Next”. Maar in deze film wordt de standaardlijst voor slasher-films netjes afgevinkt en wordt er nergens afgeweken van de standaardformule. En dan is er ook nog eens het feit dat er weinig slachtoffers vallen en men niets (maar dan ook echt niets) van achtergrondinformatie te horen krijgt. Dat maakt dat “He’s out there” maar een simpele, derderangs film is. Zelfs het einde was zo voorspelbaar dat ik noodgedwongen eens diep moest zuchten. En om eerlijk te zijn vond ik de ontknoping ook een beetje bij de haren getrokken.

Wat wel door de beugel kon, was het acteren van Yvonne Strahovski. En niet alleen omdat ze ook nog eens leuk is om naar te kijken. Ze tracht op een realistische manier vorm te geven aan een personage dat doodsangsten doorstaat en tegelijkertijd tracht haar twee paniekerige kinderen te beschermen. Verwacht dus veel verstop-momenten en schreeuwerig wegvluchten. Wat dan weer oerdom overkomt, want diegene die hen het leven zuur maakt, weet dan telkens weer waar ze zich bevinden. “He’s out there” is als een ex-vriendinnetje. Het was plezant voor een tijdje, maar naderhand bekeken bleek het toch niet echt speciaal te zijn en ben je blij dat je er vanaf bent. Binnen de kortste keren ben je op zoek naar een nieuwe aanwinst en ben je die andere al vergeten. Laten we hopen dat men niet zinnens is om hieraan een vervolg te breien.

2*

Heat, The (2013)

Vrouwelijke 48 Hours

Aan de ene kant de klunzige FBI agente Sarah Ashburn waar een mens zich van afvraagt hoe ze het heeft klaar gespeeld om daar binnen te geraken. Een rondwandelende encyclopedie die geen enkel schunnig woord over haar lippen kan krijgen , maar wel met één oogopslag op een crimescene de illegale wapens achter een verborgen paneel en wat drugs onder een tafel weet tevoorschijn te toveren. David Copperfield is een rasechtig sukkel t.o.v. haar.

Aan de andere kant de street-cop Shannon Mullins die al schuimbekkend en vloekend als een ketter vervaarlijk rond zich heenzwaait. Haar enigste pluspunt is haar praktijkkennis van de straat.

Deze 2 tegenpolen worden (natuurlijk) gedwongen om samen te werken. En na de gekende obstakels en vergissingen, lost de hekel en antipathie zich naarmate de film vordert vanzelf op, en uiteindelijk vormen ze dan samen het onvolprezen en geduchte team "The Heat".

De diepgaande inhoud van deze film is hiermee bondig samengevat.Qua humor stelde het eigenlijk niet veel voor. De scene in de bar waar ze beide zich bezatten vond ik bij momenten wel hilarisch (Die polonaise met de senioren ter plaatse vond ik schitterend) , maar de rest is echter dieptreurige melige slap-stick komedie. Het begon me eigenlijk al van meet af aan te irriteren. Het klunzig gedoe van Bullock met de miraculeuse oplossingen, en het constante gevloek van McCarthy. Er zal wel een ruim publiek zijn voor dit soort humor, maar aan mij was het niet echt besteed.

1*

Heist (2015)

Alternatieve titel: Bus 657

“I'm here to ask a favor, a big one.

How big?

$300,000 big, at least.”

In “The Trust” ging het over een overval in een “Ocean’s Eleven“ stijl door een op “Dumb and dumber” lijkend duo. Hier is het precies “Ocean’s Eleven” vermengd met porties uit “Speed”. Maar dan wel zonder een aandoenlijke Sandra Bullock aan het stuurwiel. Dat Robert de Niro niet meer moet bewijzen dat hij een klasse acteur is, staat buiten kijf. Maar als je de lijst films bekijkt waar hij in meegespeeld heeft de laatste jaren, kan ik alleen maar concluderen dat hij enorm veel vrienden een dienst heeft bewezen. En soms is zijn bijdrage in die mate beperkt (zoals in “The bag man” en “American Hustle”) dat een vermelding hiervan eigenlijk een puur commerciële strategie is. Het vermelden van zo’n klinkende naam zal dan wel voor extra aandacht zorgen. Ofwel is de betreffende film van zo’n erbarmelijk niveau dat je begint te geloven dat De Niro hopeloos verslaafd is en een medewerking niet kan weigeren telkens er een script onder zijn neus wordt geschoven.

Wel opletten dat je deze film niet verward met de gelijknamige film uit 2001 waar Gene Hackman en Danny DeVito in speelden. Zelf heb ik deze versie nooit gezien. Maar ik ben er wel van overtuigd dat het moeiteloos dit inspiratieloos voortbrengsel kan overtreffen. Alleen al de gekozen titel is een teken aan de wand. Is er een nog meer betekenisloze en niet originele titel als doodgewoon “Heist”? Misschien was dit wel de bedoeling om een titel te kiezen die past bij het totale concept. Uiteindelijk is er in deze film niks opzienbarend of vernieuwends te ontwaren. Het is een aaneenrijging van clichématige gebeurtenissen. Geloof me vrij. Na één nachtje zijn de meeste details van deze film al lang uit je geheugen geglipt.

Luke Vaughn (Jeffrey Dean) is een ex-militair en blackjack dealer in een casino van The Pope (Robert De Niro), een gewetenloze en keiharde maffiabaas, die geconfronteerd wordt met een enorm probleem. De ingreep voor zijn dodelijk zieke dochter is onbetaalbaar. Zijn smeekbede aan het adres van The Pope loopt op niets uit. Dan zit er niets anders op dan de kluis van dit goedlopend casino leeg te roven met medewerking van de ontevreden buitenwipper Cox (Dave Bautista). Dat de overval niet probleemloos verloopt was te voorzien. En tijdens hun ontsnapping wordt er een willekeurige lijnbus tegengehouden en gekaapt. Wat dan volgt is een achtervolging door een meute politieagenten en de entourage van de woedende Pope. Een beetje “Smokey and the Bandit” sfeertje, maar dan iets minder luchtig gebracht.

De kernwoorden die bij mij het eerste opkwamen waren onorigineel, vanzelfsprekend en gemakzucht. Ik ervoer precies een hele resem deja vu’s. En De Niro is misschien wel een wereldacteur die schijnbaar zonder enige moeite een onvergetelijke impressie kan maken, maar zijn talent alleen is niet genoeg om te verdoezelen dat dit een niet zo spannende en eerder vervelende film werd. En Gina Carano is nu ook niet bepaald de persoon die een film naar een hoger niveau kan brengen. En dan nog te zwijgen van het redelijk onzinnige einde. ’t Is dat ik een enorme fan ben van De Niro dat ik niet eerder aan de noodrem heb getrokken.

1,5*

Her (2013)

“The past is just a story we tell ourselves.”

Je eenzaam voelen. Verlaten zijn. Het moment waarop je iemand leert kennen. De chemie die ontstaat. De momenten die je samen beleeft. De lach en de traan. Het samen dingen ontdekken. De aanzet van de andere om jezelf te ontdekken. Een reis. Een avondje uit. De passie. Het vertrouwen dat groeit. De fijne momenten en minder prettige momenten. Het moment dat je je realiseert dat je niet zonder die andere kunt. Het moment dat je de indruk krijgt dat de andere je ontgroeit. Het knagend gevoel van jaloezie. Het besef dat ze je bedriegt. Het verzoeningsmoment. De uiteindelijke scheiding ... Hoe ouder je wordt, hoe meer van deze facetten uit een menselijke relatie je bekend voorkomen. Sommigen zullen zich hier niet in kunnen vinden. Voor jongeren is het meestal nog onbekend terrein. Voor hun is dit waarschijnlijk een saaie en lachwekkende film. Voor mij zaten al die menselijke emoties in "Her". Een schitterende meeslepende film waarbij getoond werd wat menselijke gevoelens zijn en wat de gevolgen zijn. Magistraal,meesterlijk,magisch en subtiel in beeld gebracht.

De gevoelige alleenstaande Theodore Twombly (Joaquin Phoenix) werkt voor een bedrijf dat in opdracht van hun klanten handgeschreven brieven verstuurd naar familieleden,vrienden of partners over allerhande zaken. Blijkbaar een item dat in deze toekomstige maatschappij met de noorderzon verdwenen is, daar alle communicatie elektronisch verloopt. Zelf zit hij in een redelijk emotionele fase waarbij hij het verlaten van zijn vrouw nog moet verwerken. In een impuls schaft hij zich een nieuw artificieel intelligent besturingssysteem aan van Element Software. Een intuïtieve entiteit die naar je luistert,je begrijpt en je na een tijd kent. Deze entiteit openbaart zich als Samantha. Een begrijpende,zachtaardige en charmant klinkende computerstem (Scarlett Johansson) die zich nestelt in het dagdagelijkse leven van Theodore. Een computerprogramma dat een bewustzijn creëert en de grens tussen artificiële intelligentie en menselijke bewustwording na een bepaalde tijd overschrijdt. Het beeld dat Theodore heeft over Samantha verandert geleidelijk aan van een gimmick of gadget, naar een zielsverwante en iemand waarmee hij zijn leven zou kunnen mee delen. Verliefd dus.

Is “Her” nu een romcom , SF of een komedie ? Eigenlijk is het een mix van ze alle drie, met een flinke portie ingrediënten van elk genre. Natuurlijk zitten er in deze film elementen die gekend zijn uit een romcom. Een onmogelijke liefde met de nodige consequenties. Er zitten overduidelijk SF elementen in zoals de globale connectie met de voorhanden zijnde informatietechnologie, de gebruikte randapparatuur en het 3D kamerbrede game waarmee Theodore zijn avonden vult. Zelfs Samantha zou je kunnen vergelijken met de bekende “Siri” toepassing. Een egoïstische en eigenlijk eenzame maatschappij waarbij elk individu in zijn eigen virtueel wereldje leeft. Een toekomstige wereld die onze maatschappij eigenlijk griezelig benadert. Tegenwoordig kan niemand meer zonder zijn smartphone, persoonlijke computer met mailmogelijkheden en de sociale media. Het geïnformatiseerde wereldje waarin we leven kan niet meer zonder de kunstmatige intelligentie. En af en toe is het ook redelijk lachwekkend op een hilarische manier (de cybersex die Theodore heeft met Sexy Kitten waarbij een dode kat een sleutelrol speelt) en soms op een spottende bijtend sarcastische manier (de picknick waarbij iedereen converseert met Samantha alsof ze er in levende lijve bij is).

Joaquin Phoenix speelt op een voortreffelijke manier de emotioneel verwarde Theodore. Geen gemakkelijke taak daar zijn rol in hoofdzaak bestaat in het uiten van emoties gebruik makende van gezichtsuitdrukkingen. Maar toch vond ik het magistraal en soms ontroerend te zien hoe hij heen en weer slingert tussen verschillende emoties. Idem voor Scralett Johansson. Ondanks het feit dat we alleen haar stem horen, slaagt ze erin om telkens de juiste emotie in te brengen. Het enige visuele is de reactie van Theodore hierop. En wat een prachtstem heeft ze. Doorspekt met de juiste toonaard en timbre die past bij het gevoel op dat moment. Van vrolijk en grappig, naar ontroerd, gekwetst en jaloers. Dit alles met een warme,zwoele en soms hese stem. Je zou op slag verliefd worden. Had mijn GPS zo’n stem, ik zou nogal wat kilometers afleggen met mijn auto.

Conclusie : Een schitterende film. Een meeslepende film. Een film die me raakte. Een film over de relatie tussen een man en een stukje software. Maar tevens een waarschuwing voor de evolutie naar een eenzame maatschappij waarbij het echte diepmenselijke contact dreigt te verwateren. Een must-see film in ieder geval !

Deze mooie omschrijving vond ik op de website “Rutger in de filmclub”. Ik kon het niet nalaten om dit te citeren :
“Her” is totaal ongeloofwaardig als je je niet aan de film kunt overgeven. Doe je dat wel, kun je zomaar verdwaald raken in dit dromerige universum van Jonze, dat subtiele sci-fi combineert met een ouderwetse (hipster) aankleding. Geloof je Samantha, dan zul je het OS vanzelf als vrouw gaan zien. Scarlett Johansson’s stem blijkt genoeg om een mannenhart te doen smelten. Probeer eens niet verliefd te worden. Je verliest.

Hercules (2014)

“I thought heroes fight for glory.

But mercenaries fight for gold.”

Wie zich mijn recensie van “The Legend of Hercules” nog kan herinneren, zal wel gemerkt hebben dat ik daar niet echt onder de indruk was. Allereerst was er geen spat te zien van zijn 12 werken in deze film. En het was een samenraapsel van thema’s uit verschillende films waardoor het wel leek op een “Gladiator” meets “Pompeii” meets “300”. En Kellan Lutz heeft niet de uitstraling om een mythische figuur zoals Hercules te portretteren. Daarom dat ik ook zo nieuwsgierig was naar deze versie met Dwayne “The Rock” Johnson. En ondanks dat het niet bepaald een meesterwerk is, kon het me toch bekoren. Sowieso al doordat de twaalf werken hier wel kortstondig aan bod kwamen en toch voor enkele gedenkwaardige momenten zorgde.

Wat me vooral intrigeerde was het feit dat men op een subtiele manier de godenstatus van Hercules in vraag stelt. Ik twijfelde op een bepaald moment eraan of hij nu wel echt een afstammeling van Zeus was of gewoonweg een sterveling die goed voorzien is van de nodige spierbundels en vechttechnieken. Onaantastbaar bleek hij niet te zijn : “Cover up, before your loyal army

sees you bleed like a mortal”. Het lijkt wel alsof hij die unieke status misbruikt om tegenstanders af te schrikken (“The more they believe Hercules is truly the son of Zeus, the less likely they are to fight” ) of om deze beruchte reputatie te gebruiken als lokmiddel voor nieuwe opdrachtgevers. Ook de openingsscène waarbij Hercules wordt bijgestaan door zijn metgezellen om een bende piraten te verjagen, geeft de indruk alsof hij het niet in zijn eentje zou kunnen klaren.

Soit, misschien was het de intentie om het mysterie Hercules, de onoverwinnelijke zoon van Zeus, nog mysterieuzer te maken. Wat wel onomstotelijk vaststaat is dat Johnson een dijk van een Hercules vertolkt. Zijn indrukwekkend torso en bovenmenselijke bicepsen vol opgezwollen aders maken van hem een afschrikwekkende en imposante halfgod. Wat “Conan” was voor Schwarzenegger, is “Hercules” voor Johnson. Deze rol is uitermate geschikt voor hem. Het is gewoon genieten als je deze half-barbaar luid schreeuwend op zijn tegenstaanders ziet afstormen, onderwijl woest rondzwaaiend met een kolossale knuppel, met geplette en gespleten schedels als gevolg. Het peil van adrenaline schiet pijlsnel de hoogte in tijdens de grootse veldslagen.

Uiteraard kan je eerstens al aanhalen dat er weer leentjebuur is gespeeld bij andere klassiekers. Net als in “The magnificent seven” neemt een groepje professionele huurlingen de taak zie op zich om een verzameling niet-militaire burgers op te leiden in de krijgskunst. Vanzelfsprekend groeit dit legertje onbenullen uit tot een meedogenloze moordmachine. De laatste jaren zijn we ook verwend met epische veldslagen zoals in “300” en “The Lord of the rings”. Spijtig genoeg, zijn de hier ingeblikte veldslagen niet zo overweldigend als deze laatsten. En ook voel je een beetje de sfeer van “Gladiator” in dit mythologische spektakel.

Maar in tegenstelling tot “The legend of Hercules” kan je hier toch enkele oude rotten in het vak aan het werk zien. Zoals John Hurt die de rol van Lord Cotys op zich neemt, koning van Thracië, die Hercules en zijn trawanten inhuurt om een gewelddadige krijgsheer te verslaan. En Ian McShane en Rufus Sewell als respectievelijk Amphiaraus en Autolycus, twee metgezellen van Hercules. Stuk voor stuk veteranen die wat dramatiek in het verhaal brengen. Maar humor mocht ook niet ontbreken. De grappige dialogen tussen de groepsleden zijn zeker geslaagd te noemen. Gelukkig verzeilde men niet in een soort Bud Spencer parodie vol flauwe grapjes. Het uiteindelijk resultaat is een perfecte balans tussen luchtige humor en spectaculaire actie. Ben je dus een liefhebber van rechttoe rechtaan actie met een humoristische knipoog, dan is deze Hercules zeker geschikt voor je !

3*

Hereditary (2018)

If you could have just said, "I'm sorry", or faced up to what happened.

Maybe then we could do something with this.

But you can’t take responsibility for anything!

So now I can't accept... And I can't forgive because...

Because nobody admits anything they've done!

Hereditary”. Een film waar ik eigenlijk wel enorm naar uitkeek en veel van verwachtte. Spijtig genoeg was het een klein beetje een ontgoocheling. Hadden ze er een psychologisch drama van gemaakt met als hoofdthema het traumatiserend effect na het verlies van een familielid met een labiele moeder tot gevolg, dan had ik het nog begrepen. Dat Annie (Toni Colette) voorbestemd was om niet echt over een stabiele en gezonde geest te beschikken, is eigenlijk niet zo verwonderlijk. Niet met een psychotisch depressieve vader die zichzelf verhongerde. Een schizofrene broer die zich ophing. En een dominante moederfiguur die volgens mij ook niet goed snik was. Dat Annie’s moeder niet echt helder van geest is, blijkt uit de maquette waar Annie haar dochtertje de borst geeft. Tenminste als deze maquette waarheidsgetrouw is. En dat zijn ze over het algemeen. Een mens zou voor minder knettergek worden.

En Annie gaat ook volledig door het lint na het vreselijke ongeval dat haar dochtertje Charlie (Milly Shapiro) overkomt. Een zonderling meisje met een bevreemdend uiterlijk. Een spijtig en hallucinant ongeval. En broer Peter (Alex Wolff) kan je moeilijk iets verwijten. Misschien had hij Charlie op dat avondje uit niet zo aan haar lot moeten overlaten. Haar links laten liggen om samen met het leukste meisje van de klas een beetje wiet te gaan roken, is niet alleen slecht voor zijn gezondheid. Het heeft ook een naargeestig ongeval tot gevolg. Een impressionant acteermoment en tegelijkertijd een zwaar emotionele gebeurtenis die je niet onberoerd laat. Neen, deze film moet het niet hoofdzakelijk van enge en bloedstollende scenes hebben. Initieel toch niet. Het zijn de beelden van verdriet om diegene die weggevallen is, die het meeste indruk maken. Een ongemakkelijk gevoel maakt je van je meester als je het door merg en been gaande gehuil en gejammer van Annie hoort. En onmetelijk veel medelijden krijg je met Peter die met zijn verdriet geen blijf weet.

Hereditary” is geen gemakkelijke film. Emotioneel wordt men heen en weer geslingerd. Net zoals de leden uit de familie Graham. Een moeder die getraumatiseerd is door haar verleden. De echtgenoot Steve (Gabriel Byrne) die alles gelaten bekijkt en soms niet weet hoe hij met de situatie om moet gaan. En de zoon Peter, wiens band met zijn moeder redelijk verstoord overkomt en zijn frustratie tracht te verzachten door het gebruik van geestverruimende middelen. En tenslotte Charlie. Een opgroeiend meisje dat duidelijk in een eigen universum leeft. En boven deze ontwrichtte familie zweeft de geest (Niet letterlijk! Of toch wel?) van de schijnbaar tirannieke en dominerende grootmoeder, die ook nog eens een ongezonde interesse had voor het occulte.

Hereditary” weet wel op een slimme manier de suspense hoog te houden en het te voorzien van een zweem van mysterie en het ongemakkelijk gevoel dat je ervan krijgt. Het is dan ook nog eens een vreselijk trage film met een enerverende soundtrack die constant op de achtergrond aanwezig is. Op een bepaald moment weet je zelfs niet wat er op je zenuwen werkt. De gehele sfeer of de slepende traagheid. Waar ik wel een enorme hekel aan heb, is het overdreven hypen van een film. Zo ook bij deze film. Dit zou volgens hun geslepen marketingafdeling de meest angstaanjagende horrorfilm van het jaar zijn. Nog enger dan “The exorcist” naar het schijnt. En de verschenen persberichten beamen dit. Flauwvallende mensen en een publiek dat massaal de zalen verlaat vanwege te eng. Vreselijk overdreven natuurlijk. Misschien dat dit ervoor zorgde dat de spanning er al in zat voordat de film goed en wel was begonnen. Geloof me vrij. Buiten enkele grafisch shots is het allemaal redelijk suggestief. “Hereditary” is weer zo’n horror met een dubbele bodem. Zo eentje dat je gevoel een bepaalde richting induwt en er tenslotte zo’n draai aan geeft dat je totaal de kluts kwijt bent. Een film die gewoonweg smeekt voor een herkijkbeurt zodanig dat je gemiste hints misschien toch nog oppikt. Laat dit net iets zijn wat ik nooit doe en niet intendeer om in de toekomst te doen.

Begrijp me niet verkeerd. Op cinematografisch en acteervlak is dit een pareltje. De manier waarop alles in beeld is gebracht is soms gewoonweg fantastisch. Soms misschien ietwat overdreven waardoor men een veelvoud aan tergend langzaam inzoomende camerabeelden krijgt. Maar over het algemeen is het echt genieten en is het een voortzetting van de wonderbaarlijke shot uit de intro. Toni Colette speelt een enorme sterke rol in deze film (met als hoogtepunt de scène tijdens het avondeten). Het is zeker niet eenvoudig om zo’n geteisterde en getormenteerde ziel te spelen. Een prachtprestatie geleverd door deze actrice (ook al had ze me al overtuigd van haar acteertalent in “Miss you already” en “Please stand by”). En het bleef raadselachtig en onheilspellend totdat het op een bepaald moment volledig escaleerde en het evolueerde in een soortement “The Lords of Salem”. En als je dan de uitkomst bekijkt is het inderdaad raadzaam om de film nog eens te bekijken zodanig dat je bepaalde aanwijzingen kan herontdekken. Maar zoals gezegd, dat is nu eens iets wat niet aan mij besteed is.

2.5*

High Life (2018)

I fear, Willow.

I could drown like a kitten.

It would have been easy.

First you, then me.

De film “High Life” is net zo zinvol als de expeditie waar de terdoodveroordeelden zich vrijwillig hebben voor ingeschreven. Niet erg zinvol dus. Ik begrijp wel dat ze hiervoor gekozen hebben. De keuze om tot het einde zielloos voor je uit te staren in een cel. Of een jarenlang ruimtereis met als eindbestemming een zwart gat waaruit men energie zal trachten te produceren. Nogal wiedes dat je liever kiest voor de vrijheid, weliswaar in beperkte mate, dan te verkommeren in een cel. Het verblijf aan boord van dit schip is echter zo oersaai dat ik er stellig van overtuigd ben dat de meeste er al spijt van hebben om zich vrijwillig op te geven. Het verwonderd me ook al dat deze zware criminelen elkaar nog niet hebben uitgemoord binnen een bepaalde periode. Uit verveling hoogstwaarschijnlijk. Zelfs het beeldmateriaal is niet iets om enthousiast van te worden. En sommige personen zijn dan ook nog eens uiterst irritant. Kortom de woorden bekorend, boeiend en de filmtitel zal ik niet snel gebruiken in één en dezelfde zin.

Ik ben er zeker van dat liefhebbers van arty SF-films hier wel enthousiast van worden. En als er dan ook nog een filosofische boodschap in verwerkt werd, dan zijn er anderen die opgewonden hijgend voor het scherm zitten. Spijtig genoeg had het eerder een slaapverwekkend effect. Het gaf me ook een gevoel van hoop waar menig bezoekers aan het Mariabeeld in Lourdes jaloers zouden op zijn. Hoop op een verassende wending of actierijk incident waardoor de verhaallijn ineens qua dramatiek en opwinding een boost zou krijgen. Niet dus. Het verhaal ging schoorvoetend vooruit zonder van zijn saaie koers af te wijken en inhoudelijk bleef het redelijk leeg. Een beetje zoals het ruimteschip dat zich gestaag voortbewoog in de oneindige, lege ruimte.

Toch enkele woorden van bewondering voor Robert Pattinson. Deze jonge acteur, beter gekend voor zijn medewerking aan het hele “Twilight” gebeuren (iets waar ik dus een hartstochtelijke hekel aan heb), probeert op eigenzinnige wijze te breken met dit berucht verleden. Na zijn bijdrage aan “The Last City of Z”, waar hij dankzij zijn immense, ruige baard praktisch onherkenbaar was, en “The Rover”, tracht hij ook hier weer een ongewone rol te spelen in een niet-commerciële film. Briljant kan je de rol echter niet echt noemen, daar hij als personage redelijk zwijgzaam en teruggetrokken is. Ook al doet dat kortgeschoren para-commando kapsel vermoeden dat het iemand is met een kort lontje. Het begin van de film toont hem als zorgzame vader die op een blijkbaar verlaten ruimteschip zorg draagt voor zijn baby-dochter. Het is pas na flash-backs dat we te weten komen wat er zich afspeelde aan boord van deze zelfmoordmissie.

Als tegenpool zien we de redelijk geschifte en licht agressieve wetenschapster Dibs (Juliette “The 33” Binoche). Haar aanwezigheid maakt van deze ruimtereis een experimentele trip. Ze zou zeker niet misstaan hebben als kampdokter in een concentratiekamp tijdens de tweede wereldoorlog. De bemanning wordt als menselijke proefkonijnen gebruikt om de voortplantingsprocedure te optimaliseren. Hoe ze aan een bevredigend resultaat komt later in de film, is redelijk bizar te noemen. Als je haar erotische act echter gezien hebt, die zich afspeelt in een donker kamertje (waar de bemanningsleden hun seksuele fantasieën mogen beleven), is het niet verwonderlijk dat ze de omstreden handelswijze gebruikte. Die erotisch geladen scene met haar, deed me denken aan het spelletje “Virtual Valerie” voor de Mac op één of andere manier.

De hele tijd had ik het gevoel naar een onafgewerkt eindproduct te kijken. Een flinterdun ideetje waarrond een heel artistiek uitziende film werd geborduurd. Het is echter niet meer dan een psychologisch studiewerk over conflicten tussen mensen in een afgesloten ruimte en de manier waarop een dierlijk overlevingsinstinct naar boven komt. Erotisch getinte scenes wisselen af met redelijk gewelddadige gebeurtenissen. En daar tussenin veel mijmermomenten en trage, geluidloze esthetisch verantwoorde filmmomenten. Geen film voor de doorsnee-filmkijker. Daarvoor doet het iets teveel zijn best om arty te zijn. Het is niet makkelijk te volgen en eindigt dan ook nog eens in een niets verklarende eindscène. Wat rest is één conclusie en één onopgeloste vraag. Allereerst een diepe buiging voor Robert Pattinson die als acteur gegroeid is en zich distantieert van zijn puberpubliek. En de prangende vraag die overblijft : kan iemand me een wetenschappelijke verklaring geven hoe het komt dat de lijken die Monte het schip uitgooit, ook werkelijk omlaag vallen?

2*

Highwaymen, The (2019)

Bonnie and Clyde have been on the road for two years.

Cold-blooded killers who are more adored than movie stars.

This has to stop.

Wie kent er nu Bonnie en Clyde niet? Dit vooroorlogs koppel wist in de jaren ’30 niets beter te verzinnen dan het pad van de criminaliteit in te slaan en een spoor van dood en vernieling na te laten in de VS. Dit jonge paar hield de politie voor twee jaar in de ban. Totdat ze een halt werden toegeroepen met behulp van een hinderlaag waarbij hun vluchtauto doorzeefd werd met duizenden kogels (zoals men wel eens beweerde). Hun slachtoffers waren voornamelijk banken en tankstations. En onder de vermoorde slachtoffers bevonden zich ook een paar politieagenten. Dit speelde zich allemaal af tijdens de roerige jaren ’30 toen de economische crisis hard toesloeg en velen een armoedig bestaan leidden. Misschien daarom dat de beide criminelen zo’n heldenstatus verwierven. Hun vrijbuiters bestaan dat geromantiseerd werd, leek wel op een avontuur en sprak tot ieders verbeelding. En het feit dat ze de gevestigde orde toentertijd financieel wilden raken, zorgde ervoor dat ze als rasechte popidolen werden vereerd. Hun verhaal nam mythische proporties aan. Maar wie kent er nu de gezagsdragers die een einde maakten aan dit duo hun crimineel leven? En dat is waar deze film zich op richt. De arm der wet uit die tijd die als ouderwetse premiejagers achter deze bende aangingen.

Als dit de zoveelste Bonnie & Clyde film zou zijn (er zijn er al een hele resem gemaakt met als bekendste die met Warren Beatty en Faye Dunaway) dan had ik deze toch lekker laten varen. Maar het feit dat men het relaas vanuit een andere hoek bekijkt en ook dat Kevin Costner en (vooral) Woody Harrelson hier de twee Texas Rangers spelen, maakte het evident dat ik deze film zou kijken. Man, wat is het toch altijd een plezier om een acteur als Harrelson aan het werk te zien. Ook al is het ditmaal een doodserieuze rol, toch weet hij telkens bij mij een glimlach tevoorschijn te toveren. Echt knetteren doet het echter niet in deze film. Maar dat ligt niet aan de vertolkers van de twee hoofdrollen. Het gebrek aan actie in deze film (op een uitermate goed in beeld gebrachte achtervolging in het stof en de uiteindelijk hinderlaag na natuurlijk) zal voor velen een afknapper zijn.

Ook het feit dat het beruchte duo Bonnie en Clyde nauwelijks in beeld komt en er niet dieper wordt ingegaan op de motieven van het duo om zo’n moorddadig koppel te worden, zal misschien voor velen een teleurstelling zijn. Volgens mij is dit een bewuste keuze van regisseur John Lee Hancock. Hij wilde zich volledig concentreren op de twee rechercheurs die verbeten achter B&C aanzitten. Hierdoor lijkt het wel alsof er grote stukken van de film helemaal niks schijnt te gebeuren. Grotendeels zijn het dialogen tussen de twee gepensioneerde Rangers. Het zijn precies twee uitgerangeerde lastposten die het in het verleden nogal bont maakten als Texas Rangers. Je hebt van aanvang af al de indruk dat dit losgeslagen cowboys waren die het motto “Eerst schieten en dan vragen” hoog in hun vaandel droegen. Niet dat men daar iets van te zien krijgt. Je kan het alleen concluderen van hetgeen er wordt gezegd door de inderhaast bijeengeroepen commissie van hoogwaardigheidsbekleders die het gewelddadige leven van B&C redelijk beu zijn. En ook de opgerakelde anekdotes die de twee oudgedienden sporadisch vertellen zijn hiervoor een aanwijzing.

Dus echt actierijk en hoogst entertainend is het allemaal niet. Komt er nog bij dat men al van tevoren weet hoe het gaat aflopen. Je zal dus niet je vingernagels tot op het vel afknabbelen van de spanning. Ben je echter een fervent aanhanger van de jaren 30 en de hele sfeer die dat tijdperk uitademde, dan zal je hier met plezier naar kijken. De film weet dit era perfect in beeld te brengen. De oldtimers uit die tijd en de toen gangbare klederdracht. Maar vooral de tijdsgeest uit die tijd is constant aanwezig. In die jaren stond de vooruitgang nog in de startblokken. Het was een tijd waar het maatschappelijk nog vanzelfsprekend, doorsnee en gemakkelijk was. Maar ook het minder aangename uit die periode (vanwege de recessie) wordt op een schitterende manier getoond. De armoedige, verpauperde buurten en her en der verspreide tentenkampen zijn tekenend voor die tijd.

Rest nog het acteerwerk van onze twee Texas Rangers. Vanzelfsprekend dat de vertolkingen van hoogstaand niveau zijn. Wat anders had je verwacht van zulke steracteurs? Als er iets is waar ik het meest van genoot tijdens het bekijken van deze film, dan is het wel de interactie tussen beiden. De ene al nukkiger en verbitterder dan de andere. En Woody kampt weeral met een hardnekkige alcoholverslaving (net zoals in “The Glass Castle”). Deze twee doorgewinterde rechercheurs zorgen voor de nodige animo en entertainment. Maar spijtig genoeg is dit niet genoeg om het saaie en trage “The Highwaymen” naar een hoger niveau te tillen. Het dagelijkse leven van Bonnie & Clyde was misschien zenuwslopend en spannend. En ik kan me wel voorstellen dat ze een opgezweept bestaan leidde terwijl ze van hot naar her vluchten. Zo energiek als hun leven was, zo saai en afwachtend was het voor hun achtervolgers. En die trend heeft zich dan ook voortgezet in deze film. Ben je van nature ongeduldig of zit je in een periode die veel energie vergt waardoor je voortdurend vecht tegen de vermoeidheid, dan is deze film zeker geen aanrader.

3*