• 13.683 nieuwsartikelen
  • 171.394 films
  • 11.359 series
  • 32.312 seizoenen
  • 633.692 acteurs
  • 197.062 gebruikers
  • 9.218.737 stemmen
Avatar
 

Meningen

Hier kun je zien welke berichten rcuppen79 als persoonlijke mening of recensie heeft gemarkeerd.

Aanslag, De (1986)

Alternatieve titel: The Assault

De Aanslag mag gezien worden als een Nederlandse klassieker, maar tot dit jaar had ik de film nog nooit gezien en wist ik ook niet zo heel veel over het plot. Ik dacht dat de film zich af zou spelen in de Tweede Wereldoorlog, maar dit is alleen in het eerste half uur het geval. Hierna wordt het leven van de hoofdpersoon gevolgd. Ik moet zeggen dat ik blij ben dat ik niet de plotomschrijving hier op Moviemeter heb gelezen, want dan was het hele verloop van de film bij voorbaat al verklapt.

De Aanslag is gebaseerd op het gelijknamige boek van Harry Mulisch uit 1982. Het boek werd tot filmscenario bewerkt door Gerard Soeteman (de vaste schrijver van Paul Verhoeven).

Nederlandse films met de Tweede Wereldoorlog als onderwerp, zijn altijd al van een aparte klasse geweest binnen onze nationale filmgeschiedenis en De Aanslag is hier geen uitzondering op, al werd de film beduidend beter in het buitenland ontvangen dan in haar eigen thuisland. Bij de uitreiking van de Gouden Kalf van het jaar 1986, moest De Aanslag zijn meerdere erkennen in de film Abel van regisseur Alex van Warmerdam. Toch werd De Aanslag als Nederlandse inzending verstuurd naar de Oscars, en wist die als eerste Nederlandse speelfilm ook te winnen.

Het is dan ook een boeiende film geworden, die vakkundig door regisseur Fons Rademakers in elkaar is gezet. De acteurs leveren prima spel, waarbij vooral korte bijrollen van Johnny Kraaykamp als oud verzetsstrijder Cor Takes en Huub van der Lubbe als Fake Ploeg, de zoon van de vermoorde NSB’er, in positive zin opvallen. Het verhaal is geen typische oorlogsfilm, maar draait meer om de nasleep van de oorlog. Het hangt met toevalligheden aan elkaar, maar dat was ook de bedoeling van zowel de schrijver als de regisseur. Dit wordt nog eens extra symbolisch weergegeven met de dobbelsteen die Anton jarenlang bij zich draagt.

Zoals gezegd is De Aanslag een vakkundig gemaakte film met prima camerawerk van Theo van de Sande en een uitstekende muzikale score van Jurriaan Andriessen. Het is misschien niet de beste oorlogsfilm die Nederland ooit gemaakt heeft, maar wel één van de mooiste.

Action Jackson (1988)

Action Jackson is het actievehikel van acteur Carl Weathers. Deze brak in 1976 door met de rol van Apollo Creed in de film Rocky. Een rol die hij hierna nog driemaal zou vertolken in de diverse vervolgen. Ook was hij te zien in de actiefilm Predator uit 1987, naast Arnold Schwarzenegger.

Weathers was dus een graag geziene gast in actiefilms, maar om de één of andere reden speelde hij altijd tweede viool naast de (blanke) held van de film. Met Action Jackson krijgt hij eigenlijk de kans om te laten zien dat hij ook alleen een film kan dragen. En het moet gezegd worden, dit gaat hem prima af. Het is dankzij de cast dat dit standaard actiefilmpje boven het gemiddelde wordt uitgetild, want van het plot moet de film het niet hebben.

De film is lekker grof en de actie is niet oneven. Carl Weathers is zoals gezegd prima in de hoofdrol en het vrouwelijke schoon wordt geleverd in de vorm van popzangeres annex actrice Vanity en een nog jonge Sharon Stone. Craig T. Nelson schmiert er vrolijk op los en als hij met een groot bord met de tekst ‘Ik ben de schurk’ om zijn nek had gelopen, was dit nog steeds minder opzichtig dan hoe hij in deze film gepresenteerd wordt. Zodra hij met zijn kop in beeld komt, weet je als kijker al dat hij niet deugd.

In de bijrollen vallen met name Bill Duke als de immer chagrijnige politiechef en Chino ‘Fats’ Williams als voormalig bokser Kid Sable op. Ondanks dat de film tegenwoordig wordt beschouwd als een culthit en hij het destijds niet onaardig deed in de bioscopen is een vervolg er nooit van gekomen.

Adventures of Pinocchio, The (1996)

Vroeger vond ik dit echt een geweldige film, maar na een recente herziening moet ik helaas vaststellen dat deze live-action versie van Carlo Collodi's beroemde kinderboek, niet zo sterk is als dat ik mij herinnerde. Ondanks dat ze ditmaal wat dichter bij het bronmateriaal blijft, dan bijvoorbeeld de versie van Disney uit 1940.

Het minpunt van The Adventures Of Pinocchio is toch wel het script, wat als los zand aan elkaar hangt. De film mist de magie van het boek, ondanks dat ze er visueel prachtig uitziet met mooie trucages van de beroemde poppenstudio Jim Henson’s Creature Shop. Deze versie bevat enkele leuke scènes, maar regisseur Steve Barron weet er geen geheel van te maken, waarmee hij de aandacht maar moeizaam weet vast te houden. Dat is opmerkelijk voor deze regisseur die bekend staat vanwege de legendarische videoclips die hij heeft geregisseerd (Michael Jackson’s Billie Jean, Bryan Adam’s Summer of ’69, Toto’s Africa en A-Ha’s Take on me, om er maar een paar op te noemen), alsmede diverse afleveringen voor The Storyteller en de live-action kaskraker Teenage Mutant Ninja Turtles. Bij Pinocchio laat Steve Barron wel zien dat hij oog heeft voor detail, maar als verhalenverteller valt hij door de mand.

De locaties (o.a. gefilmd in het Middeleeuwse stadje Český Krumlov in Tsjechië) zijn oogstrelend en ook het acteerwerk van de cast is prima, met in het bijzonder Martin Landau als Gepetto en Udo Kier als de slechte theaterdirecteur Lorenzini. Met een budget van 25 miljoen dollar was The Adventures Of Pinocchio dan ook bepaald geen goedkope film. Helaas was de film weinig succesvol in de bioscopen en werd ze ook weinig positief ontvangen door filmrecensenten. Desondanks verscheen er in 1999 een vervolg, met de inspiratieloze titel The New Adventures Of Pinocchio.

In Nederland werd The Adventures Of Pinocchio tevens uitgebracht in een Nederlandstalige versie, getiteld De Avonturen van Pinokkio. Deze versie werd geregisseerd door Hans Hulshof en had de stemmen van acteurs als Coen Flink, Bill van Dijk, Joop Braakhekke en Karin Bloemen. Maar ook hier in Nederland was de film een flop en wist ze slechts een krappe 54.000 mensen naar de bioscoop te lokken.

The Adventures Of Pinocchio is absoluut geen slechte film, maar er had meer in kunnen zitten. Overigens heb ik de film herbekeken in 3D Bluray, maar de 3D voegt hier helaas niets toe, en maakt de film waarschijnlijk alleen maar lelijker.

Adventures of Robin Hood, The (1938)

The Adventures Of Robin Hood is een groots opgezette verfilming van de beroemde Engelse volksheld Robin Hood. Dit was de eerste versie in Technicolor en met geluid. Door velen wordt hij nog altijd gezien als één van de beste (zo niet de beste) verfilming van de beroemde held, die door de jaren heen één van de meest verfilmde personages uit de geschiedenis is geworden.

De invloed van deze versie is onmiskenbaar. In 1922 was er reeds de stomme versie met Douglas Fairbanks in de hoofdrol. Die versie was destijds ook een enorm succes en had zo zijn invloed op The Adventures Of Robin Hood. Fairbanks was in de jaren 20 één van de grootste sterren van het witte doek, maar Flynn doet hier bepaald niet voor onder. Nog altijd is hij één van de meest charismatische Robin Hood’s.

Met een budget van bijna 2 miljoen dollar was deze Robin Hood-film één van de duurste films die studio Waner Bros tot dan toe had geproduceerd. Maar met succes, want de film was van meet af aan geliefd bij zowel pers en publiek.

Tegenwoordig is de film wel redelijk gedateerd met degengevechten die duidelijk versneld zijn opgenomen om ze zo spectaculairder over te laten komen. Het ziet er helaas wat knullig uit. Ook de decors en kostuums zijn behoorlijk gedateerd en voelen tegenwoordig vooral oubollig aan. Maar destijds was dit natuurlijk een vernieuwende productie die het publiek een hoop spektakel voorschotelde. Het scenario van Norman Reilly Raine en Seton I. Miller is nog steeds prima en werd talloze malen gekopieerd in andere Robin Hood-films. Errol Flynn blijft één van de beste Robin Hood’s ooit en krijgt goed tegenspel van Basil Rathbone. De beroemde Sheriff van Nottingham komt er hier helaas bekaaid vanaf en dient vooral als komische noot.

In zijn tijd een prima avonturenfilm, die zeker de Robin Hood-legende vanaf dat moment voorgoed veranderde.

After the Sunset (2004)

In After The Sunset doet Pierce Brosnan zijn rol uit James Bond nog eens dunnetjes over. De locaties op de Bahama’s zijn prachtig geschoten en de bloedmooie Salma Hayek steelt de show in veelal schaarse kledij. Het verhaal is echter ongeïnspireerd en het acteerwerk is nergens sprankelend.

Ondanks de betrekkelijk korte speelduur is de film langdradig. Voor een komedie valt er helaas veel te weinig te lachen. Geen al te beste film van regisseur Brett Ratner, die vooral bekend is van zijn twee Rush Hour-films.

Agora (2009)

Agora is een historische dramafilm gebaseerd op de laatste jaren van de Griekse wiskundige Hypatia. De film is geregisseerd door de Spaanse regisseur Alejandro Amenábar, die eerder veel lof oogstte met films als Mar Adentro en The Others. Een echt productieve regisseur is Amenábar niet, want Agora was pas z’n vijfde film in een 20-jarige carrière en ook pas de eerste film die hij sinds Mar Adentro uit 2004 had gemaakt.

Met een budget van 70 miljoen dollar was Agora één van de duurste Spaanse films aller tijden. Maar dankzij dat budget ziet de film er wel fantastisch uit met mooie kostuums en decors en functionele trucages. Helaas is de film inhoudelijk wat minder geslaagd. Het verhaal is behoorlijk traag en zoals gewoonlijk worden alle religieuze personen in deze film afgeschilderd als bloeddorstige moordenaars die elkaar het licht in de ogen niet gunnen. Ook Rachel Weisz is niet echt overtuigend als Griekse wiskundige en maakt van Hypatia een saai karakter. De bijrollen zijn wat beter ingevuld en met name Max Minghella en Oscar Isaac vallen op in hun rollen.

Al met al een boeiende film, maar er had wel wat meer entertainment in gemogen.

Airplane II: The Sequel (1982)

Alternatieve titel: Flying High II

Vervolg op Airplane! uit 1980. Hoewel een groot deel van de cast terugkeerde voor dit vervolg, is de crew achter de schermen voor een groot deel vervangen. De belangrijkste afwezigen zijn natuurlijk het trio Jim Abrahams, David Zucker en Jerry Zucker. Zij regisseerden het eerste deel en waren ook de bedenkers van alle grappen. Geen van hen keerde terug voor dit vervolg. In plaats hiervan moeten we het doen met schrijver en regisseur Ken Finkleman, die eerder al het geflopte Grease 2 schreef en regisseerde.

Het lot van Airplane II was niet veel beter, de opbrengsten waren slechts een fractie van het origineel en de film werd neergesabeld door de pers. Niet geheel onterecht, want de film recyclet er vrolijk op los. Er worden gewoonweg teveel grappen van de eerste film 1-op-1 gekopieerd. Ook mist deze film de aanwezigheid van Leslie Nielsen, die in de vorige film samen met Lloyd Bridges de show steelde. Deze laatste is gelukkig wel weer van de partij en stelt ook niet teleur (die grap over de naam 'Striker'). Chuck Connors speelt een leuke bijrol als The Sarge, maar zijn rol is helaas erg kort. Ook William Shatner komt op het einde nog een keer opdraven om zijn eigen Star Trek-imago op de hak te nemen. Zijn rol is echter een regelrechte kopie van Robert Stack uit de eerste film.

Dit vervolg kent een aantal leuke grappen (dat meisje wat naar haar oma toe rent), maar voor de rest is ze een beetje hetzelfde lot beschoren als de meeste komedie-vervolgen en dat is dat het een beetje meer van hetzelfde is.

Airplane! (1980)

Alternatieve titel: Flying High

Afgelopen week na een periode van ik denk wel 20 jaar weer eens herzien. Toen ik deze film voor de eerste keer zag kon ik hem niet zo waarderen. Hij had zo z'n momenten, maar als ik mijn recensie van toen nalees, vond ik hem destijds behoorlijk flauw.

Dat is nu wel anders. Heb me de helft van de tijd suf gelachen om alle oneliners en slapstick momenten. Het trio Jim Abrahams, Jerry Zucker en David Zucker gaven met deze film hun handelsmerk af.

Acteurs Leslie Nielsen en Lloyd Bridges kregen dankzij deze film een nieuwe carrière boost. Voorheen waren ze vooral bekend als serieuze acteurs, maar met name Nielsen maakte hierna furore als komisch acteur. Hij steelt ook hier de show!

De hoeveelheid grappen in Airplane! zijn enorm, en ze zijn ook niet allemaal even sterk, maar vrijwel het merendeel is geslaagd. Met name de vele oneliners springen eruit. Sommige grappen zouden in deze tijd ook niet meer kunnen, zoals de scène met dat jongetje in de cockpit en die piloot die op z'n zachtst gezegd nogal aparte vragen begint te stellen.

Aladdin (1992)

Aladdin blijft een heerlijke animatiefilm die al sinds haar release in 1992 tot één van mijn favoriete films behoord. De film is losjes gebaseerd op het beroemde sprookje 'Aladdin en de Wonderlamp', maar put veel meer inspiratie uit de film The Thief Of Bagdad uit 1940. Met name het uiterlijk van de personages in Aladdin is overduidelijk geïnspireerd door die film.

Het verhaal is op hippe wijze gemoderniseerd met uiterst spectaculaire animatie. De scène in de grot waar Aladdin op zijn vliegend tapijt moet vluchten voor een stroom hete lava is fantastisch en wordt door prachtige muziek van Alan Menken ondersteund.

Het verhaal is wat aan de magere kant en Aladdin en Jasmine zijn een vrij duf koppel. Gelukkig wordt veel goed gemaakt door de overige personages. Drie personages stelen wat mij betreft de show:

1) De Geest, dit is zowaar één van de grappigste karakters uit de geschiedenis van Disney en de combinatie van animatie en de komiek Robin Williams lijken voor elkaar te zijn gemaakt.

2) Iago de papegaai. Met name de stem van komiek Gilbert Gottfried is magistraal en past precies bij dit personage.

3) Het vliegende tapijt. Complimenten voor Disney dat ze van een dergelijk voorwerp een heus karakter hebben gemaakt. Met name die scène waarin het tapijt teleurgesteld wegloopt van Aladdin en Abu is magistraal. Hoe verzin je het!

De animatie is sowieso voortreffelijk! Zowel de capriolen van de Geest als de stunts van het vliegende tapijt zijn verbluffend geanimeerd (zelfs al is een deel met de computer geanimeerd).

Aladdin blijft een uitstekende film met goede muziek, leuke personages en verbluffende animatie.

Aladdin (2019)

Aladdin is een remake van de gelijknamige animatiefilm uit 1992. De laatste jaren brengt Disney met groot succes zijn animatieklassiekers terug naar het witte doek in de vorm van een live-action remake. Dat dit soort films een gebrek aan originaliteit missen, zal Disney en het publiek worst wezen, want die laatsten stormen in drommen toe naar dit soort films.

Met name de remakes van de animatieklassiekers uit de Disney Renaissance scoren bijzonder goed bij het publiek. Beauty And The Beast bracht in 2017 wereldwijd zelfs een slordige 1,3 miljard dollar in het laatje. Reden genoeg voor Disney dus om door te blijven gaan met het schaamteloos kopiëren van haar classics. In 2019 verschenen er maar liefst vier: Dumbo geregisseerd door Tim Burton, The Lion King geregisseerd door Jon Favreau, Aladdin geregisseerd door Guy Ritchie en speciaal voor hun nieuwe streamingkanaal Disney+ werd ook de oude klassieker Lady And The Tramp omgetoverd tot een live-action remake geregisseerd door Charlie Bean.

Aladdin is bij het publiek één van de meest geliefde classics van Disney en dat was voor een groot deel te danken aan de onnavolgbare Robin Williams die één van de grappigste figuren uit de Disney-geschiedenis op het witte doek toverde. Door zijn tragische dood in 2014 waren veel mensen dan ook bang dat een nieuwe remake afbreuk zou doen aan zijn prestatie. De keuze voor Will Smith viel dan ook niet bij iedereen in de smaak.

Hoewel de originele Aladdin één van de meest succesvolle en geliefde Disney-films was, is de Disney studio zelf minder gecharmeerd van deze oude tekenfilm. Dat heeft voor een groot deel te maken met de setting van een oude Arabische wereld en de kritiek die de film destijds kreeg over de weergave van de Arabische figuren. Na de aanslagen van 9/11 lag dit natuurlijk hypergevoelig, waardoor Disney de film in de jaren erna nog maar mondjesmaat promootte. In deze film proberen ze dit recht te zetten. Disney is tegenwoordig één en al politieke correctheid en dat blijkt ook maar weer in deze film. Geen blanke acteurs hier die moeten doorgaan voor een Arabische prins of prinses.

Toch weet deze remake nog niet in de buurt te komen van het origineel. Aladdin had natuurlijk voldoende potentie om uit te groeien tot een uitstekende live-action remake, maar regisseur Guy Ritchie kleurt te zeer tussen de lijntjes en blijft te trouw aan het origineel. Helaas voor hem was het in het origineel allemaal beter. De liedjes waren pakkender, de humor was meer aanstekelijk. Het wil ook niet werken dat de CGI in de film vaak verre van overtuigend is. Met als dieptepunt Will Smith in een slecht uitziende CGI-versie van zichzelf. Smith is veel beter in zijn element wanneer hij in zijn eigen vorm op het scherm speelt en steelt dan ook vaak de show. De Nederlandse acteur Marwan Kenzari speelt de schurk Jafar, maar is vooral kleurloos in die rol. De rol van de papegaai Iago, in de animatiefilm nog voortreffelijk gestalte gegeven door de komiek Gilbert Gottfried, komt er hier helaas bekaaid vanaf. Maar dit personage had waarschijnlijk ook niet gewerkt in een live-action film.

De zwakheden van het origineel worden helaas hier ook niet verbeterd. Aladdin en Jasmine zijn nog altijd een duf liefdeskoppel en het verhaal springt van de hak op de tak. De film kent weinig memorabele momenten en hoewel de decors en kostuums er uitstekend uitzien, weet de film je niet te pakken. Beter kun je de animatiefilm uit 1992 nog eens bekijken.

Alice in Wonderland (1951)

Alice in Wonderland was oorspronkelijk de eerste film die Disney als avondvullende tekenfilm wilde maken. Maar omdat er in 1933 al een live-action film verscheen, werd dit plan terzijde geschoven en koos Disney uiteindelijk voor Snow White and the Seven Dwarfs om als eerste tot animatiefilm om te vormen. Aan het einde van de jaren ’40 werd alsnog aangevangen met de productie van een avondvullende tekenfilm rondom het personage Alice.

In 1951 verscheen Alice in Wonderland en met een budget van 3 miljoen dollar was ze destijds de duurste film van Disney. Helaas werd de film in eerste instantie zowel een commerciële als artistieke flop. Critici kraakte de film veelal af als een weinig geslaagde versie van het beroemde boek van Lewis Carroll. Hierdoor bleef het publiek afwezig, waardoor de film in z’n eerste release verlieslijdend was.

Alice in Wonderland is dan ook niet één van Disney’s meest geslaagde tekenfilms. De film is eigenlijk niet meer dan een verzameling bonte karakters die het meisje Alice ontmoet. Van een verhaal is geen sprake en hierdoor komt de film nergens tot leven. Op animatiegebied laat Disney nog wel altijd zijn klasse zien, maar inhoudelijk stelt de film teleur.

Aliens (1986)

Overdonderend vervolg op het origineel uit 1979. Regisseur Cameron concentreert zich hier meer op de actie en minder op de spanning, maar gelukkig is hij op dat gebied bepaald geen groentje. Laat het maar aan Cameron over om een waar actiespektakel op het witte doek te toveren.

Gelukkig besteedt hij ook voldoende aandacht aan de menselijke karakters, zoals Ripley en het kleine meisje Newt. De commandotroepen bestaan vooral uit karikaturen, maar vermakelijk zijn ze in ieder geval.

Net iets minder dan z'n voorganger, maar nog altijd een zeer vermakelijke film, die ondanks de lange speelduur nergens verveelt.

All Stars (1997)

Gisteren de film na ruim 20 jaar weer eens herzien. Ondanks dat ik de film maar 1x gezien had, herkende ik nog opvallend veel scènes.

All Stars is een soort Nederlandse feelgoodmovie over volksport nummer 1: voetbal! Menig amateurvoetballer zal de lotgevallen van de 7 voetballers uit deze film wel herkennen. Zondags ochtend vroeg eruit om te voetballen en de helft van je team die zich voor de wedstrijd al afmeld met één of ander k#$smoesje.

Ondanks dat de film over voetbal gaat, krijgen we maar weinig voetbal te zien in de film. Regisseur Jean van der Velde concentreert zich meer op de gebeurtenissen buiten de lijnen. De personages zijn wat karikaturaal en ook het plot is vrij simpel, maar gelukkig weet de jonge cast met haar enthousiasme veel goed te maken. All Stars is gewoonweg pretentieloos vermaak. De film zou oorspronkelijk de Nederlandse inzending voor de Oscars zijn, maar werd op het laatste moment gepasseerd door de film Karakter die de Oscar uiteindelijk ook won. Een goede keuze ook, niettemin omdat All Stars waarschijnlijk geen enkele kans zou hebben gehad bij de Oscars.

Wat ikzelf wel grappig vond, is dat acteurs Frits Lambrechts en Daniël Boissevain (beiden Amsterdammer) in de film voor Feyenoord waren en Peter Paul Muller (een Rotterdammer) voor Ajax was. Dat moet toch wel een inside joke zijn geweest van regisseur Jean van der Velde.

All Stars 2: Old Stars (2011)

Rijkelijk laat vervolg op de film All Stars uit 1997 en in mindere mate op de tv-serie die liep van 1999 t/m 2001. Door de plotselinge dood van acteur Antonie Kamerling in 2010, werden de opnames voor de film tijdelijk uitgesteld. Kamerling is dan ook niet te zien in deze film, uitgezonderd tijdens de diverse flashbacks die in de film zitten.

Het lange wachten op dit vervolg is het niet waard geweest. Nergens weet deze film de charme van het origineel te benaderen. Met een speelduur van ruim 2 uur duurt ze ook veel te lang en is het scenario gewoonweg niet boeiend genoeg. Met name de capriolen in Frankrijk worden te zeer gerekt en ook op het einde bij de bruiloft wordt het allemaal nodeloos gecompliceerd gemaakt.

Alpha (2018)

Alpha is een aardige, doch ietwat saaie avonturenfilm, gesitueerd in de prehistorie.

De film werd geschoten in Canada en bevat dan ook prachtige beelden van de ongerepte natuur aldaar. Toch ziet het er af en toe iets te gelikt uit, met overduidelijke computer trucages.

Het sterke punt van de film is toch wel de wisselwerking tussen hoofdrolspeler Smit-McPhee en de wolf zelf. Die laatste werd vertolkt door o.a. een paar echte wolven of Tsjecho-Slowaakse wolfshonden. Voor een groot aantal scènes werd ook computeranimatie gebruikt.

Alpha heeft moeite om op gang te komen, maar wanneer de wolf zijn intrede maakt, wordt het tempo iets opgevoerd. Helaas weet de film de aandacht er niet bij te houden en naar het einde toe begint het een beetje te slepen. Het is allemaal mooi gefilmd en de destijds 20-jarige hoofdrolspeler Kodi Smit-McPhee weet het goed te brengen. Maar buiten de barre overlevingstocht van mens en wolf heeft deze film weinig te vertellen.

Met een budget van 51 miljoen dollar was de film niet goedkoop. Dat budget is waarschijnlijk vooral in de computertrucages gaan zitten, maar het zijn vooral die trucages die de film naar beneden halen. Want ze zijn niet allemaal even overtuigend. Dat de film gesitueerd is in de prehistorie zal de kosten ongetwijfeld ook hebben opgedreven, maar met dat gegeven wordt betrekkelijk weinig gedaan. Want erg veel van die prehistorie krijgen we niet te zien. We zien een glimps van een kudde mammoeten en wolharige neushoorns en een sabeltandtijger (die overigens niet in Europa voorkwamen, althans niet die soort die in deze film te zien is). Verder krijgen we maar weinig van de prehistorie te zien.

American Ninja (1985)

Als tiener kon ik geen genoeg krijgen van dit soort films. De eerste twee American Ninja films heb ik in de jaren 90 dan ook meerdere malen gezien. Een tijdje terug besloot ik beide films nogmaals een keer te bekijken. Het was blijkbaar de leeftijd vroeger, want damn wat zijn deze films slecht. Zo slecht dat ze toch eigenlijk weer leuk zijn.

Michael Dudikoff werd destijds gecast om zijn looks en had totaal geen martial-arts ervaring (in tegenstelling tot zijn sidekick Steve James), helaas is dat erg duidelijk in de gevechtscènes, die in deze film een beetje stuntelig aandoen. De stuntscènes kan ik nog wel waarderen, vooral die scène waarin een ninja minutenlang door een auto wordt meegesleept is een sterk staaltje stuntwerk.

Er zijn zeker betere ninjafilms gemaakt dan deze, maar gelukkig neemt de film zichzelf niet al te serieus en Steve James maakt ook een hoop goed.

American Ninja 2: The Confrontation (1987)

Duidelijk een film die je met het verstand op nul moet bekijken. Het verhaal is te belachelijk voor woorden: "een drugsbaas die op een afgelegen eiland in het geheim superninja's fabriceert om zo de monopoliepostie in de drugswereld af te dwingen". ...Je moet er maar opkomen! Het verhaal had niet misstaan in een oude Bondfilm.

Verder vond ik deze film een beetje meer van hetzelfde ten opzichte van de eerste film. Dudikoff doet het iets beter dan in American Ninja 1, maar andermaal wordt de show gestolen door Steve James.

American Ninja 3: Blood Hunt (1989)

Alternatieve titel: American Ninja 3

Derde deel uit de American Ninja-reeks, waarin David Bradley het stokje overneemt van Michael Dudikoff. Gezien z’n achtergrond in martial-arts, heeft deze verandering een positief effect op de vele actiescènes in dit deel. Helaas heeft Bradley het charisma van een plank, waardoor z’n aanwezigheid de film weinig goed doet. Het verhaal van de vorige twee delen was al behoorlijk belachelijk, maar deze derde film doet er nog een schep bovenop.

Voor de liefhebbers misschien nog wel te genieten en gelukkig is Steve James nog altijd van de partij, maar voor de rest is deel 3 één van de dieptepunten uit deze toch al niet hoogstaande actiereeks. Een jaar later verscheen er een vierde film, waarin zowel Michael Dudikoff als David Bradley meededen.

American Ninja 4: The Annihilation (1990)

Na het teleurstellende derde deel, keerde Michael Dudikoff terug voor dit vierde deel om samen met David Bradley de hoofdrol te spelen. Het was voor Dudikoff tevens de laatste keer dat hij in een American Ninja-film verscheen. Dit is ook de eerste American Ninja-film zonder Steve James, die in de voorgaande delen de rol van Curtis Jackson speelde. Zijn komische inbreng wordt hier node gemist, want zowel Dudikoff als Bradley nemen hun rol veel te serieus.

De plots van American Ninja waren nooit hoogstaand en deze vierde film is geen uitzondering. Bradley speelt hier ineens een geheimagent/marinier, terwijl hij in de vorige film nog gewoon een karatekampioen was. Wat een Arabische sjeik aan moet met een groep ninja’s is ook een raadsel. De eerste helft van de film concentreert zich op het personage van Bradley, die vervolgens gevangen genomen wordt. In het tweede deel zien we Dudikoff, die uiteindelijk de held van de dag is. Geruchten gaan dat Dudikoff dit expliciet heeft geëist bij de filmstudio, dat hij en niet David Bradley de held van de film zou worden en het karakter van Joe Armstrong superieur moest zijn aan dat van Sean Davidson. Het heeft niet echt een positief effect op het verhaal van de film.

Helaas geen al te goede verbetering op het slechte derde deel. De actie is weinig spectaculair, hoewel het stuntwerk er wel indrukwekkend uitziet. Het acteerwerk is belabberd en alleen James Booth als de sadistische kolonel Mulgrew weet nog iets van zijn rol te maken. Voor de rest is dit een zeer middelmatige actiefilm, die alleen genietbaar is voor actiefans.

Animalympics (1980)

Het idee van Animalympics werd in 1976 bedacht door animator Steven Lisberger. Deze creëerde voor de Olympische Spelen van 1976 een 7-minuut durend filmpje. Dit was zo succesvol dat hij het plan bedacht om voor de volgende Olympische Spelen een heuse speelfilm te maken. De film werd geproduceerd door de Amerikaanse tv-zender NBC en Lisberger maakte twee korte films van pakweg 30 minuten: Animalympics: Winter Games en Animalympics: Summer Games. De Winter Games werd ook daadwerkelijk in 1979 uitgezonden ten tijde van de winterspelen. In 1980 werden de Olympische Zomerspelen echter door de VS geboycot, nadat Rusland in dat jaar Afghanistan was binnengevallen. Hierdoor werd Animalympics: Summer Games nooit op de Amerikaanse tv vertoond. Een jaar later werden beide films samengevoegd tot één lange speelfilm die werd uitgezonden op de Amerikaanse kabelzender HBO.

Op animatiegebied kan de film zich natuurlijk niet meten met bijvoorbeeld een Disney film. Van een verhaal is nauwelijks sprake, daar de film vooral bestaat uit losse filmpjes, waarbij telkens een andere sport wordt toegelicht. Toch is Animalympics een bijzonder vermakelijke film geworden, doorspekt met de nodige humor. De muziek werd verzorgd door voormalig 10cc bandlid Graham Gouldman.

Annabelle (2014)

Alternatieve titel: The Annabelle Story

Annabelle is een soort prequel op de horrorfilm The Conjuring, waarin hier het verhaal verteld wordt van Annabelle, de pop die in het begin van The Conjuring te zien is.

Met een betrekkelijk laag budget van 6,5 miljoen dollar, probeert regisseur John R. Leonetti een horrorfilm te maken, die in de lijn ligt van films als The Conjuring, Rosemary’s Baby en Insidious. Leonetti is vooral bekend als cameraman en stond ook achter de camera bij voorgenoemde films The Conjuring en Insidious. Blijkbaar is regisseren toch iets anders dan achter de camera staan, want de sfeer van die films wordt hier nergens bereikt. Annabelle is een doorsnee horrorfilm die zich concentreert op occulte zaken. Daarin zijn zeker betere horrorfilms gemaakt, maar de film Annabelle is toch zo slecht nog niet.

Ze kent een aantal goede schrikmomenten, al had de pop Annabelle wel een meer prominente rol mogen krijgen. Het acteerwerk is niet echt sprankelend en met name hoofdrolspeelster Annabelle Wallis toont weinig emotie in haar rol. Gelukkig is er nog Tony Amendola die kort mag komen opdagen als priester. Bijlange na niet zo goed als The Conjuring maar als tussendoortje is Annabelle zo slecht nog niet.

Annabelle Comes Home (2019)

Annabelle Comes Home is het derde deel uit de Annabelle-reeks, die zich concentreert op de pop Annabelle, die voor het eerst te zien was in de uitstekende horrorfilm The Conjuring. Daarna verschenen er twee prequels. De eerste concentreerde zich op de gebeurtenissen voor The Conjuring, waar de pop uiteindelijk in de handen van twee tienermeisjes valt. Het vervolg Annabelle: Creation vertelde het verhaal over de ontstaansgeschiedenis van de pop zelf. Dit derde deel vertelt geen duidelijk verhaal. Ze is inmiddels in het bezit van paranormale onderzoekers Ed en Lorraine Warren.

Annabelle Comes Home is net als de overige 2 Annabelle-films een doorsnee horrorfilmpje die bovendien de sfeer van de voorgaande delen mist. Regisseur Gary Dauberman maakt hier zijn regiedebuut en dat is helaas ook te merken. Alle clichès worden in deze film van stal gehaald. De schrikeffecten zie je van mijlenver aankomen en het tempo is vaak tergend langzaam, waarbij dezelfde truc meerdere malen opnieuw wordt uitgeprobeerd.

Het resultaat is een uiterst middelmatige horrorfilm die de aandacht maar moeilijk kan vasthouden. Het wil daarbij niet helpen dat de film ook nog eens zeker een half uur te lang duurt. Visueel is de film nergens bijzonder en ook het acteerwerk is niet om naar huis te schrijven. Vera Farmiga en Patrick Wilson blijven een prima duo, maar hun rollen zijn helaas te klein om het niveau van deze film omhoog te tillen. De houdbaarheidsdatum van deze reeks lijkt nu echt te zijn verstreken, maar zolang de reeks bakken met geld blijft opbrengen zal Warner Bros ongetwijfeld doorgaan met het schaamteloos uitmelken van deze franchise. Want ook Annabelle Comes Home was weer een kaskraker, met een wereldwijde opbrengst van 231 miljoen dollar, tegenover een budget van 30 miljoen dollar.

Annabelle: Creation (2017)

Alternatieve titel: Annabelle 2: Creation

Annabelle: Creation is de prequel van de prequel van The Conjuring.

Dat creativiteit al jarenlang ver te zoeken is in de Amerikaanse blockbusters mag inmiddels geen geheim meer heten. Annabelle was nog een aardig horrorfilmpje, die het echter niet haalde bij The Conjuring. Maar zolang films maar bakken met geld blijven ophalen, zullen er middelmatige vervolgen/prequels/remakes/reboots/spin-offs blijven komen. Ook Annabelle: Creation behoort tot die categorie. De film kent een goede, claustrofobische sfeer, dankzij de verlaten boerderij, maar echt spannend wordt het nergens. De schrikeffecten zie je al van mijlenver aankomen en alle ideeën over een bezeten meisje zijn inmiddels wel gebruikt.

De film werd in slechts 46 dagen geschoten voor een betrekkelijk laag budget van 15 miljoen dollar. Wereldwijd bracht ze maar liefst 307 miljoen dollar in het laatje, waardoor Annabelle: Creation waarschijnlijk één van de meest winstgevende films van 2017 is geworden. En daarmee wordt er vrolijk doorgegaan met het verder uitmelken van The Conjuring-franchise.

Année des Méduses, L' (1984)

Alternatieve titel: Méduses

L’Année Des Méduses is een Franse dramafilm met thriller-elementen, geregisseerd door de Britse regisseur Christopher Frank, die vooral werkzaam was in zijn tweede thuisland Frankrijk.

Deze film is gebaseerd op zijn gelijknamige roman en Frank schreef tevens het script. De Franse actrice Kaprisky, die destijds flink aan de weg timmerde als actrice, speelt in deze film een moderne variant van het Lolita-personage. Een femme fatale die vooral oudere mannen het hoofd op hol brengt. De actrice was destijds slechts 21 jaar oud, maar weet moeiteloos de film te dragen. In de bijrollen vallen met name Caroline Cellier als haar jeugdige moeder en Bernard Giraudeau als de playboy Romain op. Cellier werd voor haar rol zelfs bekroond met een César, voor beste vrouwelijke bijrol.

Naast de verleidingen in de film, wordt de kijker ook verleidt met mooie witte stranden, een blauwe zee en mooie dames. De meeste dames zijn ook vrijwel de gehele film schaars gekleed en actrice Kaprisky is meer naakt in beeld te zien, dan gekleed. Dit zal ongetwijfeld hebben bijgedragen aan het succes van de film, die in thuisland Frankrijk 1,5 miljoen bezoekers naar de bioscoop wist te trekken.

Ant-Man (2015)

Ant-Man is alweer de vijfde superheld uit de Marvel-reeks die zijn eigen film krijgt. Het idee van een superheld die de speciale kracht heeft om zichzelf te verkleinen tot de grootte van een mier, spreekt natuurlijk minder tot de verbeelding dan superhelden als Iron Man, Thor of Captain America. Maar laat het over aan Disney en Marvel om met een uitgekiende marketingstrategie de film toch nog bij een groot publiek aan de man te brengen.

De cast bestaat uit een aantal bekende namen, waarvan Michael Douglas natuurlijk de bekendste is. Acteur Paul Rudd is vooral bekend in het komedie-genre en maakt hier z’n debuut in het actiegenre. Alle pogingen ten spijt, moet gezegd worden dat Ant-Man een vrij matige actiefilm is geworden, met een weinig interessante held en een vrij voorspelbaar script, die wederom perfect binnen de lijntjes van Marvel valt. De kwaliteiten van de acteurs worden hier nauwelijks gebruikt. Rudd is voor zijn doen behoorlijk serieus en veteraan Michael Douglas krijgt te weinig te doen om een blijvende indruk achter te laten. Corey Stoll is zo’n beetje de minst interessante schurk uit het hele Marvel-universum. Al vanaf minuut één weet je gewoon dat hij de schurk is en z’n motieven zijn zo ééndimensionaal als het maar zijn kan. De trucages van Ant-Man zijn nog wel aardig, maar ook nergens boven de maat.

Ant-Man is misschien wel de minste film uit de Marvel-stal.

Ao, le Dernier Néandertal (2010)

Alternatieve titel: Ao, the Last Hunter

Ao, Le Dernier Néandertal is gebaseerd op het boek ‘Ao, L’Homme Acien’ van de Franse schrijver Marc Klapczynski. Dit boek was het eerste deel van de trilogie ‘L’Odyssée Du Dernier Néandertal’. De film werd geregisseerd door Jacques Malaterre, die hiervoor uitsluitend tv-series en tv-films had geregisseerd en met Ao, Le Dernier Néandertal zijn eerste (en enige) speelfilm afleverde. Hij kreeg hiervoor een betrekkelijk hoog budget (voor Franse begrippen althans) van 13 miljoen dollar.

Visueel ziet de film er dan ook prima uit, met mooie fotografie van prachtige locaties die werden geschoten in Frankrijk, Bulgarije en de Oekraïne. Qua stijl heeft de film veel weg van de cultklassieker La Guerre Du Feu uit 1981. Simon Paul Sutton speelt een leuke rol als de laatste Neanderthaler, hoewel hij iets te lang is voor zijn rol (Neanderthalers waren gemiddeld maar anderhalve meter groot). De film gaat helaas gebukt onder een zwak script, dat ondanks de prachtige plaatjes nauwelijks weet te boeien. Over het verdwijnen van de Neanderthalers bestaan diverse theorieën en deze film past ze allemaal toe (ziektes, uitgemoord door de Homo Sapiëns of rassenvermenging).

Leuk om een keer gezien te hebben, maar weinig memorabel. Op het mooie camerawerk na valt er ook niet echt terug te zien, waar het hoge budget in is gaan zitten.

Aquaman (2018)

Aquaman is een verfilming van de gelijknamige strip van Paul Norris en Mort Weisinger, die deel uit maakt van het DC Comics Universum. Hun grote concurrent, Marvel Comics, produceert al jaren aan de lopende band de ene succesfilm na de andere. Het is geen geheim dat Warner Bros. Pictures en DC Comics maar al te graag in hun voetsporen willen treden. Helaas wil dat nog niet erg lukken. Hun films worden matig ontvangen en doen het ook nog niet bijster goed in de bioscopen (althans in vergelijking met de Marvel films). De enige film die echt ver boven de verwachting presteerde was Wonder Woman uit 2016.

In 2017 verscheen de ensemble film Justice League, waarin ook het personage Aquaman voor het eerst zijn opwachting maakte. In die film kreeg hij nog niet veel te doen, dus het was de vraag of mensen wel zaten te wachten op een stand-alone film voor dit karakter. Het antwoord bleek achteraf een duidelijke ‘ja’ te zijn, want Aquaman groeide uit tot de meest succesvolle film uit de DC Comics stal en ook de eerste die wereldwijd meer dan een miljard dollar in het laatje bracht. Hiermee was de film na Black Panther, Iron Man 3 en Captain America: Civil War de meest succesvolle stand-alone superheldenfilm uit de filmgeschiedenis (in opbrengsten althans).

De regie lag in handen van regisseur James Wan, die vooral naam heeft gemaakt in het horrorgenre met films als Insidious en The Conjuring. Ook hier maakt Wan er een visueel spektakel van! De onderwaterwereld ziet er prachtig uit en ook de vele actiescènes zijn prima in beeld gebracht. De climax is helaas weer aan de schreeuwerige en drukke kant. Ook heeft deze film weer hetzelfde euvel waar veel superheldenfilms tegenwoordig last van hebben en dat is de lange speelduur. Wederom een superheldenfilm die ruim 2 uur duurt, zonder dat ze bijster veel te vertellen heeft. De film had met gemak een half uur korter gekund, wat waarschijnlijk het tempo van de film ten goede was gekomen. Nu zakt ze halverwege een beetje in, om pas weer naar het einde toe op gang te komen.

Jason Momoa speelt een goede Aquaman en met zijn natuurlijke charme kan hij ook buiten de actiescènes overtuigen. Amber Heard ziet er leuk uit, maar krijgt helaas weinig te doen en ook de bijrollen van bekende acteurs als Willem Dafoe, Nicole Kidman en Dolph Lundgren voegen helaas weinig toe. De schurkenrol van Patrick Wilson is vrij standaard en daardoor weinig memorabel. Op actiegebied is Aquaman uiterst geslaagd. Inhoudelijk is de film minder goed, maar wel een enorme verbetering op films als Batman V. Superman en Justice League.

Aristocats, The (1970)

Alternatieve titel: De Aristokatten

The Aristocats is de eerste film die na de dood van Walt Disney werd geproduceerd, en dat is helaas pijnlijk duidelijk. Het verhaal is niet meer dan een opeenstapeling van diverse gebeurtenissen, de personages zijn vooral karikaturen en veel scènes doen erg veel denken aan eerdere scènes uit oudere Disney-films zoals The Jungle Book en One Hundred And One Dalmatians.

Toch blijft The Aristocats een leuke film om een keer te bekijken, maar is ze verder weinig memorabel. Hoewel de stemmencast best vermakelijk is, moet gezegd worden dat veel stemmen niet passen bij een film die gesitueerd is in het Frankrijk van 1910. Veel Britse alsmede Amerikaanse stemmen domineren de film.

De film kreeg weinig lovende kritieken tijdens haar eerste release, maar werd met een opbrengst van 20 miljoen dollar aan de Amerikaanse kassa’s wel een succes. De sfeervolle animatie alsmede de aanstekelijke nummers maken van deze film dan ook een plezierige zit en niet zozeer het inspiratieloze script of de zwakke hoofdschurk Edgar.

Astérix et les Vikings (2006)

Alternatieve titel: Asterix en de Vikingen

Astérix Et Les Vikings is een verfilming van het stripboek “Asterix en de Noormannen” uit 1966 van schrijver René Goscinny en tekenaar Albert Uderzo. Dat die 2 het vaak niet zo nauw namen met historische accuraatheid, blijkt wel uit dit verhaal, daar de strip zich afspeelt in 51 voor Christus, en de Noormannen (ook wel Vikingen genaamd) pas voor het eerst gesignaleerd werden in de 9e eeuw na Christus.

Het verhaal van de animatiefilm wijkt in grote delen af van het stripalbum van Goscinny en Uderzo. Zo heeft de hoofdman van de Vikingen nu opeens een dochter, die natuurlijk een relatie krijgt met Hippix. Ook is er een subplot toegevoegd met een medicijnman van de Vikingen en diens zoon, die hun zinnen hebben gezet op de troon van de hoofdman der Vikingen. Deze toevoegingen maken het verhaal nu niet bepaald interessanter en het doel van de Vikingen om te leren wat angst is, raakt hierdoor in wezen ondergesneeuwd.

Vroeger was ik wel een fan van de Asterix-reeks, maar ik ben deze reeks door de jaren heen steeds minder gaan waarderen. Dat geldt voor zowel de strips als de animatiefilms. Het voordeel van deze Asterix-film is dat ze gelukkig niet al te lang duurt. De animatie van de Deense animatiestudio A. Film is prima. In Nederland uitgebracht als Asterix En De Vikingen, met de stemmen van Luk Wyns als Asterix, Jan van Looveren als Obelix en Jim Bakkum als Hippix.

Atlantis, the Lost Continent (1961)

In de jaren ’50 probeerde de grote filmstudio’s van Hollywood het publiek weer terug naar de bioscopen te lokken met grootse publiekfilms. Deze films waren vooral gesitueerd in de Romeinse tijd en met films als Ben-Hur, The Ten Commandments en Spartacus scoorden ze hun grootste successen. Zowel commercieel als artistiek.

Een film over het mythische rijk Atlantis was dan ook een dankbaar onderwerp voor een grootse film, maar filmstudio MGM stelde slechts een mager budget beschikbaar. Regisseur George Pal liep al lange tijd rond met een idee voor een film rondom de ondergang van Atlantis. Nadat hij in 1960 een groot succes boekte met The Time Machine kreeg hij van MGM de mogelijkheid om zijn droom te verwezenlijken, maar zoals gezegd met een mager budget. Door de aanhoudende staking onder scriptschrijvers moest hij het tevens doen met een onaf gerond script. Het eindresultaat is hierdoor dat Atlantis: The Lost Continent een middelmatige film is geworden, met een mager verhaal en weinig indrukwekkende scènes die we toch wel gewend zijn bij dergelijke films.

Door de beperkingen in zijn budget moest regisseur Pal het doen met vele archiefbeelden van oude films als Quo Vadis en The Naked Jungle. Zo zien we in diverse massa scènes mensen in Romeinse kledij rondlopen. En dat terwijl het verhaal zich in feite duizenden jaren voor de opkomst van het Romeinse tijdperk behoort af te spelen. Volgens de legende speelde de ondergang van Atlantis zich af zo’n 11.000 jaar geleden, maar in de film is er al sprake van een Griekse cultuur (die zo’n 3.000 jaar geleden begon). Historisch is de film dan ook niet erg accuraat, maar dat is de minste zorg bij deze film. De film is gewoonweg niet interessant genoeg. Het verhaal komt traag op gang, het acteerwerk is middelmatig en de trucages zien er vaak behoorlijk knullig uit. De ondergang van het mythische rijk Atlantis had een betere film verdiend dan deze pulpfilm.